Menubalk

Menu Bestand

Instellingen op printer toepassen
De instellingen naar de printer sturen.
Opmerking Opmerking
De instellingen op een tabblad waarop het selectievakje [Deze instellingen uitschakelen] is ingeschakeld, worden niet opgeslagen.
Instellingen opslaan in opdrachtbestand
De opgegeven instellingen opslaan in een opdrachtbestand.
De bestandsextensie is ".bin".
Belangrijk Belangrijk
De instellingen op een tabblad waarop het selectievakje [Deze instellingen uitschakelen] is ingeschakeld, worden niet opgeslagen.
De volgende gegevens worden niet opgeslagen met de opdracht voor het opslaan van instellingen.
Naam knooppunt
IP-adres, subnetmasker, standaard gateway (als het IP-adres is ingesteld op [STATIC])
De opgeslagen opdrachten voor communicatie-instellingen zijn alleen bedoeld voor het toepassen van instellingen op een printer. De instellingen kunnen niet worden toegepast door dit bestand te importeren.
Opdrachtbestanden worden opgeslagen met verificatiesleutels en wachtwoorden.
Neem de nodige maatregelen om opgeslagen opdrachtbestanden te beveiligen, bijvoorbeeld door de bestanden op te slaan op locaties die voor anderen onbereikbaar zijn.
Stuur het opdrachtbestand niet naar een printer van een model dat niet is geselecteerd bij het exporteren van het opdrachtbestand.
Importeren
Draadloze instellingen van de huidige computer importeren.
De instellingen van de computer worden geïmporteerd.
Opmerking Opmerking
U kunt alleen PSA-instellingen (instellingen voor Personal Security Authentication: open systeem, verificatie met publieke sleutel en WPA/WPA2-PSK) importeren. U kunt geen ESA-instellingen (instellingen voor Enterprise Security Authentication, zoals LEAP en EAP-FAST) en WPA2-PSK-instellingen (TKIP) importeren.
Als de computer is aangesloten op meerdere draadloze LAN’s, wordt de eerste set draadloze instellingen (alleen persoonlijke instellingen) die wordt gedetecteerd, beschouwd als de te importeren gegevens.
Alleen waarden voor instellingen (communicatiemodus, SSID, verificatiemethode, coderingsmodus en verificatiesleutel) van het tabblad [Draadloos LAN] - deelvenster [Draadloze instellingen] kunnen worden geïmporteerd.
Selecteer een profiel om te importeren
Het geëxporteerde bestand importeren en de instellingen toepassen op een printer.
Klik op [Bladeren] om een dialoogvenster te openen waarin u kunt zoeken naar het bestand. Selecteer het te importeren bestand. De instellingen in het geselecteerde bestand worden weergegeven in het gedeelte voor weergave en wijzigen van instellingen.
Opmerking Opmerking
U kunt alle instellingen, bijvoorbeeld draadloze instellingen en instellingen voor TCP/IP, importeren. U kunt echter geen knooppuntnamen importeren.
U kunt alleen profielen importeren die compatibel zijn met de geselecteerde printer.
Als het IP-adres van het geïmporteerde profiel niet is ingesteld op [STATIC], wijzigt u zo nodig het IP-adres van het geïmporteerde profiel om te voorkomen dat het IP-adres een duplicaat is van een bestaande printer in het netwerk waarvan de instellingen zijn opgegeven.
Exporteren
De huidige instellingen opslaan in een bestand.
Opmerking Opmerking
De instellingen op een tabblad waarop het selectievakje [Deze instellingen uitschakelen] is ingeschakeld, worden niet opgeslagen.
Belangrijk Belangrijk
Geëxporteerde bestanden worden niet gecodeerd.

Menu Extra

Optie-instellingen
Herstart de printer automatisch na toepassen van nieuwe instellingen.
Als u dit selectievakje inschakelt, wordt de printer automatisch opnieuw opgestart na toepassing van de communicatie-instellingen.
Als u het selectievakje uitschakelt, moet de printer handmatig opnieuw worden opgestart.
Opmerking Opmerking
Bij het configureren van meerdere printers kunt u de procedure bespoedigen door dit selectievakje uit te schakelen. In dat geval raden we wel aan het selectievakje in te schakelen bij het configureren van de eerste printer, zodat u kunt controleren of elke instelling tegemoetkomt aan het beoogde doel.
Detecteert de verbonden printer automatisch en haalt de huidige instellingen op.
Als u dit selectievakje selecteert terwijl er een printer is aangesloten op de computer, wordt de printer automatisch gedetecteerd en worden de instellingen van de printer op dat moment weergegeven in het deelvenster [Huidige status].
Opmerking Opmerking
Als de aangesloten printer van een ander model is dan de printer die wordt weergegeven in de vervolgkeuzelijst [Printer], worden de beschikbare instellingen op alle tabbladen aangepast aan de aangesloten printer.
Naam knooppunt wijzigen
Knooppuntnamen wijzigen.
Standaardcommunicatie-instellingen herstellen
Alle communicatie-instellingen worden teruggezet op de fabrieksinstellingen.

Menu Help

Help weergeven
De Help weergeven.
Over
Geeft de versie-informatie weer.