FS70WT

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Hoe rijg ik de draad in de naaimachine? (Voor modellen die zijn uitgerust met de naaldinrijger)

Bovendraad inrijgen (voor modellen die zijn uitgerust met de naaldinrijger)

(1) Klospen

(2) Markering op het handwiel

 

  • Volg de aanwijzingen zorgvuldig wanneer u de bovendraad inrijgt.
    Als de bovendraad niet goed is ingeregen, raakt de draad mogelijk verward of breekt of verbuigt de naald.
  • Gebruik nooit een naald van 20 wt of minder.
  • Gebruik de juiste combinatie van naald en draad.
    Zie voor meer details over de juiste combinaties van naalden en draden de tabel "Combinatie van stof, draad en naald".
  • U kunt de naaldinrijger gebruiken met naalden 75/11 tot en met 100/16 voor huishoudnaaimachines.
    U kunt de naaldinrijger niet gebruiken met naalden 65/9 voor huishoudnaaimachines.
    Wanneer u speciale draad gebruikt, zoals doorzichtige nylondraad of metallic draad, kunt u de naaldinrijger niet gebruiken.
  • Draad met een dikte van 130/120 of dikker kunt u niet gebruiken met de naaldinrijger.
  • U kunt de naaldinrijger niet gebruiken met de platte naald of de tweelingnaald.
  1. Zet de naaimachine aan.

     

    Zet de naaimachine aan.

     

  2. Zet de persvoet omhoog met de persvoethendel.
    afbeelding (1) Persvoethendel

    Als de persvoet niet omhoog staat, kunt u de naaimachine niet goed inrijgen.

     

  3. Druk eenmaal of tweemaal op afbeelding  (naaldstandtoets) om de naald omhoog te zetten.

     

    afbeelding

     

    Als de naald niet goed omhoog staat, kunt u de naaimachine niet goed inrijgen.
    Draai het handwiel zo, dat de markering op het wiel omhoog staat, voordat u de machine inrijgt.

    afbeelding (1) Markering

     

  4. Druk zoals aangegeven met uw vinger de klospenhendel omlaag.
    De klospen zwaait omhoog.

     

    Druk de klospenhendel omlaag

     

    Pak niet de staaf beet om de klospen omhoog te zetten. Dan kan de klospen verbuigen of breken.

     

  5. Verwijder de kloskap.
    Verwijder de kloskap.

    (1) Klospen

    (2) Kloskap

     

    Zet de klospen omhoog voor gebruik.
    Als de klos garen niet op de juiste plaats zit, of niet op de juiste manier is geïnstalleerd, kan de naald verward raken op de klospen, waardoor de naald kan breken.

     

  6. Plaats de klos garen voor de bovendraad volledig op de klospen.
    Schuif de klos op de pen, zodat de klos horizontaal zit, en de draad van onderen naar de voorkant afwikkelt.

     

    Plaats de klos op de klospen.

     

  7. Schuif de kloskap op de klospen.
    Met de iets afgeronde kant van de kloskap naar links schuift u de kloskap zo ver mogelijk naar rechts op de klospen, zodat de klos naar het rechter uiteinde van de klospen wordt verplaatst.

     

    Schuif de kloskap op de klospen.
    • Als u de klos of de kloskap niet goed plaatst, kan de draad verward raken rond de klospen. Of de naald kan beschadigd raken.
    • Er zijn drie formaten kloskap. Zo kunt u een kloskap kiezen die het best past bij het formaat klos dat u gebruikt.
      Als de kloskap te klein is voor de klos die u gebruikt, kan de draad vastraken in de gleuf van de klos. Of de naald kan beschadigd raken.
      afbeelding

    Wanneer u draait met fijne kruiswikkeldraad, gebruikt u de kleine kloskap. Laat een beetje ruimte tussen de kap en de klos.

    Gebruik de kleine kloskap (1) Kloskap (klein) 
    (2) Klos (kruiswikkeldraad)
    (3) Ruimte

     

  8. Houd de klos vast met uw rechterhand en leid de draad onder de draadgeleider.
    Leid de draad onder de draadgeleider. (1) Draadgeleider

     

  9. Leid de draad van achteren naar voren onder het draadgeleiderdeksel.
    Houd de draad vast met uw rechterhand, zodat de draad die u uittrekt niet slap hangt. Leid de draad vervolgens met uw linkerhand onder het draadgeleiderdeksel.

     

    Leid de draad onder het draadgeleiderdeksel. (1) Draadgeleiderdeksel

     

  10. Voer de bovendraad door volgens de aanwijzingen in onderstaande illustratie.

     

    Voer de bovendraad in

     

  11. Let op dat u de draad van rechts naar links door de draadophaalhendel haalt, zoals aangegeven in onderstaande illustratie.
     
    Leid de draad van rechts naar links door de draadophaalhendel (1) Draadophaalhendel

    Als de naald niet omhoog staat, kunt u de draadophaalhendel niet inrijgen.
    Druk op de naaldstandtoets om de naald omhoog te zetten voordat u de draadophaalhendel inrijgt.

     

     

  12. Leid de draad achter de draadgeleider aan de naaldstang boven de naald.
    U kunt de draad gemakkelijk achter de draadgeleider aan de naaldstang leiden door de draad in uw linkerhand te houden en de draad door te voeren met uw rechterhand.

     

    Leid de draad achter de draadgeleider aan de naaldstang. (1) Draadgeleider aan de naaldstang

     

  13. Schakel de naaimachine uit.

     

    Schakel de naaimachine uit.

     

  14. Zet de persvoethendel omlaag.
    afbeelding (1) Persvoethendel

     

  15. Terwijl u de hendel van de naaldinrijger omlaag haalt, haakt u de draad op de geleider.
     
    Haak de draad op de geleider.

    (1) Naaldhouder

    (2) Hendel van de naaldinrijger

    (3) Geleider

     

  16. Zet de hendel van de naaldinrijger geheel omlaag.
    Het eind van de naaldinrijger roteert naar u toe en de haak gaat door het oog van de naald.

     

    Zet de hendel van de naaldinrijger geheel omlaag.

     

  17. Leid de draad in de haak zoals hieronder aangegeven.

     

    Leid de draad in de haak zoals hieronder aangegeven. (1) Haak
    (2) Draad

     

  18. Houd de draad losjes vast terwijl u de hendel van de naaldinrijger loslaat.
    De haak trekt de draad door de naald.
    Zet de hendel van de naaldinrijger los.

     

  19. Trek de lus van de draad die door het oog van de naald is geleid naar de achterkant van de machine.

     

    Trek aan de lus van de draad (1) Draadlus

     

    Trek niet te krachtig aan de draad. Anders verbuigt u de naald.

     

  20. Zet de persvoethendel omhoog.
    afbeelding (1) Persvoethendel
  21. Leid het eind van de draad door de persvoet en trek ca. 5 cm (2 inch) draad naar de achterkant van de machine.

     

    Trek ongeveer 5 cm (2 inch) draad naar buiten (1) 5 cm (2 inch)

     

    • Als u de draad niet goed invoert, kan dit leiden tot problemen bij het naaien.
    • Als de draad niet door het oog van de naald gaat, begin dan opnieuw vanaf stap 15.
     

Staat het antwoord op uw vraag er niet bij, kijkt u dan eerst bij de andere vragen:

Heeft u de beschikbare handleidingen bekeken?

Heeft u meer hulp nodig, dan kunt u contact opnemen met de Brother-klantenservice.

Verwante modellen

DS-140, FS100WT, FS60, FS70WT, KD40

Feedback

Geef hieronder uw feedback. Aan de hand daarvan kunnen wij onze ondersteuning verder verbeteren.

Stap 1: is de informatie op deze pagina nuttig voor u?

Stap 2: wilt u nog iets toevoegen?

Dit formulier is alleen bedoeld voor feedback.