Controleer de volgende punten:

• De interne batterij is bijna leeg.
  Zorg ervoor dat u de beschermfolie (1) hebt verwijderd. Trek het eruit zoals getoond in de onderstaande afbeelding. (Alleen de eerste keer)
  

  Zie voor meer informatie. De oplaadbare Li-ion-batterij opladen.

• De printer moet ingeschakeld zijn.
  Als het aan / uit-lampje uit is, drukt u op de aan / uit-knop om de printer in te schakelen.



• Bluetooth is ingeschakeld op de printer.
  Als het oranje voedingslampje knippert, is Bluetooth uitgeschakeld op de printer.
  Volg de onderstaande stappen om Bluetooth in te schakelen op de printer.

  1. De printer moet ingeschakeld zijn.
  2. Houd de aan-uitknop ongeveer tien seconden ingedrukt tot het aan-uitlampje knippert.
  3. Laat de aan-uitknop binnen drie seconden nadat het knipperen is begonnen weer los.
  4. Druk tweemaal snel achter elkaar op de aan-uitknop om de printer uit te schakelen.
  5. Schakel de printer weer in.
• De printer is niet gekoppeld aan een ander apparaat.
  Als uw printer is gekoppeld aan een ander apparaat, schakel dan de printer uit en weer in of schakel Bluetooth op dat andere apparaat uit en weer in.


• Het mobiele apparaat mag niet in de slaapstand staan.
  Als uw mobiele apparaat in de slaapstand staat, ontgrendel dan uw apparaat.


• Bluetooth moet ingeschakeld zijn op uw mobiele apparaat.
  Als Bluetooth op uw apparaat is uitgeschakeld, schakelt u het in.


• U moet de juiste printer hebben geselecteerd in P-touch Design&Print of Brother iPrint&Label.
  Zie voor meer informatie.Hoe kan ik mijn mobiele apparaat verbinden met de printer? (P-touch Design&Print)"
  Hoe kan ik mijn mobiele apparaat verbinden met (Brother iPrint&Label)")"?

   

  Afhankelijk van uw omgeving of apparaat kan het even duren om verbinding te maken. Wacht tot het bericht met de melding dat de verbinding is voltooid op uw apparaat wordt weergegeven.

• Zorg ervoor dat de printer en uw mobiele apparaat zich dicht genoeg bij elkaar bevinden om met elkaar te communiceren.
  Als de printer en uw apparaat ver uit elkaar staan, plaatst u ze zo dicht mogelijk bij elkaar.
   

• Zorg ervoor dat andere apparaten in de buurt (een magnetron bijvoorbeeld) geen storing kunnen veroorzaken.

  Zet de printer verder uit de buurt van dergelijke apparaten.