Zoeken

Home > Kennismaken met uw apparaat > Overzicht van het bedieningspaneel

Overzicht van het bedieningspaneel

Het bedieningspaneel kan verschillen afhankelijk van uw model.

image

  1. Touchscreen LCD-scherm (Liquid Crystal Display)
    Krijg toegang tot menu's en opties door erop te drukken op het touchscreen.

    Uw apparaat beschikt over acht schermen met tabbladen (beginschermen genoemd). Elk beginscherm biedt plaats aan acht pictogrammen die kunnen worden gebruikt voor apparaatfuncties, instellingen of snelkoppelingen.

    Het hoofdbeginscherm kan worden gekozen uit de beginschermen.

    Gebruik het menu [Beheerdersinstellingen] om de beginschermen een andere naam geven en de volgorde van de pictogrammen te wijzigen.

    image
    1. Datum & tijd

      Geeft de datum en tijd weer die op het apparaat zijn ingesteld.

      Dit gedeelte wordt ook gebruikt om fout- of onderhoudsberichten weer te geven.

    2. image (Status bedraad LAN)

      Druk hierop om de instellingen van het bedrade LAN te configureren.

      Het pictogram duidt de huidige status van het bedrade netwerk aan.

      image

      Bedraad LAN uitgeschakeld

      (Grijs)

      image

      Bedraad LAN ingeschakeld

      (Blauw)

      image

      Geen kabel aangesloten

    3. image (Status draadloze verbinding)

      Druk hierop om de draadloze instellingen te configureren.

      Bij bepaalde modellen wordt de draadloze status alleen weergegeven op de beginschermen wanneer de optionele draadloze module is geïnstalleerd.

      Als u gebruikmaakt van een draadloze verbinding, geeft een indicator met vier niveaus de huidige signaalsterkte van het draadloze netwerk aan.

      image
      image

      Draadloos LAN uitgeschakeld

    4. image (Toner)

      Geeft de resterende levensduur van de toner weer. Druk hierop om toegang te krijgen tot het [Toner]-menu.

    5. image (Beheerinstellingen)

      Druk hierop om toegang te krijgen tot het [Beheerdersinstellingen]-menu.

    6. IP-adres

      Als de instelling IP-adres in het menu Informatie weergeven ingeschakeld is, verschijnt het IP-adres van uw apparaat op de beginschermen.

    7. Functiepictogrammen, instellingspictogrammen en snelkoppelingspictogrammen

      De beschikbare functies variëren afhankelijk van uw model.

      • image [Alle instell.]

        Druk hierop om het instellingenmenu van het apparaat op te roepen.

      • image [Fax]

        Druk hierop om de faxmodus te openen.

      • image [Kopie]

        Druk hierop om de kopieermodus te openen.

      • image [Scannen]

        Druk hierop om de scanmodus te openen.

      • image [Beveiligd afdrukken]

        Druk hierop om toegang te krijgen tot de optie [Beveiligd afdrukken].

      • image [USB]

        Druk hierop om het USB-menu te openen en selecteer de opties [Scannen naar USB] of [Direct afdrukken].

      • image [Web]

        Druk hierop om het apparaat met een internetservice te verbinden.

      • image [Apps]

        Druk hierop om het apparaat verbinding te laten maken met de Brother Apps-service.

      • image [2 op 1 ID-kopie]

        Druk hierop om de optie Identiteitskaart kopiëren 2 op 1 te openen.

      • image [Ecomodus]

        Druk hierop om toegang te krijgen tot het [Ecomodus]-menu.

      • image (Snelkoppelingen)

        Druk hierop om toegang te krijgen tot uw snelkoppelingen voor veelgebruikte functies zoals een fax verzenden, kopiëren, scannen en Web Connect gebruiken.

    8. Schuifknoppen tabbladen

      Druk hierop om alle tabbladen weer te geven en te openen.

    9. Begintabbladen

      Druk hierop om het beginscherm weer te geven.

    • Nieuw faxbericht

      image

      Als [Faxvoorbeeld] ingesteld is op [Aan] verschijnt het aantal nieuwe faxberichten dat u in het geheugen hebt ontvangen bovenaan op het scherm.

    • Waarschuwingspictogram

      image

      Het waarschuwingspictogram image verschijnt wanneer er een fout- of onderhoudsbericht is. Druk op het berichtgedeelte om het te bekijken en druk daarna op image om terug te keren naar het eerste Home-scherm.

  2. Touchpaneel
    image (Terug)
    Druk hierop om terug te keren naar het vorige menu.
    image (Beginscherm)
    Druk hierop om terug te keren naar het eerste Home-scherm.
    image (Annuleren)
    Druk hierop om een handeling te stoppen.
  3. Near Field Communication (NFC)-lezer
    U kunt kaartverificatie gebruiken door met de IC-kaart de NFC-lezer op het bedieningspaneel aan te raken.
  4. Aan/uit-indicatie

    Het LED-lampje brandt afhankelijk van of het apparaat aan of uit staat.

  5. image Aan/uit
    • Schakel het apparaat in door op image te drukken.
    • Schakel het apparaat uit door image ingedrukt te houden. Op het LCD-scherm wordt [Afsluiten] enkele seconden weergegeven voordat het wordt uitgeschakeld. Als er een extern telefoontoestel of antwoordapparaat aangesloten is, is dit altijd beschikbaar, zelfs wanneer het apparaat uitgeschakeld is.
Was deze pagina behulpzaam?