Home > Problemen oplossen > Fout- en onderhoudsmeldingen
Fout- en onderhoudsmeldingen
Zoals bij alle geavanceerde kantoorproducten, kunnen fouten voorvallen en moeten verbruiksartikelen mogelijk worden vervangen. Als dit gebeurt, identificeert uw apparaat de fout of het vereiste routineonderhoud en toont hij het geschikte bericht. De meest voorkomende meldingen met betrekking tot fouten en onderhoud staan in de tabel.
Volg de instructies in de kolom Actie om de fout op te lossen en het bericht te verwijderen.
De meeste meldingen over fouten en algemene onderhoudswerkzaamheden kunt u zelf afhandelen. Ga voor meer tips naar support.brother.com en klik op de pagina Veelgestelde vragen en probleemoplossing.
Foutmelding | Oorzaak | Wat te doen |
---|
2-zijd. vastgel. | Het papier is vastgelopen in de papierlade of de dubbelzijdige lade. | Verwijder de papierlade en de dubbelzijdige lade, en verwijder al het vastgelopen papier zoals op het LCD-scherm wordt getoond. |
2-zijdig uitgeschakeld | De achterklep van het apparaat is niet volledig gesloten. | Sluit het achterdeksel van het apparaat tot het vergrendeld is. |
Afdrukgegevens vol | Het geheugen van het apparaat is vol. | Druk op en verwijder de eerder opgeslagen beveiligde afdrukgegevens. |
Afgebroken | De andere partij of het faxapparaat van de andere partij heeft de oproep afgebroken. | Probeer de fax opnieuw te verzenden of te ontvangen. Als oproepen geregeld worden onderbroken en u een VoIP-systeem (Voice over IP) gebruikt, kunt u proberen de compatibiliteit te wijzigen naar Basis (voor VoIP). |
Afkoelen | De temperatuur in het apparaat is te hoog. Het apparaat onderbreekt de huidige afdruktaak en schakelt over naar de afkoelingsstand. | Wacht tot het apparaat volledig is afgekoeld. Zorg dat de ventilatieopeningen van het apparaat niet worden geblokkeerd. Zodra het apparaat is afgekoeld, wordt de afdruktaak hervat. |
Benodigheden Drum bijna op | De drumeenheid is aan het einde van zijn gebruiksduur. | Bestel een nieuwe drumeenheid voor Drum vervangen weergegeven wordt op het LCD-scherm. |
Benodigheden Drum vervangen | De drumeenheid moet worden vervangen. | Vervang de drumeenheid. Verwante informatie: De drumeenheid vervangen. |
Benodigheden Riem bijna op | De riemeenheid is aan het einde van zijn gebruiksduur. | Bestel een nieuwe riemeenheid voor Riemeenheid vervangen wordt weergegeven op het LCD-scherm. |
Benodigheden Riemeenheid vervangen | De riemeenheid moet worden vervangen. | Vervang de riemeenheid door een nieuwe. Verwante informatie: De riemeenheid vervangen |
Benodigheden Tnrbak bijna vol | De toneropvangbak is bijna vol. | Bestel een toneropvangbak voor Tonerafvalbak vervangen wordt weergegeven op het LCD-scherm. |
Benodigheden Tonerbak vol | De tonerbak moet worden vervangen. | Vervang de tonerbak. Verwante informatie: De toneropvangbak vervangen. |
Benodigheden Weinig toner: X (X geeft de kleur van de tonercartridge of drumeenheid aan die bijna aan het einde van zijn gebruiksduur is. BK=zwart, C=cyaan, M=magenta, Y=geel.) | Als dit bericht weergegeven wordt op het LCD-scherm, kunt u nog steeds afdrukken. De tonercartridge is bijna aan het einde van zijn gebruiksduur. | Bestel een nieuwe tonercartridge voor Toner vervangen wordt weergegeven op het LCD-scherm. |
Cartridgefout | De tonercartridge is niet juist geïnstalleerd. | Trek de drumeenheid uit het apparaat, verwijder de tonercartridge voor de kleur die op de LCD wordt aangegeven en plaats hem terug in de drumeenheid. Plaats de drumeenheid opnieuw in het apparaat. Als u het probleem niet kunt verhelpen, neemt u contact op met de klantenservice van Brother of met uw lokale Brother-reseller. |
Communicatiefout | Een slechte telefoonverbinding heeft een communicatiefout veroorzaakt. | Verzend de fax opnieuw of sluit het apparaat op een andere telefoonlijn aan. Als het probleem nog niet is verholpen, neemt u contact op met het telefoonbedrijf en vraagt u of ze uw telefoonlijn willen controleren. |
Condensvorming | Als de kamertemperatuur is gewijzigd, kan zich condensatie vormen in het apparaat. | Laat het apparaat aan staan. Wacht 30 minuten en laat het frontdeksel open staan. Schakel vervolgens het apparaat uit en sluit het deksel. Schakel ze terug in. |
Documentstor. | Het document is niet goed geplaatst of ingevoerd, of het document dat via de ADF is gescand, is te lang. | Verwijder het vastgelopen papier uit de ADF (automatische documentinvoer). Verwijder alle vuil of stukjes papier van het papierpad van de ADF. Druk op . |
Drumeenheid ! | De coronadraden van de drumeenheid moeten worden schoongemaakt. | Maak de coronadraden van de drumeenheid schoon. Verwante informatie: De coronadraden reinigen Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de drumeenheid door een nieuwe. |
De drumeenheid of de module met de drumeenheid en tonercartridge is niet correct geïnstalleerd. | Verwijder de drumeenheid, verwijder de tonercartridges uit de drumeenheid en plaats de tonercartridges terug in de drumeenheid. Plaats de drumeenheid opnieuw in het apparaat. |
Formaatfout | Het papierformaat dat gedefinieerd is in de printerdriver wordt niet ondersteund door de opgegeven lade. | Kies een papierformaat dat ondersteund wordt door de opgegeven lade. |
Formaatfout tweezijdig | Het papierformaat dat opgegeven is in de instelling voor het papierformaat van het apparaat is niet beschikbaar voor automatisch tweezijdig afdrukken. | Druk op (indien nodig). Plaats papier met het juiste formaat in de lade en pas het papierformaat voor de lade aan. Kies een papierformaat dat geschikt is voor tweezijdig afdrukken. De beschikbare papierformaten voor automatisch tweezijdig afdrukken zijn A4, Letter, Legal, Mexico Legal, India Legal en Folio. |
Het papier in de lade heeft niet het juiste formaat en is niet beschikbaar voor automatisch tweezijdig afdrukken. |
Fout drumeenheid | De drumeenheid is niet juist geïnstalleerd. | Verwijder de drumeenheid uit uw apparaat en plaats de drumeenheid vervolgens terug in het apparaat. |
Fout lade 2 Fout lade 3
| De optionele onderste lade is niet correct geïnstalleerd. | Installeer de onderste lade opnieuw. |
Geen 2-zijdige lade | De dubbelzijdige lade is niet of niet juist geïnstalleerd. | Installeer de dubbelzijdige lade opnieuw. |
Geen afvaltoner | De toneropvangbak is niet of niet correct geïnstalleerd. | Installeer de toneropvangbak opnieuw. Verwante informatie: De toneropvangbak vervangen. |
Geen antwoord | Het aangesloten USB-apparaat reageert niet. | Ontkoppel het apparaat van de USB Direct Interface. |
Geen drum | De drumeenheid is niet of niet juist geïnstalleerd. | Plaats de module met de tonercartridge en drumeenheid terug. Verwante informatie: De drumeenheid vervangen. |
Geen drumeenheid | De drumeenheid is niet juist geïnstalleerd. | Plaats de module met de tonercartridge en drumeenheid terug. Verwante informatie: De drumeenheid vervangen. |
Geen Lade 1 Geen Lade 2 Geen Lade 3 Geen Lade 4 | De papierlade is niet of niet juist geïnstalleerd. | Plaats de papierlade die aangegeven wordt op het LCD-scherm terug in het apparaat. |
Geen papier Lade 1 Geen papier Lade 2 Geen papier Lade 3 Geen papier Lade 4 | De papierlade heeft geen papier meer of het papier is niet correct in de papierlade geplaatst. | Voer een van de volgende handelingen uit:
|
Geen papier MF-lade | De multifunctionele lade heeft geen papier meer of het papier is niet correct in de multifunctionele lade geplaatst. | Voer een van de volgende handelingen uit:
|
Geen papier | Het apparaat heeft geen papier meer of het papier is niet correct in de papierlade geplaatst. |
|
Geen riem | De riemeenheid is niet of niet correct geïnstalleerd. | Installeer de riemeenheid opnieuw. Verwante informatie: De riemeenheid vervangen. |
Geen toner | De tonercartridge voor de kleur aangegeven op de LCD is niet of niet correct geïnstalleerd. | Verwijder de tonercartridge voor de kleur aangegeven op de LCD uit de drumeenheid en plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid. Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de tonercartridge. Verwante informatie: De tonercartridge vervangen. |
Geheugen vol | Het geheugen van het apparaat is vol. | Als er een fax wordt verzonden of een kopieertaak bezig is, ga dan op een van de volgende manieren te werk:
Als er een afdruktaak bezig is, drukt u op en verlaagt u de afdrukresolutie. |
Gn papierinv. L1 Gn papierinv. L2 Gn papierinv. L3 Gn papierinv. L4 | Het apparaat kon geen papier aanvoeren uit de aangegeven papierlade. | Trek de papierlade die aangegeven wordt op het LCD-scherm uit het apparaat en verwijder voorzichtig al het vastgelopen papier. |
Hub niet ondersteund | Een USB-hub is aangesloten op de USB direct-interface. | Koppel de USB-hub los van de USB direct-interface. |
Initial. aanraakscherm mislukt | Het touchscreen werd aangeraakt voordat het inschakelen was voltooid. | Zorg ervoor dat er niets het touchscreen aanraakt. |
Tussen het onderste deel van het touchscreen en het frame kan zich vuil hebben opgehoopt. | Steek een stuk stevig papier tussen het onderste deel van het touchscreen en het frame en schuif het stuk papier heen en weer om het vuil te verwijderen. |
Kalibratie | Kalibratie mislukt. |
|
Kan niet afdrukken ## | Het apparaat heeft een mechanisch probleem. |
|
Kan niet detect. | Uw apparaat kan de tonercartridge voor de kleur die op de LCD wordt aangegeven, niet detecteren. | Verwijder de tonercartridge voor de kleur aangegeven op de LCD uit de drumeenheid en plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid. |
Uw apparaat kan de riemeenheid niet detecteren. | Verwijder de riemeenheid uit uw apparaat en plaats de riemeenheid vervolgens terug in het apparaat. |
Uw apparaat kan de drumeenheid niet detecteren. | Verwijder de drumeenheid uit uw apparaat en plaats de drumeenheid vervolgens terug in het apparaat. |
Kan niet scannen ## | Het apparaat heeft een mechanisch probleem. |
|
Kan niet scannen | Het document is te lang voor tweezijdig scannen. | Druk op . Gebruik voor tweezijdig scannen papier met A4-formaat. Ander papier mag maximaal het volgende formaat hebben: Lengte: 147,3 tot 355,6 mm Breedte: 105 tot 215,9 mm |
Klep is open | Het frontdeksel is niet volledig gesloten. | Open en sluit het frontdeksel van het apparaat goed. |
Klep is open. | De fuserklep is niet volledig gesloten of er is papier vastgelopen in de achterzijde van het apparaat toen u deze inschakelde. | Sluit de fuserklep die zich onder het achterdeksel van het apparaat bevindt. Zorg ervoor dat er geen papier vastzit in de achterkant van het apparaat en sluit het fuserdeksel. |
Klep is open. | Het ADF-deksel is niet volledig gesloten. | Sluit het ADF-deksel. Als de foutmelding niet verdwijnt, drukt u op . |
Kort papier | De lengte van het papier in de lade is te kort voor het apparaat om het uit te werpen op de documentuitvoer met bedrukte zijde naar beneden. | Open het achterdeksel (lade voor documentuitvoer met bedrukte zijde naar boven) zodat de bedrukte pagina naar de lade voor documentuitvoer met bedrukte zijde naar boven kan. Verwijder de afgedrukte pagina's en druk daarna op Opnieuw. |
Lade bijna leeg Lade 1 bijna leeg Lade 2 bijna leeg Lade 3 bijna leeg Lade 4 bijna leeg | De papierlade is bijna leeg. | Plaats papier in de lege papierlade die aangegeven wordt op het LCD-scherm. |
Limiet overschreden | De afdrukbeperking die in Secure Function Lock 3.0 werd ingesteld, is bereikt. | Vraag aan de beheerder om de instellingen voor Beveiligd functieslot te controleren. |
Onbruikb. app. Verwijder apparaat. Zet uit en weer aan. | Een defect USB-apparaat of een USB-apparaat dat veel energie verbruikt, werd op de USB direct-interface aangesloten. |
|
Onbruikb. app. | Een USB-apparaat of USB-flashstation dat versleuteld is of niet wordt ondersteund, werd op de USB direct-interface aangesloten. | Ontkoppel het apparaat van de USB Direct Interface. |
Ongeldig formaat | Het papier in de lade heeft niet het juiste formaat. | Plaats papier met het juiste formaat in de lade en pas het papierformaat aan de lade aan. |
Onjuist papierformaat MF Onjuist papierformaat L1 Onjuist papierformaat L2 Onjuist papierformaat L3 Onjuist papierformaat L4 | Het papier in de opgegeven lade is leeggeraakt tijdens het kopiëren en het apparaat kon geen papier met hetzelfde formaat aanvoeren via de volgende prioriteitslade. | Plaats papier in de lege papierlade. |
Onjuiste tonercartridge | De tonercartridge voor de kleur aangegeven op het LCD-scherm is niet de juiste tonercartridge voor uw apparaat. | Verwijder de tonercartridge voor de kleur aangegeven op het LCD-scherm uit de drumeenheid en plaats een tonercartridge met de juiste modelnaam van het verbruiksartikel. |
Onvoldoende faxgeh. | Het faxgeheugen van het apparaat is vol. | Als u de functie Faxvoorbeeld gebruikt, verwijdert u ongewenste ontvangen faxgegevens. Als u de functie Ontvangst uit het geheugen gebruikt maar de functie Faxvoorbeeld niet, drukt u de ontvangen faxgegevens af. Verwante informatie: Een fax in het geheugen van het apparaat afdrukken |
Opslag vol | Op het USB-flashstation waarvan u gebruikmaakt, is onvoldoende vrije ruimte beschikbaar om beveiligde afdrukgegevens op te slaan. | Druk op en verwijder de eerder opgeslagen beveiligde afdrukgegevens. |
Opslagapparaat niet herkend | Het USB-flashstation kan niet worden gebruikt. | Druk op Sluitenen houd vervolgens ingedrukt om het apparaat uit te schakelen. Wacht een paar minuten en schakel het apparaat dan weer in. Als de foutmelding er nog steeds staat, verander dan de instelling Opslaglocatie naar het geheugen van het apparaat. |
Registratie | Registratie mislukt. |
|
Riemfout | De riemeenheid is niet juist geïnstalleerd. | Verwijder de riemeenheid uit uw apparaat en plaats de riemeenheid vervolgens terug in het apparaat. |
Stop drumeenheid | De drumeenheid moet worden vervangen. | Vervang de drumeenheid. Verwante informatie: De drumeenheid vervangen. |
Strijdig mediatype | Het mediatype dat opgegeven is in de printerdriver is niet gelijk aan het papiertype dat opgegeven is in het machinemenu. | Plaats het correcte papier in de lade en selecteer vervolgens het correcte mediatype bij de instelling Papiertype op het apparaat. |
ToegangGeweigerd | De functie die u wilt gebruiken is beperkt door Secure Function Lock 3.0. | Vraag aan de beheerder om de instellingen voor Beveiligd functieslot te controleren. |
Toner vervangen | De tonercartridge is aan het einde van zijn gebruiksduur. Het apparaat stopt alle afdruktaken. Zolang het geheugen beschikbaar is, worden faxen in het geheugen bewaard. | Vervang de tonercartridge van de kleur aangegeven op de LCD. Verwante informatie: De tonercartridge vervangen. |
Tonerafvalbak vervangen | De tonerbak moet worden vervangen. | Vervang de toneropvangbak door een nieuwe. Verwante informatie: De toneropvangbak vervangen |
Tonerfout | Een of meerdere tonercartridges zijn niet of niet correct geïnstalleerd. | Verwijder de module met de tonercartridge en drumeenheid. Verwijder de tonercartridge en plaats deze opnieuw in de drumeenheid. Plaats de module met de tonercartridge en drumeenheid terug in het apparaat. |
Uitvoerlade vol | De uitvoerpapierlade is vol. | Verwijder het afgedrukte papier van de lade voor documentuitvoer met bedrukte zijde naar beneden. |
USB-flashstation niet gedetecteerd | Er werd geen USB-flashstation verbonden met de USB-poort (achteraan). | Verbind een USB-flashstation met de USB-poort (achteraan). |
Vast achter | Het papier is vastgelopen aan de achterkant van het apparaat. | Open het achterdeksel, de fuserklep en deksel 2 (indien aanwezig). Verwijder al het vastgelopen papier. Sluit de deksels. Druk op Opnieuw. |
Vast B MF-lade | Het papier is vastgelopen in de multifunctionele lade. | Verwijder voorzichtig al het vastgelopen papier in en rond de multifunctionele lade. Plaats het papier terug en druk op Opnieuw. |
Vast in lade1 Vast in lade2 Vast in lade3 Vast in lade4 | Het papier is vastgelopen in de aangegeven papierlade. | Trek de papierlade uit het apparaat en verwijder al het vastgelopen papier zoals aangegeven in de animatie op het LCD-scherm. |
Vast intern | Het papier is vastgelopen in het apparaat. | Open het frontdeksel, verwijder de module met de tonercartridge en drumeenheid en trek al het vastgelopen papier eruit. Plaats de module met de drumeenheid en tonercartridge terug in het apparaat. Sluit het frontdeksel. |
Verkeerde drum | De drumeenheid is niet de juiste voor uw apparaat. | Verwijder de drumeenheid en plaats een drumeenheid met de juiste modelnaam van het verbruiksartikel. |
Verkeerde riem | De riemeenheid is niet de juiste voor uw apparaat. | Verwijder de riemeenheid en plaats een riemeenheid met de juiste modelnaam van het verbruiksartikel. |
Zelfdiagnose | De temperatuur van de fusereenheid bereikt een bepaalde temperatuur niet binnen een bepaalde tijd. | Houd ingedrukt om het apparaat uit te schakelen, wacht enkele seconden en schakel hem weer in. Laat het apparaat gedurende 15 minuten inactief maar ingeschakeld. |
De fusereenheid is te heet. |