Hier wordt uitgelegd hoe u uw Brother-apparaat configureert voor een draadloos netwerk met behulp van de speciale wizard hiervoor en een (tijdelijke) USB-kabel. (De computer moet deel uitmaken van het netwerk).
 

Voordat u de draadloze instellingen configureert:

U moet weten welke instellingen uw WLAN-toegangspunt/-router gebruikt voor het draadloze netwerk. Controleer de huidige instellingen voor het draadloze netwerk en noteer ze hieronder.

• Netwerknaam (SSID: Service Set ID, ESSID: Extended Service Set ID)
• Netwerksleutel (wachtwoord, beveiligingssleutel, code enzovoort).

Uw Brother-machine ondersteunt alleen het gebruik van de eerste WEP-sleutel. Als u een router hebt die meerdere WEP-sleutels gebruikt, voer dan de eerste sleutel in.

Configureer de draadloze instellingen:

Volg de onderstaande stappen.
Opmerking: De precieze vensters kunnen per besturingssysteem en Brother-apparaat verschillen.

1. Sluit het netsnoer aan op het Brother-apparaat en steek de stekker in het stopcontact. Zet het Brother-apparaat aan.
    

   Sluit de USB-kabel nog niet aan.

    
2. Zet de computer aan.
    
3. Plaats de meegeleverde DVD-rom in het DVD-rom-station.
   
   Voor Windows-gebruikers
   voor Macintosh-gebruikers
    

   Als u de DVD-rom niet bij de hand hebt:

   Voor Windows-gebruikers:
   Ga naar het gedeelte Downloads van deze website en download het Volledig driver- en softwarepakket. Volg de installatieaanwijzingen op de downloadpagina. Volg, zodra het installatiescherm wordt weergegeven, de stappen vanaf stap c hieronder voor Windows-gebruikers.
    

   Voor Macintosh-gebruikers:
   Configureer uw Brother-apparaat handmatig met behulp van de wizard op het bedieningspaneel van het apparaat (Inst. Wizard). Zie de installatiehandleiding voor meer informatie over het configureren via het bedieningspaneel. De meest recente versie van de installatiehandleiding vindt u in het deel Handleidingen van deze site.
   
   Ga na het configureren van de draadloze instellingen naar het gedeelte Downloads van deze website en download de printerdriver. De installatieprocedure vindt u in het deel Downloads.

    

    

   Voor Windows-gebruikers:

    

   1. Het openingsvenster wordt automatisch weergegeven. Kies desgevraagd uw model en taal.
      
      
      NOTE: Als het Brother-venster niet automatisch wordt weergegeven, klik hier om weer te geven hoe u het installatiescherm opent.
      
       

       

   2. Het hoofdmenu van de DVD-rom wordt weergegeven. Klik op MFL-Pro Suite installeren.
      
      Opmerking: Wanneer Gebruikersaccountbeheer wordt weergegeven klik op Toestaan of Ja.
      
       

       

   3. Klik wanneer de licentieovereenkomst wordt weergegeven op Ja als u akkoord gaat met de overeenkomst.
       
   4. Kies Draadloze netwerkverbinding en klik op Volgende.
      
       

       

   5. Als wordt gemeld dat er een firewall of een antivirusprogramma is gedetecteerd, kies dan Wijzig de poortinstellingen van de firewall om netwerkverbinding mogelijk te maken en ga door met de installatie. (Aanbevolen) en klik op Volgende.
      
       

       

   6. Mogelijk wordt een venster voor het kiezen van uw Brother-apparaat weergegeven. Ga naar STAP 4 als het scherm niet wordt weergegeven.
      
      Kijk of uw Brother-apparaat in de lijst staat die in het venster wordt weergegeven.
      
      Als u uw Brother-apparaat niet in de lijst kunt vinden, klik dan op Wireless Setup om de draadloze instellingen te configureren. Ga naar stap 4.
      
      Als u uw Brother-apparaat wel kunt vinden, kiest u dat apparaat in de lijst. Klik op Volgende en volg de aanwijzingen op het scherm om de printerdriver voor een netwerkverbinding te installeren. Ook al hebt u al via een USB-verbinding afgedrukt, dan nog moet u de printerdriver voor een netwerkverbinding installeren.
      
       

    

   
   Voor Macintosh-gebruikers:

    

    

   1. Dubbelklik op het pictogram BROTHER op het bureaublad.
       
   2. Dubbelklik op het pictogram Start Here OSX.
      
       

       

   3. Kies Draadloze netwerkverbinding en klik op Volgende.
      
       

       

   4. Mogelijk wordt een venster voor het kiezen van uw Brother-apparaat weergegeven. ga verder naar STAP 4 als het scherm niet wordt weergegeven.
      
      Kijk of uw Brother-apparaat in de lijst staat die in het venster wordt weergegeven.
      
      Als u uw Brother-apparaat niet in de lijst kunt vinden, klik dan op Setup om de draadloze instellingen te configureren. Ga naar stap 4.
      
      Als u uw Brother-apparaat wel kunt vinden, kiest u dat apparaat in de lijst. Klik op Volgende en volg de aanwijzingen op het scherm om de printerdriver voor een netwerkverbinding te installeren. Ook al hebt u al via een USB-verbinding afgedrukt, dan nog moet u de printerdriver voor een netwerkverbinding installeren.
      
       

    

4. Kies Ja, ik heb een USB-kabel voor gebruik bij de installatie en klik op Volgende.
   
    

    

5. Zorg ervoor dat u alle gegevens voor de draadloze beveiliging bij de hand hebt. Schakel het selectievakje Gecontroleerd en bevestigd in en klik op Volgende.
   
    

    

6. Steek de USB-kabel in het Brother-apparaat en in de computer.
   
    

   

    

    

7. De draadloze instellingen worden automatisch gedetecteerd. Een van de volgende schermen wordt weergegeven, afhankelijk van uw computeromgeving.
   
   Klik hier als het scherm 'Installatie bevestigen' wordt weergegeven.
   Klik hier als het scherm 'Beschikbare draadloze netwerken' wordt weergegeven.
   
   
   Als het scherm 'Installatie bevestigen' wordt weergegeven:

   Controleer de getoonde gegevens. Schakel het selectievakje Gecontroleerd en bevestigd in en klik op Volgende.

   

    

    

   De naam van uw netwerk (SSID, ESSID) wordt weergegeven. Kies Ja en klik op Volgende.
   Gaat u verder bij STAP 11.

   

    

    

    

   Als het scherm 'Beschikbare draadloze netwerken' wordt weergegeven:

   De lijst met beschikbare draadloze netwerken wordt weergegeven. Kies de naam (SSID, ESSID) van het netwerk waarmee u verbinding wilt maken en klik op Volgende. Ga naar stap 9.
   
   Als de netwerknaam (SSID, ESSID) niet in de lijst staat, gaat u verder bij STAP 8. 
   

    

    

   Als er diverse soortgelijke netwerknamen (SSID, ESSID) in de lijst staan:
   Sommige WLAN-toegangspunten/-routers hebben meer dan één netwerknaam (SSID, ESSID). Raadpleeg de aanwijzingen die u bij uw WLAN-toegangspunt of -router hebt gekregen.
   
   Als dit het geval is, kies dan de netwerknaam (SSID, ESSID) die u hebt gebruikt toen u de verbinding opzette tussen de computer en het WLAN-toegangspunt of de WLAN-router.

    

    

8. Als de netwerknaam (SSID, ESSID) niet in de lijst staat, controleer dan het volgende:
   Klik na controle op Vernieuwen:

    

   • Schakel uw WLAN-toegangspunt/-router in (indien uitgeschakeld).
   • Als uw Brother-apparaat niet dicht genoeg bij uw WLAN-toegangspunt/-router staat of als er zich obstakels bevinden tussen beide apparaten, zet het Brother-apparaat dan zo dicht mogelijk bij uw WLAN-toegangspunt/-router met zo min mogelijk obstakels ertussen.
   • Uw Brother-apparaat ondersteunt IEEE 802.11b, IEEE 802.11g en IEEE 802.11n. Controleer of uw WLAN-toegangspunt/-router IEEE 802.11b, IEEE 802.11g of IEEE 802.11n ondersteunt en of een van die opties is ingeschakeld.

    

   Als uw WLAN-toegangspunt/-router de naam van het netwerk niet uitzendt, kan het Brother-apparaat de netwerknaam (SSID, ESSID) ook niet automatisch detecteren. Volg de onderstaande aanwijzingen om de netwerknaam (SSID, ESSID) handmatig toe te voegen.
    

   1. Klik op Geavanceerd.
      
       
       

       

   2. Voer de netwerknaam (SSID, ESSID) in en klik op Volgende.
      
       
       

       

   3. Voer de netwerkgegevens in en klik op Volgende. Gaat u verder bij STAP 11.
      
       
       
    
9. Volg deze stap als het volgende scherm wordt weergegeven.
   Zo niet, gaat u verder bij STAP 10.
   
    

    

   Dit scherm wordt weergegeven als u de netwerknaam (SSID, ESSID) kiest van een onbeveiligd(e) WLAN-toegangspunt/-router. Wij raden u aan om beveiligingsinstellingen op te geven voor uw WLAN-toegangspunt/-router om ongeoorloofde toegang tot uw netwerk te voorkomen.

    

   • Sluit de wizard af met Annuleren als u beveiligingsinstellingen wilt opgeven voor uw WLAN-toegangspunt/-router. Na het configureren begint u weer bij het begin.
   • Als u dit niet wilt, klikt u op OK en gaat u verder bij STAP 11.

    

10. Voer de netwerksleutel in en klik op Volgende. (Voor de netwerksleutel wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdletters en kleine letters).
    
     

     

11. Controleer of de instellingen correct zijn. Klik op Volgende om de instellingen over te brengen naar het Brother-apparaat.
    • Als u het IP-adres wilt wijzigen, klikt u op IP-adres wijzigen en stelt u het IP-adres met de hand in.
    • Als u op Annuleren klikt, worden de instellingen uitgeschakeld.

    

     

     

12. Als de draadloze verbinding mislukt, wordt een foutmelding over een verbindingsfout weergegeven. Bekijk de getoonde gegevens en klik vervolgens op Opnieuw om terug te keren naar het scherm van stap 7. Begin opnieuw bij STAP 7.
    
    [Voorbeeld van foutmelding]
     

    

     Gaat u verder bij stap 13 als het scherm met de foutmelding niet wordt weergegeven
     

    Als de verbindingsfout ook na het aanpassen van de configuratie nog steeds wordt weergegeven, klik dan nog een keer op Opnieuw om terug te keren naar het scherm van stap 7en klik op Annuleren om de wizard af te sluiten.
    
    Wij raden u aan om een WLAN-rapport af te drukken en op basis daarvan de oorzaak van de fout te achterhalen. Nadat u de oorzaak van de fout hebt opgeheven, probeert u opnieuw om de instellingen voor het draadloze netwerk op te geven. Klik hier als u wilt weten waaraan u de status van de draadloze verbinding kunt zien op het WLAN-rapport.

     

     

13. Zodra het volgende scherm wordt weergegeven, trekt u de USB-kabel uit uw computer en het Brother-apparaat.
    
     

     

14. Als het volgende scherm wordt weergegeven, is de draadloze configuratie nu voltooid.
    
    Klik op Volgende en volg de aanwijzingen op het scherm om de printerdriver voor een netwerkverbinding te installeren. Ook al hebt u al via een USB-verbinding afgedrukt, dan nog moet u de printerdriver voor een netwerkverbinding installeren.
    
     

     

    Als de printerdriver voor de netwerkverbinding al is geïnstalleerd, klikt u ter afsluiting op Annuleren.