Home > Problemen oplossen > Fout- en onderhoudsmeldingen (LED)
Fout- en onderhoudsmeldingen (LED)
Zoals bij alle geavanceerde kantoorproducten, kunnen fouten voorvallen en moeten verbruiksartikelen mogelijk worden vervangen. Als dit gebeurt, identificeert uw apparaat de fout of vereiste routineonderhoud en de Status Monitor toont het geschikte bericht. De meest voorkomende fout- en onderhoudsaanduidingen vindt u in de tabel.
Volg de instructies in de Acties om de status te verbeteren.
Led-aanduiding | Status Monitor | Oorzaak | Actie |
---|
Cartridgefout | De tonercartridge is niet juist geïnstalleerd. | Verwijder de module met de tonercartridge en drumeenheid uit het apparaat. Verwijder de tonercartridge en plaats deze opnieuw in de drumeenheid. Plaats de module met de tonercartridge en drumeenheid terug in het apparaat. Als u het probleem niet kunt verhelpen, neemt u contact op met de klantenservice van Brother of met uw lokale Brother-reseller. |
Geen toner | De tonercartridge of de module met de tonercartridge en drumeenheid is niet correct geïnstalleerd. | Verwijder de module met de tonercartridge en drumeenheid. Verwijder de tonercartridge uit de drumeenheid en plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid. Plaats de module met de tonercartridge en drumeenheid terug in het apparaat. Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de tonercartridge door een nieuwe. Verwante informatie: De tonercartridge vervangen |
Onjuiste toner | De geïnstalleerde tonercartridge is niet de juiste voor uw apparaat. | Verwijder de tonercartridge uit de drumeenheid en plaats een tonercartridge met de juiste productcode. |
Vervang toner | Als de Status Monitor Vervang toner toont, kunt u nog steeds afdrukken. Het betekent echter dat de tonercartridge het einde van de gebruiksduur nadert. | Bestel nu een nieuwe tonercartridge zodat u een reservecartridge bij de hand hebt wanneer de Status Monitor Toner vervangen weergeeft. |
Geen Drum | De drumeenheid is niet juist geïnstalleerd. | Plaats de module met de tonercartridge en drumeenheid terug. Verwante informatie: De drumeenheid vervangen |
Toner vervangen | De tonercartridge is aan het einde van zijn gebruiksduur. | Vervang de tonercartridge door een nieuwe. Verwante informatie: De tonercartridge vervangen |
Toner vervangen (Continumodus) |
Toner is op (Continumodus) | De tonercartridge moet worden vervangen. | Vervang de tonercartridge door een nieuwe. Verwante informatie: De tonercartridge vervangen |
Drum ! | De primaire corona op de drumeenheid moet worden schoongemaakt. | Maak de primaire corona van de drumeenheid schoon. Verwante informatie: De coronadraad schoonmaken Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de drumeenheid door een nieuwe. |
De drumeenheid of de module met de drumeenheid en tonercartridge is niet correct geïnstalleerd. | Verwijder de module met de tonercartridge en drumeenheid. Verwijder de tonercartridge uit de drumeenheid en plaats de tonercartridge terug in de drumeenheid. Plaats de module met de drumeenheid en tonercartridge terug in het apparaat. Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de drumeenheid door een nieuwe. |
Drum bijna op | De drumeenheid is aan het einde van zijn gebruiksduur. | Bestel een nieuwe drumeenheid voor het apparaat aangeeft dat de drum moet worden vervangen. |
| Drum vervangen | De drumeenheid moet worden vervangen. | Vervang de drumeenheid door een nieuwe. Verwante informatie: De drumeenheid vervangen |
Als dit bericht verschijnt nadat de drumeenheid is vervangen, is de teller van de drumeenheid niet gereset. | Reset de drumteller. Verwante informatie: De drumteller resetten |
Klep is open | Het frontdeksel is niet volledig gesloten. | Open en sluit het frontdeksel van het apparaat goed. |
De fuserklep is niet volledig gesloten of er is papier vastgelopen in de achterzijde van het apparaat toen u dit inschakelde. |
|
2-zijdig uit | De achterklep van het apparaat is niet volledig gesloten. | Sluit het achterdeksel van het apparaat tot het vergrendeld is. |
De dubbelzijdige lade is niet correct geïnstalleerd. | Installeer de dubbelzijdige lade stevig in het apparaat. |
Vast: 2zijdig | Het papier is vastgelopen onder de dubbelzijdige lade of de fuseereenheid. | Verwijder het vastgelopen papier in de dubbelzijdige lade of de fuseereenheid. |
Vast intern | Het papier is vastgelopen in het apparaat. | Open het frontdeksel, verwijder de drum en toner en verwijder het vastgelopen papier. |
Vast achter | Het papier is vastgelopen aan de achterkant van het apparaat. | Open het fuserdeksel en verwijder al het vastgelopen papier. Sluit het fuserdeksel. |
Vast in lade1 | Het papier is vastgelopen in de papierlade. | Trek de papierlade volledig naar buiten en verwijder al het vastgelopen papier. |
Geheugen vol | Het geheugen van het apparaat is vol. | Verlaag de afdrukresolutie. |
Fout formaat DX | Het papierformaat opgegeven in de printerdriver is niet geschikt voor automatisch tweezijdig afdrukken. | Plaats papier met het juiste formaat in de lade en pas het papierformaat voor de lade aan. Het papierformaat dat geschikt is voor automatisch tweezijdig afdrukken is A4. |
Het papier in de lade heeft niet het juiste formaat en is niet geschikt voor automatisch tweezijdig afdrukken. |
Ongeldig formaat | Het papier in de lade heeft niet het juiste formaat. | Plaats papier met het juiste formaat in de lade en pas het papierformaat aan de lade aan. Druk op Go (Ga). |
De door u geselecteerde papierlade ondersteunt het in de printerdriver opgegeven papierformaat niet. | Wijzig de instelling in de printerdriver of de instelling van de lade van het apparaat zodat het in de printerdriver geselecteerde papierformaat overeenstemt met het in de geselecteerde lade geplaatste papierformaat. |
Formaatfout | De door u geselecteerde papierlade ondersteunt het in de printerdriver opgegeven papierformaat niet. | Wijzig de instelling in de printerdriver of de instelling van de lade van het apparaat zodat het in de printerdriver geselecteerde papierformaat overeenstemt met het in de geselecteerde lade geplaatste papierformaat. |
Handinvoer | Handmatig was geselecteerd als papierbron in de printerdriver, maar er is geen papier aanwezig in de sleuf voor handmatige invoer. | Plaats papier in de sleuf voor handmatige invoer. |
Geen papier T1 | Het apparaat heeft geen papier meer of het papier is niet correct in de papierlade geplaatst. |
|
Kan niet afdrukken | Het apparaat heeft een mechanisch probleem. | Houd ingedrukt om het apparaat uit te schakelen, wacht enkele minuten en schakel hem weer in. |
Zelfdiagnose | De fuseereenheid werkt niet goed. | Houd ingedrukt om het apparaat uit te schakelen, wacht enkele seconden en schakel hem weer in. Laat het apparaat gedurende 15 minuten inactief maar ingeschakeld. |
De fusereenheid is te heet. |
Kan niet afdrukken | Het apparaat heeft een mechanisch probleem. |
|