De printerdriver voor Macintosh verwijderen

Mac OS X 10.3 en 10.4
1
(Bij gebruik van een USB-kabel) Ontkoppel de USB-kabel van de machine.
(Bij gebruik van een netwerk) Ga naar stap 2.
2
Start de Macintosh opnieuw op.
3
Log in als ‘Administrator’ (beheerder).
4
Open Printerconfiguratie (selecteer in het menu Ga achtereenvolgens Programma’s, Hulpprogramma’s), selecteer de gewenste printer en verwijder deze door op de knop Verwijder te klikken.
5
Start de Macintosh opnieuw op.
Mac OS X 10.5
1
(Bij gebruik van een USB-kabel) Ontkoppel de USB-kabel van de machine.
(Bij gebruik van een netwerk) Ga naar stap 2.
2
Start de Macintosh opnieuw op.
3
Log in als ‘Administrator’ (beheerder).
4
Selecteer in het Apple-menu de optie Systeemvoorkeuren. Klik op Afdrukken en faxen, selecteer de gewenste printer en verwijder deze door op de knop - te klikken.
5
Start de Macintosh opnieuw op.