Stel het papierformaat en de papiersoort voor de lade in.
Voor de beste afdrukkwaliteit stelt u het apparaat in op het type papier dat u gebruikt.
Wanneer u een ander papierformaat in de lade plaatst, moet u ook de instelling voor het papierformaat op het LCD-scherm van het apparaat wijzigen.
Druk op Instellingen.
Druk op of om uw selecties te maken:
Selecteer [Standaardinst.]. Druk op OK.
Selecteer [Papiersoort]. Druk op OK.
Selecteer [Normaal papier], [Inkjetpapier], [Brother BP71] of [Glossy anders]. Druk op OK.
Selecteer [Papierform. (Papierformaat)]. Druk op OK.
Selecteer de gewenste optie voor het papierformaat en druk vervolgens op OK.
Druk op Stop/Eindigen.
Het papier wordt met de bedrukte zijde naar boven op de uitvoerlade aan de voorkant van het apparaat uitgeworpen. Als u glanzend papier gebruikt, dient u elk vel onmiddellijk te verwijderen om te voorkomen dat de vellen aan elkaar plakken of vastlopen.
Staat het antwoord op uw vraag er niet bij, kijkt u dan eerst bij de andere vragen: