Home > Apparaat-instellingen > De instellingen van het apparaat vanaf het bedieningspaneel wijzigen > Instellingen- en functietabellen > Instellingstabellen (Touchscreen modellen van 2,7" (67,5 mm))
Instellingstabellen (Touchscreen modellen van 2,7" (67,5 mm))
De volgende tabellen geven u inzicht in de menuopties op uw apparaat.
[Instell.]
[Instell.]
Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | Omschrijvingen |
---|---|---|---|
(Datum en tijd (Datum & Tijd)) | - | - | Hiermee krijgt u toegang tot de menu's om de datum en tijd in te stellen. |
Onderhoud | - | - | Hiermee opent u de menu's met onderhoudsinstellingen. |
Netwerk | LAN met kabel | - | Hiermee opent u het instellingenmenu voor een bedraad LAN. |
WLAN(Wi-Fi) | - | Hiermee opent u de WLAN-instellingenmenu's. | |
Wi-Fi Direct | - | Hiermee opent u de instellingenmenu's van Wi-Fi Direct. | |
Netwerk I/F | - | Hiermee selecteert u het netwerkverbindingstype. | |
Lade-instell. (Ladeinstelling) | - | - | Hiermee opent u de lade-instellingenmenu's. |
Wi-Fi Direct | - | - | Hiermee opent u de instellingenmenu's van Wi-Fi Direct. |
Stille modus | - | - | Hiermee vermindert u het lawaai bij het afdrukken. |
Alle instell. | - | - | Hiermee kunt u de gedetailleerde instellingen configureren. |
[Standaardinst.]
Niveau 3 | Niveau 4 | Niveau 5 | Omschrijvingen |
---|---|---|---|
Onderhoud | Afdrukkwaliteit verbeteren (Verbeter afdrukkwaliteit) | Contr. afdrukkwaliteit | Hiermee kunt u de afdrukkwaliteit, uitlijning en papierinvoer controleren en verbeteren volgens de aanwijzingen op het LCD-scherm. |
Instel kantlijn | |||
Corr. papierinvoer | |||
Printkop reinigen | - | Hiermee reinigt u de printkop volgens de instructies op het LCD-scherm. | |
Verwijder papierresten | - | Hiermee verwijdert u een stuk papier uit het apparaat volgens de instructies op het LCD-scherm. | |
Inktvolume | - | Geeft aan hoeveel inkt er nog beschikbaar is. | |
Inktcartridgemodel | - | Hiermee controleert u de nummers van de inktcartridges. | |
Afdrukopties | Verminder vlekken | Hiermee voorkomt u vlekken op het papier of papierstoringen tijdens het afdrukken. | |
Verminder oneven regels | Hiermee voorkomt u lijnen op het papier tijdens het afdrukken. | ||
Afdruk verbet. | Hiermee verbetert u de afdrukkwaliteit en gaat u onscherpe afdrukken tegen. | ||
Controle inktcartridge | - | Hiermee bekijkt u de gegevens van de inktcartridges. | |
Automatische controle van afdrukkwaliteit | - | Hiermee wordt de toestand van de printkop automatisch gedetecteerd en vindt zo nodig reiniging plaats. | |
Lade-instell. (Lade-instelling) | Lade 1 | Papiersoort | Hiermee kunt u het soort papier voor lade 1 instellen. |
Papierform. (Papierformaat) | Hiermee kunt u het papierformaat voor lade 1 instellen. | ||
Lade 2 | Papiersoort | Hiermee kunt u het soort media voor lade 2 instellen. | |
Papierform. (Papierformaat) | Hiermee kunt u het papierformaat voor lade 2 instellen. | ||
Meld. bijna leeg | - | Hiermee selecteert u of een melding moet worden weergegeven dat de papierlade bijna leeg is. | |
Contr. papier | - | Controleer de papiersoort en het papierformaat wanneer u de lade uit het apparaat trekt. | |
Stille modus | - | - | Hiermee vermindert u het lawaai bij het afdrukken. |
Toon | - | - | Hiermee past u het volume van de waarschuwingstoon aan. |
LCD instell. (LCD-instell.) | Schermverlicht | - | Hiermee kunt u de helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm aanpassen. |
Lichtdim-timer | - | Hiermee stelt u in hoelang de achtergrondverlichting van het LCD-scherm blijft branden nadat u er voor het laatst op hebt gedrukt. | |
Toetsenb. Instell. | - | - | Hiermee selecteert u het type toetsenbord voor het LCD-scherm. |
Tijd slaapstand | - | - | Stel in hoe lang het apparaat inactief moet blijven voordat het in Slaapstand gaat. |
Aut. uitschak. | - | - | Geef op na hoeveel tijd het apparaat automatisch moet overschakelen naar de stroom uit-modus. Als deze functie is uitgeschakeld, gaat het apparaat niet automatisch uit. |
[Printer]
Niveau 3 | Niveau 4 | Niveau 5 | Omschrijvingen |
---|---|---|---|
Emulatie | - | - | Hiermee selecteert u de emulatiemodus. |
Afdrukopties | Lijst met Lettretypen | HP LaserJet | Druk een lijst met de interne lettertypes van het apparaat af. |
BR-Script 3 | |||
Testafdruk | - | Hiermee drukt u een testpagina af. | |
Tweezijdig | 2-zijdige afdruk | - | Hiermee schakelt u 2-zijdig afdrukken in of uit en selecteert u lange zijde of korte zijde. |
Opdracht HP-lade | - | - | Hiermee selecteert u de juiste versie van HP LaserJet-emulatie. |
Printer resetten | - | - | Hiermee worden de apparaatinstellingen naar de fabrieksinstellingen teruggezet. |
[Netwerk]
Niveau 3 | Niveau 4 | Niveau 5 | Niveau 6 | Omschrijvingen |
---|---|---|---|---|
LAN met kabel | TCP/IP | Opstartmethode | - | Selecteert de opstartmethode die het best aan uw eisen voldoet. |
IP-adres | - | Voer het IP-adres in. | ||
Subnetmasker | - | Voer het subnetmasker in. | ||
Gateway | - | Voer het adres van de gateway in. | ||
Knooppuntnaam | - | Voer de knooppuntnaam in. | ||
WINS-configuratie | - | Selecteert de WINS-configuratiemodus. | ||
WINS-server | - | Hiermee kunt u het IP-adres van de primaire of secundaire WINS-server opgeven. | ||
DNS-server | - | Hiermee kunt u het IP-adres van de primaire of secundaire DNS-server opgeven. | ||
APIPA | - | Hiermee stelt u het apparaat in om automatisch het IP-adres van het link-local-adresbereik toe te wijzen. | ||
IPv6 | - | Hiermee schakelt u het IPv6-protocol in of uit. | ||
Ethernet | - | - | Hiermee selecteert u de Ethernet-verbindingsmodus. | |
Status bedraad | - | - | Hiermee geeft u de status van het bedrade netwerk weer. | |
MAC-adres | - | - | Hiermee kunt u het MAC-adres van het apparaat weergeven. | |
WLAN(Wi-Fi) | Wi-Fi-netwerk vinden | - | - | Configureer uw draadloze netwerkinstellingen handmatig. |
TCP/IP | Opstartmethode | - | Selecteert de opstartmethode die het best aan uw eisen voldoet. | |
IP-adres | - | Voer het IP-adres in. | ||
Subnetmasker | - | Voer het subnetmasker in. | ||
Gateway | - | Voer het adres van de gateway in. | ||
Knooppuntnaam | - | Voer de knooppuntnaam in. | ||
WINS-configuratie | - | Selecteert de WINS-configuratiemodus. | ||
WINS-server | - | Hiermee kunt u het IP-adres van de primaire of secundaire WINS-server opgeven. | ||
DNS-server | - | Hiermee kunt u het IP-adres van de primaire of secundaire DNS-server opgeven. | ||
APIPA | - | Hiermee stelt u het apparaat in om automatisch het IP-adres van het link-local-adresbereik toe te wijzen. | ||
IPv6 | - | Hiermee schakelt u het IPv6-protocol in of uit. | ||
WPS/drukknop | - | - | U kunt uw draadloze netwerkinstellingen eenvoudig configureren met één druk op de knop. | |
WPS/pincode | - | - | U kunt uw draadloze netwerkinstellingen eenvoudig configureren met WPS en een pincode. | |
WLAN herstellen | - | - | Reset en herstart uw draadloos netwerk. | |
Status WLAN | Status | - | Hiermee geeft u de status van het huidige draadloze netwerk weer. | |
Signaal | - | Hiermee kunt u de signaalsterkte van het huidige netwerk weergeven. | ||
SSID | - | Hiermee geeft u de huidige SSID weer. | ||
Comm. Modus | - | Hiermee geeft u de huidige communicatiemodus weer. | ||
MAC-adres | - | - | Hiermee kunt u het MAC-adres van het apparaat weergeven. | |
Wi-Fi Direct | Handmatig | - | - | Hiermee configureert u handmatig uw Wi-Fi Direct-netwerkinstellingen. |
Groepseigenaar | - | - | Stel uw apparaat als de Groepseigenaar in. | |
Drukknop | - | - | Hiermee configureert u uw Wi-Fi Direct-netwerkinstellingen met de drukknopmethode. | |
Pincode | - | - | Hiermee kunt u uw Wi-Fi Direct-netwerkinstellingen configureren met WPS en een pincode. | |
Apparaatgegevens | Apparaatnaam | - | Hiermee wordt de apparaatnaam van uw apparaat weergegeven. | |
SSID | - | Hiermee kunt u de SSID van de groepseigenaar weergeven. Wanneer het apparaat niet verbonden is, wordt Niet verbonden op het LCD-scherm weergegeven. | ||
IP-adres | - | Hiermee kunt u het huidige IP-adres van uw apparaat weergeven. | ||
Statusinformatie | Status | - | Hiermee geeft u de status van het huidige Wi-Fi Direct-netwerk weer. | |
Signaal | - | Hiermee kunt u de signaalsterkte van het huidige WiFi Direct-netwerk nagaan. Wanneer uw apparaat als Groepseigenaar handelt, geeft de LCD altijd een sterk signaal aan. | ||
Interf. insch. | - | - | Hiermee schakelt u de Wi-Fi Direct-verbinding in of uit. | |
Bericht van Brother | Bericht van Brother | - | - | Hiermee kunt u berichten en meldingen van Brother weergeven. |
Status | - | - | ||
Web Connect-instellingen (Web Connect- instellingen) | Proxy-instell. | Proxy-verbinding | - | Hiermee wijzigt u de webinstellingen. |
Adres | - | |||
Poort | - | |||
Gebruikersnaam | - | |||
Wachtwoord | - | |||
Netwerk I/F | - | - | - | Hiermee selecteert u het netwerkverbindingstype. |
IPsec | - | - | - | IPsec is een optionele beveiligingsfunctie van het IP-protocol dat verificatie- en versleutelingsservices voorziet. We raden u aan om contact op te nemen met uw netwerkbeheerder voordat u deze instelling wijzigt. |
Netw. resetten | - | - | - | Herstelt alle fabrieksinstellingen van het netwerk. |
[Print lijsten]
Niveau 3 | Omschrijvingen |
---|---|
Gebruikersinst | Hiermee drukt u een lijst af met uw gebruikersinstellingen. |
Netwerkconfiguratie | Hiermee drukt u een lijst af met uw netwerkinstellingen. |
WLAN-rapport | Hiermee drukt u de resultaten van de draadloze LAN-verbinding af. |
[Machine-info]
Niveau 3 | Niveau 4 | Omschrijvingen |
---|---|---|
Serienummer | - | Hiermee controleert u het serienummer van uw apparaat. |
Firmware-versie | Hoofdversie | Hiermee controleert u de firmwareversie van uw apparaat. |
Beveiligingsversie | ||
Firmware bijwerken (Firmware-update) | - | Hiermee werkt u het apparaat bij met de meest recente firmware. |
Firmware Auto Check | - | U kunt informatie over de firmware in het beginscherm bekijken. |
Paginateller | - | Hiermee geeft u het aantal afgedrukte pagina's weer. |
[Stand.instel.]
Niveau 3 | Niveau 4 | Omschrijvingen |
---|---|---|
Datum en tijd (Datum & Tijd) | Datum | Hiermee stelt u de datum en tijd op uw apparaat in. |
Tijd | ||
Aut. zomertijd | Hiermee stelt u het apparaat in voor automatische aanpassing aan de zomer-/wintertijd. | |
Tijdzone | Hiermee stelt u uw tijdzone in. | |
Reset | Apparaat resetten | Herstel alle apparaatinstellingen die u hebt gewijzigd, zoals datum en tijd. |
Netwerk | Herstelt alle fabrieksinstellingen van het netwerk. | |
Alle instellingen | Herstel alle instellingen van het apparaat naar de fabrieksinstellingen. | |
Taalkeuze (Alleen voor sommige landen beschikbaar.) | - | Hiermee wijzigt u de taal op uw LCD-scherm. |