HL-1430
 |
Veelgestelde vragen en probleemoplossing |
Hoe kan ik op enveloppen afdrukken?
Het gebruik van de volgende enveloppen dient te worden vermeden,omdat deze problemen met de papierinvoer kunnen veroorzaken:
- Enveloppen die beschadigd, gekreukeld of geknikt zijn of een ongebruikelijke vorm hebben
- Hoogglanzende enveloppen, of enveloppen met een speciale structuur
- Enveloppen die met haken, klemmen of touwtjes
- Enveloppen met een zelfklevende sluiting
- Zakachtige enveloppen
- Enveloppen die geen scherpe vouw hebben
- Enveloppen met reliëf
- Enveloppen die reeds door een laserprinter zijn bedrukt
- Enveloppen die reeds aan de binnenzijde zijn bedrukt
- Enveloppen die niet netjes gestapeld kunnen worden
- Enveloppen van papier dat zwaarder is dan wat in de specificaties van de printer wordt aangegeven
- Enveloppen van inferieure kwaliteit met randen die niet scherp zijn gevouwen of niet recht zijn
- Vensterenveloppen of enveloppen met gaatjes, uitsnijdingen of geperforeerde enveloppen
Voordat u op enveloppen gaat afdrukken, dient u de stapel door te bladeren; dit om te
voorkomen dat ze vastlopen of verkeerd worden ingevoerd.
Gebruik de sleuf voor handmatige invoer om enveloppen af te drukken.
Als de achterklep omhoog is getild, zal de printer het via de sleuf voor handinvoer ingevoerde papier via
een recht papierpad aan de achterkant uitvoeren. Gebruik deze methode voor papierin- en uitvoer als u
op enveloppen gaat afdrukken. U kunt geen enveloppen vanuit de papierlades invoeren.
-
Selecteer Papierformaat, Soort papier, Papierbron en andere instellingen in de printer driver.
Soort papier: Dikker papier
Papierbron: Handmatig
-
Maak de achterklep open.
-
Stuur de afdrukgegevens naar de printer.
De lampjes op het bedieningspaneel geven aan dat het PAPIER OP is totdat u een vel papier in de
sleuf voor handinvoer plaatst.
-
Stel de papiergeleiders voor handinvoer met beide handen af op de breedte van de gebruikte
enveloppe.
-
Houd de enveloppe met beide handen vast en plaats deze in de sleuf voor handinvoer totdat de voorste rand de papierdoorvoerrol raakt. Houd de enveloppe in die positie vast totdat de printer hem automatisch een stukje invoert en laat de enveloppe pas dan los.
- U moet de enveloppe recht en zijdelings in de sleuf voor handinvoer plaatsen. Doet u dit niet, dan kan de enveloppe scheef worden ingevoerd waardoor deze verkreukeld wordt uitgevoerd of kan vastlopen.
- Plaats niet meer dan één enveloppe tegelijk in de sleuf voor handmatige invoer anders kan het vastlopen.
- Plaats de enveloppe met de te bedrukken zijde naar boven in de sleuf voor handinvoer.
-
Nadat de bedrukte enveloppe is uitgeworpen, wacht de printer totdat u de volgende enveloppe plaatst. Herhaal stap 5 voor elke enveloppe die u wilt afdrukken.
-
Als u klaar bent met afdrukken, moet u de achterklep weer sluiten.
Door de producent geplakte delen van enveloppen moeten goed zijn vastgeplakt.
Alle zijden moeten netjes zijn gevouwen en mogen niet gekreukt zijn.
