![]() ![]() | ![]() ![]() |
1 | Controleer dat het netsnoer is aangesloten. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2 | Zet de machine aan en wacht tot de machine gereed is. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3 | Druk de draadloze instelknop aan de achterzijde van de printer zoals aangegeven langer dan drie seconden in. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
4 | De machine drukt een papiertje met een achtcijferige pincode af en zoekt ongeveer vijf minuten lang naar een toegangspoort. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5 | Typ in de browser van een van de computers op uw netwerk http://toegangspoort_ip_adres/. (Waar toegangspoort_ip_adres het IP-adres is van het apparaat dat als registrator1 wordt gebruikt.) Ga naar de pagina met WPS-instellingen (Wi-Fi Protected Setup), geef bij de registrator de afgedrukte pincode op en volg de instructies op het scherm. De pagina met instellingen kan variëren, afhankelijk van het toegangspoort- of routermerk. Raadpleeg de handleiding van uw toegangspoort of router. Gebruikt u een computer met Windows Vista® als registrator, dan dient u de onderstaande instructies te volgen. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6 | Wacht tot het lampje Status van uw machine Verbonden aangeeft. Het lampje Status is 5 minuten aan. (Zie de onderstaande tabel.) Deze indicatie geeft aan dat de printer verbinding met de toegangspoort of router heeft gemaakt. U kunt de machine nu op het draadloze netwerk gebruiken. Wanneer de LED Verbind. mislukt aangeeft (zie onderstaande tabel), heeft de machine geen verbinding gemaakt met uw router of toegangspunt, of is de ingevoerde pincode ongeldig. Controleer of u de juiste pincode invoert en probeer het opnieuw vanaf 3. Als hetzelfde bericht opnieuw wordt weergegeven, moet u de fabrieksinstellingen van de afdrukserver herstellen en het opnieuw proberen. Raadpleeg Stel de netwerkinstellingen terug op de fabrieksinstellingen voor informatie over het resetten.
Als de LED Geen toegangsp. aangeeft (zie de onderstaande tabel), dan heeft de machine geen verbinding met de toegangspoort of router van uw netwerk gekregen. Plaats de machine van Brother zo dicht mogelijk bij het netwerktoegangspunt / de router. Zorg dat er zo min mogelijk obstakels tussen de router en de machine staan en probeer het opnieuw vanaf 3. Als hetzelfde bericht opnieuw wordt weergegeven, moet u de fabrieksinstellingen van de afdrukserver herstellen en het opnieuw proberen. Raadpleeg Stel de netwerkinstellingen terug op de fabrieksinstellingen voor informatie over het resetten.
LED-indicaties in de automatische draadloze instelmodus (1x go toets)
|
1 | Zet de computer aan. (U moet met beheerdersbevoegdheden zijn aangemeld.) Sluit alle actieve applicaties alvorens de configuratie uit te voeren. |
2 | Plaats de meegeleverde cd-rom in het cd-romstation. Het eerste scherm wordt automatisch geopend. Selecteer het printermodel en de gewenste taal. |
3 | Klik in het menuscherm op De printerdriver installeren. |
4 | Klik op Bij gebruik van een draadloos netwerk. |
5 | Selecteer Alleen driver installeren en klik op Volgende. |
6 | Wanneer het venster Licentieovereenkomst verschijnt, klikt u op Ja om de licentieovereenkomst te accepteren. |
7 | Selecteer Standaardinstallatie en klik op Volgende. |
8 | Selecteer Zoek het netwerk op apparaten en kies uit de lijst van gevonden apparaten (Aanbevolen). U kunt echter ook het IP-adres of de knooppuntnaam van uw printer invoeren. Klik op Volgende. U kunt de knooppuntnaam en het Ethernetadres vinden door de pagina met printerinstellingen af te drukken. Raadpleeg De pagina met printerinstellingen afdrukken. |
9 | Selecteer uw printer en klik op Volgende. |
10 | Klik op Voltooien. |
![]() ![]() | ![]() ![]() |