Klik met de rechtermuisknop op de printer waarvoor u de instellingen wilt wijzigen en selecteer Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Selecteer het tabblad Voorraad.
Voer een positieve of negatieve waarde in (zoals „1.0 mm” of „-1,0 mm”) in hetveld Feed Offset (invoer-offset) om de snijpositie te verfijnen.
Klik op Toepassen en vervolgens op OK om de instellingen toe te passen.
Probeer af te drukken om de snijpositie te bevestigen.
BPM (Brother printer Management Tool) gebruiken
U kunt BPM downloaden via het gedeelte [Downloads] op deze website.
Sluit de printer met een USB-kabel aan op de computer.
Start BPM.
Klik op Printerconfiguratie en selecteer vervolgens hettabblad FBPL.
Voer een positieve of negatieve waarde in (zoals "12" punten of "-12" punten) in het veld Offset (Offset ) om de snijpositie te verfijnen.
U kunt waarden instellen tussen -999 dots en 999 dots.
Voor printers met 200 dpi: 1 mm = 8 dots
Voor 300 dpi printers: 1 mm = 12 dots
Voor printers met 600 dpi: 1 mm = 24 punten
De snijpositie kan verschillend worden aangepast, afhankelijk van de printer en het materiaal dat u gebruikt.
Klik op Instellen om de instellingen toe te passen.
Probeer af te drukken om de snijpositie te bevestigen.
Staat het antwoord op uw vraag er niet bij, kijkt u dan eerst bij de andere vragen: