Op dik papier, etiketten en enveloppen afdrukken

(Raadpleeg Over papier en Soorten enveloppen om te zien welke papiersoorten u kunt gebruiken.)
1
Selecteer het volgende in de printerdriver:
Papierformaat (1)
Soort papier (2)
Papierbron (3) en andere instellingen.
• 
Printerdriver voor Windows®
Scherm
• 
BR-Script-driver (alleen voor de HL-4050CDN / HL-4070CDW)
Scherm
Scherm
Opmerking Opmerking
 
• 
Als u de BR-Script-driver wilt gebruiken, kunt u deze installeren met gebruik van de aangepaste installatie op de cd-rom.
• 
Bij gebruik van Enveloppe 10, kiest u bij Papierformaat de optie Com-10.
• 
Voor andere enveloppen die niet in de printerdriver worden vermeld, bijvoorbeeld Enveloppe #9 of Enveloppe C6, gebruikt u Door gebruiker gedefinieerd.... (Raadpleeg Papierformaat voor nadere informatie over envelopformaten.)
• 
Printerdriver voor Macintosh®
Papierformaat (1)
Soort papier (2)
Papierinvoer (3)
Scherm
Scherm
Scherm
Opmerking Opmerking
 
Voor andere enveloppen die niet in de printerdriver worden vermeld, bijvoorbeeld Enveloppe #9 of Enveloppe C6, gebruikt u Afwijkend formaat. (Raadpleeg Papierformaat voor nadere informatie over envelopformaten.)
2
Maak de MF lade open en trek deze voorzichtig omlaag.
Figuur
3
Trek de steun van de MF-lade uit en vouw de klep (1) uit.
Figuur
4
Zet de papiersteun omhoog om te voorkomen dat het papier van de face-down uitvoerlade valt, of neem elk vel van de uitvoerlade zodra dit wordt uitgeworpen.
Figuur
5
Plaats het papier in de MF lade. Controleer dat het papier niet boven de markeringen (1) aan weerskanten van de lade uitsteekt.
Figuur
Opmerking Opmerking
• 
Plaats niet meer dan 3 enveloppen in de MF lade.
• 
Door de producent geplakte delen van enveloppen moeten goed zijn vastgeplakt.
• 
De te bedrukken zijde moet naar boven zijn gericht.
• 
Alle zijden moeten netjes zijn gevouwen en mogen niet gekreukt zijn.
6
Houd de vrijgavehendel van de papiergeleider ingedrukt en stel de geleider af op het gebruikte papierformaat.
Figuur
7
Stuur de afdrukgegevens naar de printer.
Opmerking Opmerking
• 
Neem elk vel of elke enveloppe onmiddellijk nadat deze is afgedrukt van de uitvoerlade. Als u vellen of enveloppen stapelt, kan het papier vastlopen of omkrullen.
• 
Als enveloppen tijdens het afdrukken bevlekt worden, moet u Soort papier instellen op Dik papier of Dikker papier; dit om de fixeertemperatuur te verhogen.
• 
Raadpleeg De afdrukkwaliteit verbeteren als de enveloppe gekreukt uit de printer komt.
• 
(Bij gebruik van Windows®) Als DL-enveloppen met dubbele flap verkreukeld worden uitgeworpen, moet u in het tabblad Normaal bij Papierformaat de optie DL lange zijde selecteren. Plaats een nieuwe DL-enveloppe met dubbele flap in de MF lade, met de langste zijde eerste, en druk opnieuw af.
Scherm
• 
Bij het plaatsen van papier in de MF lade dient u rekening te houden met het volgende:
 
• 
Plaats het papier voorzichtig en met de bovenste rand eerst in de lade.
• 
Zorg dat het papier recht en in de juiste stand in de MF lade ligt. Is dit niet het geval, dan kan het papier scheef worden ingevoerd waardoor de vellen verkreukeld worden uitgevoerd of het papier kan vastlopen.