TD-4410D

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Instellingen P-touch Template gebruiken

De modus P-touch Template biedt functies voor het invoegen van gegevens vanaf een extern apparaat (zoals een op de printer aangesloten barcodelezer, controller of PLC) in tekst- en barcodeobjecten in een opmaak die op de printer is opgeslagen. Dit is handig voor het afdrukken van sjablonen en barcodes.

Voor meer informatie over P-touch Template downloadt u de P-touch Template Manual/Command Reference (alleen in het Engels) via de pagina [Handleidingen].

Volg de onderstaande stappen als u Instellingen P-touch Template wilt gebruiken:
 

  1. Open Printer Setting Tool.
    Zie 'Werken met Printer Setting Tool (voor Windows)’ bij de veelgestelde vragen.
     
  2. Selecteer Instellingen P-touch Template.
    Het dialoogvenster Instellingen P-touch Template wordt weergegeven.
     
  3. Geef de gewenste instellingen op of wijzig de instellingen.
    Zie hieronder voor meer informatie.
     

 

Het dialoogvenster Instellingen P-touch Template
 

Instellingen P-touch Template
 

  1. Default Command Mode (Standaard opdrachtmodus)
    Hiermee stelt u de modus P-touch Template in als standaardmodus.
    Als u de modus wilt wijzigen, selecteert u de modus op het tabblad Beheerinstelling van het venster Apparaatinstellingen.
     
  2. Default Template Number (Standaard sjabloonnummer)
    Hiermee stelt u een standaard sjabloonnummer in dat de printer gebruikt zodra die wordt ingeschakeld.
    Geef geen sjabloonnummer op als u geen sjabloon wilt overbrengen naar de printer.
     
  3. Data Delimiter for P-touch Template (Gegevensscheidingsteken voor P-touch Template)
    Het systeem dat wordt gebruikt om groepen gegevens in een bestand van elkaar te scheiden (maximaal 20 tekens).
     
  4. Trigger for P-touch Template Printing (Trigger voor afdrukken met P-touch Template)
    U kunt een trigger opgeven om te beginnen met afdrukken vanuit een aantal opties.
    • [Command Character] (Opdrachtteken): Het afdrukken begint als het hier opgegeven opdrachtteken wordt ontvangen.
    • [Data Insertion into All the Objects] (Gegevens invoegen in alle objecten): Het afdrukken begint als het scheidingsteken van het laatste object is ontvangen.
    • [Received Data Size] (Ontvangen gegevensomvang): Het afdrukken begint als het hier opgegeven aantal tekens is ontvangen. Daarbij worden scheidingstekens niet meegeteld.
  5. Character Code Table (Tekencodetabel)
    Hiermee selecteert u een van de beschikbare tekencodesets.
     
  6. International Character Set (Internationale tekenset)
    Lijst met tekensets voor specifieke landen.
    De volgende codes zijn afhankelijk van het geselecteerde land: 23h 24h 40h 5Bh 5Ch 5Dh 5Eh 60h 7Bh 7Ch 7Dh 7Eh
    Download voor het wijzigen van tekens de P-touch Template Manual / Command Reference (alleen in het Engels) van de pagina [Handleidingen].
     
  7. Command Prefix Character (Opdrachtprefixteken)
    Het prefix-teken is een code waaraan opdrachten in P-touch Template-modus worden herkend.
     
  8. Non-Printed Character (Niet-afdrukbare tekens)
    De tekens die u hier opgeeft, worden niet afgedrukt als de gegevens worden ontvangen (maximaal 20 tekens).
     
  9. Available Return Code (Beschikbare regelomslagcode)
    De code voor een regelomslag wordt gebruikt bij de invoer van gegevens om aan te geven dat wat volgt in een tekstobject op een nieuwe regel moet worden afgedrukt. Selecteer een van de vier regelomslagcodes of voer de gewenste regelomslagcode in (maximaal 20 tekens).
     
  10. Replace FNC1 (FNC1 vervangen)
    De GS-codes worden vervangen door FNC1.

  11. Number of Copies (Aantal exemplaren)
    Geef het aantal exemplaren op (maximaal 99 exemplaren).
     
  12. Auto Cut (Auto Snijden)
    Geef aan of de labels door de printer moeten worden afgesneden en hoeveel labels moeten worden afgedrukt voordat ze worden afgesneden (maximaal 99 labels).

  13. Inverted 180 Degrees (180 graden gedraaid)
    Als u dit selectievakje inschakelt, worden de gegevens afgedrukt nadat ze 180 graden zijn gedraaid.

  14. Communication Settings (Communicatie-instellingen)
    Hiermee kunt u de parameters opgeven voor seriële communicatie.

  15. Default (Standaard)
    Alle instellingen in het dialoogvenster Instellingen P-touch Template worden teruggezet naar de standaardwaarden.
     
  16. Cancel (Annuleren)
    Hiermee annuleert u instellingen en sluit u het dialoogvenster.  De instellingen blijven ongewijzigd.

  17. Set (Instellen)
    De instellingen worden op de printer toegepast. Als u de opgegeven instellingen wilt opslaan in een opdrachtbestand dat u later opnieuw kunt gebruiken, selecteer dan de opdracht Save in command File (Opslaan in opdrachtbestand) in de keuzelijst.
    Het opgeslagen opdrachtbestand kan in de massaopslagmodus worden gebruikt om de instellingen op een printer toe te passen.

Staat het antwoord op uw vraag er niet bij, kijkt u dan eerst bij de andere vragen:

Heeft u de beschikbare handleidingen bekeken?

Heeft u meer hulp nodig, dan kunt u contact opnemen met de Brother-klantenservice.

Verwante modellen

TD-4210D, TD-4410D, TD-4420DN/4420DN(FC), TD-4520DN, TD-4550DNWB / 4550DNWB(FC)

Feedback

Geef hieronder uw feedback. Aan de hand daarvan kunnen wij onze ondersteuning verder verbeteren.

Stap 1: is de informatie op deze pagina nuttig voor u?

Stap 2: wilt u nog iets toevoegen?

Dit formulier is alleen bedoeld voor feedback.