Home > Machine-instellingen > De instellingen van het apparaat vanaf het bedieningspaneel wijzigen > Instellingen- en functietabellen > Instellingstabellen (2,7-inch MFC-modellen met touchpanel)
Instellingstabellen (2,7-inch MFC-modellen met touchpanel)
([Instell.])
Niveau 1 | Niveau 2 | Beschrijvingen |
---|---|---|
Toner | Levensduur toner | Bekijk de geschatte resterende levensduur van de toner. |
Testafdruk | Druk een testpagina af. | |
Netwerk | LAN met kabel | Verkrijg toegang tot de instelmenu's van bedrade LAN. |
WLAN | Verkrijg toegang tot de instelmenu's van WLAN. | |
Lade-instelling | Papiersoort | Stel het papiertype in de papierlade in. |
Papierform. | Stel het papierformaat in de papierlade in. | |
Controleer formaat | Selecteer of een bericht moet worden weergegeven dat u vraagt om de grootte en type van het papier in de machine en het overeenstemmende papierformaat en papiertype van de machine te controleren. | |
Wi-Fi Direct | - | Verkrijg toegang tot de instelmenu's van Wi-Fi Direct. |
Ecomodus | - | Hiermee schakelt u de volgende machine-instellingen tegelijkertijd in.
|
Alle instell. | - | Configureer de gedetailleerde instellingen. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Beschrijvingen |
---|---|---|
Lade-instelling | Papiersoort | Stel het papiertype in de papierlade in. |
Papierform. | Stel het papierformaat in de papierlade in. | |
Controleer formaat | Selecteer of een bericht moet worden weergegeven dat u vraagt om de grootte en type van het papier in de machine en het overeenstemmende papierformaat en papiertype van de machine te controleren. | |
Volume | Belvolume | Pas het belvolume aan. |
Toon | Pas het volume van de waarschuwingstoon aan. | |
Luidspreker | Pas het luidsprekervolume aan. | |
LCD-instell. | Schermverlicht | Past de helderheid van de LCD-achtergrond aan. |
Lichtdim-timer | Hiermee kunt u instellen hoe lang de achtergrondverlichting op de LCD blijft branden nadat u naar het beginscherm bent teruggekeerd. | |
Scherminst. | Scherm Scannen | Hiermee kunt u de standaardinstellingen van het scanscherm opgeven. |
Ecologie | Ecomodus | Hiermee schakelt u de volgende machine-instellingen tegelijkertijd in.
|
Toner besparen | Verhoog het aantal pagina's van de tonercartridge. | |
Tijd slaapstand | Hiermee stelt u in na hoeveel minuten de machine in de slaapstand gaat. | |
Stille modus | Verminder de afdrukgeluidsemissie. | |
Aut. uitschak. | Hiermee kunt u de uren opgeven waarin de machine in de slaapstand blijft staan voordat deze wordt uitgeschakeld. Kies Uit als u niet wilt dat de machine wordt uitgeschakeld. | |
Instelblokk. | Wachtw. inst. | Hiermee voorkomt u dat onbevoegde gebruikers de instellingen van de machine wijzigen. |
Slot Uit⇒Aan | ||
Toner vervangen | - | Stel de machine in op continu afdrukken nadat de LCD Toner vervangen weergeeft. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Beschrijvingen |
---|---|---|
(Selecteer snelkoppelingknop.) | Naamwijz | Wijzig de naam van de snelkoppeling. |
Bewerken | Hiermee kunt u de snelkoppelingsinstellingen wijzigen. | |
Verwijder | Wis de snelkoppeling. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | Beschrijvingen |
---|---|---|---|
Ontvangstmenu | Ontvangstmodus | - | Selecteer de ontvangstmodus die het best aan uw behoeften voldoet. |
Belvertraging | - | Hiermee kunt u instellen hoe vaak het belsignaal moet overgaan voordat de machine reageert in de modus Fax of Fax/Tel. | |
F/T beltijd | - | Stel de lengte van het dubbel belsignaal in Fax/Tel-modus in. | |
Faxvoorbeeld | - | Hiermee kunt u ontvangen faxen bekijken op de LCD. | |
Fax Waarnemen | - | Ontvang faxberichten automatisch wanneer u een oproep beantwoordt en faxtonen hoort. | |
Act.Op Afst. | - | Hiermee kunt u oproepen op een tweede of extern toestel aannemen en codes gebruiken om de codes op afstand in- of uitschakelen. U kunt deze codes personaliseren. | |
Auto reductie | - | Verklein het formaat van inkomende faxen. | |
PC-Fax ontv. | - | Hiermee stelt u de machine in om faxen naar uw computer te verzenden. U kunt de beveiligingsfunctie Back-up afdrukken inschakelen. | |
Geheugenontv. | - | Stel de machine in om faxberichten door te zenden of om binnenkomende faxen in het geheugen op te slaan (zodat u deze kunt opvragen wanneer u niet bij uw machine bent). Als u Fax doorzenden selecteert, kunt u de beveiligingsfunctie Back-up afdrukken inschakelen. | |
Faxontvangststempel | - | Hiermee drukt u boven aan ontvangen faxen de tijd en datum van ontvangst af. | |
Tweezijdig | - | Druk ontvangen faxen op beide zijden van het papier af. | |
Verzendmenu | Voorblad Opm. | - | Stel uw eigen opmerkingen voor het faxvoorblad op. |
Aut. herkiezen | - | Hiermee kunt u de machine instellen om het laatste faxnummer na vijf minuten opnieuw te kiezen als de fax niet kon worden verzonden omdat de lijn bezet was. | |
Bestemming | - | Hiermee kunt u de machine instellen om tijdens het kiezen van faxen gegevens over de bestemming op de LCD weer te geven. | |
Antispamfax | Registreer | - | Registreer specifieke faxnummers in de blokkeerlijst zodat u van deze nummers geen faxen ontvangt. |
Verwijder | - | Wis het nummer uit de blokkeerlijst. | |
Print lijsten | - | U kunt een lijst met in de blokkeerlijst geregistreerde nummers afdrukken. | |
Kies rapport | Verzendrapp. | - | Selecteer de voorbereidende installatie voor het verzendrapport. |
Journaal tijd | Journaal tijd | Hiermee stelt u het interval in voor het automatisch afdrukken van het faxjournaal. Als u een andere optie dan Uit of Elke 50 faxen selecteert, kunt u de tijd voor de optie instellen. Als u Elke 7 dagen selecteert, kunt u de dag van de week instellen. | |
Tijd | Als u een andere optie dan Uit of Elke 50 faxen selecteert, kunt u de tijd voor de optie instellen. Als u Elke 7 dagen selecteert, kunt u de dag van de week instellen. | ||
Dag | Als u Elke 7 dagen selecteert, kunt u de dag van de week instellen. | ||
Print document | - | - | Hiermee drukt u binnengekomen faxen af die in het geheugen van de machine zijn opgeslagen. |
Afst.bediening | - | - | Stel uw eigen code in voor afstandsbediening. |
Kiesbeperking | Cijfertoetsen | - | Stel de machine in om het kiezen te beperken bij gebruik van de kiestoetsen. |
Adresboek | - | Stel de machine in om het kiezen te beperken bij gebruik van het adresboek. | |
Snelk. | - | Stel de machine in om het kiezen te beperken bij gebruik van een snelkoppeling. | |
Rest. jobs | - | - | Hiermee kunt u controleren welke geplande taken in het geheugen van de machine zijn opgeslagen en geselecteerde taken annuleren. |
Diversen | Beller ID (Alleen voor sommige landen beschikbaar.) | - | Schakel in of uit dat u het nummer (of naam) kunt zien van de partij die u belt. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | Beschrijvingen |
---|---|---|---|
Emulatie | - | - | Selecteer de emulatiemodus. |
Afdrukopties | Lijst met Lettretypen | HP LaserJet | Druk een lijst met de interne lettertypes van de machine af. |
BR-Script 3 | |||
Testafdruk | - | Druk een testpagina af. | |
Tweezijdig | 2-zijdige afdruk | - | Schakel tweezijdig afdrukken in of uit en kies lange zijde of korte zijde. |
Eén afbeelding | - | Voor een afdruktaak waarvan de laatste pagina een enkelzijdige afbeelding is, selecteert u de optie 1-zijd. invoer om de afdruktijd te verminderen. | |
Autom. doorgaan | - | - | Selecteer deze instelling als u wilt dat de machine foutmeldingen over het papierformaat verwijdert en het papier in de lade gebruikt. |
Opdracht HP-lade | - | - | Hiermee selecteert u de juiste versie van HP LaserJet-lade-emulatie. |
Printer resetten | - | - | Herstel de printerinstellingen naar de fabrieksinstellingen. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | Niveau 4 | Beschrijvingen |
---|---|---|---|---|
LAN met kabel | TCP/IP | Opstartmethode | - | Selecteert de opstartmethode die het best aan uw eisen voldoet. |
IP-adres | - | Voer het IP-adres in. | ||
Subnetmasker | - | Voer het Subnetmasker in. | ||
Gateway | - | Voer het Gateway-adres in. | ||
Knooppuntnaam | - | Voer de knooppuntnaam in. (maximaal 32 tekens) | ||
WINS-configuratie | - | Selecteer de WINS-configuratiemodus. | ||
WINS-server | Primair | Specificeer het IP-adres van de primaire WINS-server. | ||
Secundair | Specificeer het IP-adres van de secundaire WINS-server. | |||
DNS-server | Primair | Specificeer het IP-adres van de primaire DNS-server. | ||
Secundair | Specificeer het IP-adres van de secundaire DNS-server. | |||
APIPA | - | Hiermee stelt u de machine in om automatisch het IP-adres van het link-local-adresbereik toe te wijzen. | ||
IPv6 | - | Hiermee schakelt u het IPv6-protocol in of uit. Voor meer gedetailleerde informatie ga naar het gedeelte Veelgestelde vragen en probleemoplossing van uw model op de Brother support website. Zie support.brother.com naar de pagina Veelgestelde vragen en probleemoplossing van uw model. | ||
Ethernet | - | - | Selecteer de ethernetlinkmodus. | |
Status bedraad | - | - | Bekijk de huidige bedrade status. | |
MAC-adres | - | - | Hiermee kunt u het MAC-adres van de machine weergeven. | |
Standaard | - | - | Hiermee worden de instellingen van het bedrade netwerk naar de fabrieksinstellingen teruggezet. | |
Bedraad inschakelen | - | - | Hiermee schakelt u het bedrade LAN handmatig in of uit. | |
WLAN | TCP/IP | Opstartmethode | - | Selecteert de opstartmethode die het best aan uw eisen voldoet. |
IP-adres | - | Voer het IP-adres in. | ||
Subnetmasker | - | Voer het Subnetmasker in. | ||
Gateway | - | Voer het Gateway-adres in. | ||
Knooppuntnaam | - | Voer de knooppuntnaam in. (maximaal 32 tekens) | ||
WINS-configuratie | - | Selecteer de WINS-configuratiemodus. | ||
WINS-server | Primair | Specificeer het IP-adres van de primaire WINS-server. | ||
Secundair | Specificeer het IP-adres van de secundaire WINS-server. | |||
DNS-server | Primair | Specificeer het IP-adres van de primaire DNS-server. | ||
Secundair | Specificeer het IP-adres van de secundaire DNS-server. | |||
APIPA | - | Hiermee stelt u de machine in om automatisch het IP-adres van het link-local-adresbereik toe te wijzen. | ||
IPv6 | - | Hiermee schakelt u het IPv6-protocol in of uit. Voor meer gedetailleerde informatie ga naar het gedeelte Veelgestelde vragen en probleemoplossing van uw model op de Brother support website. Zie support.brother.com naar de pagina Veelgestelde vragen en probleemoplossing van uw model. | ||
Inst. Wizard | - | - | Configureer uw draadloze netwerkinstellingen handmatig. | |
WLAN-assistent | - | - | U kunt met de installatieschijf van Brother uw instellingen voor het draadloos netwerk instellen. | |
WPS | - | - | Configureer uw draadloze netwerkinstellingen met de drukknopmethode. | |
WPS met pincode | - | - | Configureer uw draadloze netwerkinstellingen met behulp van de WPS met een PIN-code. | |
Status WLAN | Status | - | Bekijk de huidige status van het draadloze netwerk. | |
Signaal | - | Bekijk de huidige signaalsterkte van het draadloze netwerk. | ||
SSID | - | Bekijk de huidige SSID. | ||
Comm. Modus | - | Hiermee geeft u de huidige communicatiemodus weer. | ||
MAC-adres | - | - | Hiermee kunt u het MAC-adres van de machine weergeven. | |
Standaard | - | - | Hiermee worden de instellingen van het draadloze netwerk naar de fabrieksinstellingen teruggezet. | |
WLAN Activeren | - | - | Hiermee schakelt u de draadloze netwerkverbinding in. | |
Wi-Fi Direct | Drukknop | - | - | Hiermee configureert u uw Wi-Fi Direct-netwerkinstellingen met de drukknopmethode. |
Pincode | - | - | Hiermee kunt u uw Wi-Fi Direct-netwerkinstellingen configureren met WPS en een pincode. | |
Handmatig | - | - | Hiermee configureert u handmatig uw Wi-Fi Direct-netwerkinstellingen. | |
Groepseigenaar | - | - | Stel uw machine als de Groepseigenaar in. | |
Apparaatgegevens | Apparaatnaam | - | Hiermee wordt de apparaatnaam van uw machine weergegeven. | |
SSID | - | Hiermee kunt u de SSID van de groepseigenaar weergeven. Wanneer de machine niet verbonden is, wordt Niet verbonden op het LCD-scherm weergegeven. | ||
IP-adres | - | Hiermee kunt u het huidige IP-adres van uw machine weergeven. | ||
Statusinformatie | Status | - | Hiermee geeft u de status van het huidige Wi-Fi Direct-netwerk weer. | |
Signaal | - | Hiermee kunt u de signaalsterkte van het huidige WiFi Direct-netwerk nagaan. Wanneer uw machine als Groepseigenaar handelt, geeft de LCD altijd een sterk signaal aan. | ||
Interf. insch. | - | - | Hiermee schakelt u de Wi-Fi Direct-verbinding in of uit. | |
NFC (alleen op bepaalde modellen beschikbaar) | - | - | - | Hiermee schakelt u NFC-functie in of uit. |
Web Connect-instellingen | Proxy-instell. | Proxy-verbinding | - | Wijzig de instellingen voor de internetverbinding. |
Adres | - | |||
Poort | - | |||
Gebruikersnaam | - | |||
Wachtwoord | - | |||
Netw. resetten | - | - | - | Zet alle netwerkinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Beschrijvingen |
---|---|---|
Verzendrapport | Weerg. op LCD | Hiermee geeft u een verzendrapport van de laatste transmissie weer. |
Afdrukrapport | Hiermee drukt u een verzendrapport van de laatste transmissie af. | |
Adresboek | - | Druk een lijst met namen en nummers in het adresboek af. |
Fax Journaal | - | Druk een lijst met informatie over uw 200 laatste inkomende en uitgaande faxen af. (TX betekent Verzenden. RX betekent Ontvangen.) |
Gebruikersinst | - | Druk een lijst van uw instellingen af. |
Printerinstellingen | - | Druk een lijst van uw printerinstellingen af. |
Netwerkconfiguratie | - | Druk een lijst van uw netwerkinstellingen af. |
Bestandsl. afdr. | - | Hiermee drukt u een lijst af met de gegevens die zijn opgeslagen in het geheugen van de machine. |
Drumstippen afdrukken | - | Druk het vel met puntcontrole van de drum af. |
WLAN-rapport (Voor modellen met draadloze netwerkfunctie) | - | Hiermee drukt u de resultaten van de draadloze LAN-verbinding af. |
Overzicht beller-id (Alleen voor sommige landen beschikbaar.)
| - | Selecteer een nummer uit de nummerweergavegeschiedenis en verzend er vervolgens een fax naar, voeg het aan het adresboek toe of wis het. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Beschrijvingen |
---|---|---|
Serienummer | - | Hiermee controleert u het serienummer van uw machine. |
Firmware-versie | Hoofdversie | Hiermee controleert u de firmwareversie van uw machine. |
Sub1-versie | ||
Firmware bijwerken | - | Hiermee werkt u de machine bij met de meest recente firmware. |
Firmware Auto Check | - | U kunt informatie over de firmware in het beginscherm bekijken. |
Paginateller | Totaal | Hiermee controleert u het totale aantal pagina's dat de machine heeft afgedrukt. |
Fax | ||
Kopiëren | ||
Afdrukken | ||
Overige | ||
Levensduur onderdelen | Drumeenheid | Controleer het percentage van de resterende beschikbare levensduur van de verbruiksartikelen. |
Niveau 1 | Niveau 2 | Beschrijvingen |
---|---|---|
Datum en tijd | Datum | Voeg de datum en tijd toe op het scherm en in de hoofdingen van de faxen die u verzendt. |
Tijd | ||
Type klok | Hiermee selecteert u de tijdsindeling (12-uurs- of 24-uursnotatie). | |
Aut. zomertijd | Hiermee stelt u de machine in voor automatische aanpassing aan de zomer-/wintertijd. | |
Tijdzone | Stel uw tijdzone in. | |
Stations-ID | Fax | Hiermee kunt u opgeven welke naam en welk faxnummer moeten worden afgedrukt op elke pagina die u faxt. |
Telefoon | ||
Naam | ||
Toon/Puls (voor Nederland) | - | Selecteer de kiesmodus. |
Kiestoon | - | Maak de pauzedetectie van de kiestoon korter. |
Tel lijn inst | - | Selecteer het type telefoonlijn. |
Compatibel | - | Hiermee past u de synchronisatie aan bij verzendproblemen. VoIP-providers bieden faxondersteuning middels verschillende standaards. Als u regelmatig transmissiefouten ondervindt, selecteert u Minimaal (voor VoIP). |
Reset | Apparaat resetten | Hiermee herstelt u alle machine-instellingen die u hebt gewijzigd. |
Netw. resetten | Zet alle netwerkinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen. | |
Adresboek en fax | Wis alle opgeslagen telefoonnummers en faxinstellingen. | |
Alle instellingen | Herstel alle instellingen van de machine naar de fabrieksinstellingen. | |
Fabrieksinstellingen | Zet alle faxinstellingen terug naar de fabrieksinstellingen. | |
Taalkeuze (Alleen voor sommige landen beschikbaar.) | - | Wijzig uw LCD-taal. |