Met Beveiligd functieslot kunt u openbare toegang tot bepaalde functies van het apparaat beperken:

• Fax TX (faxen verzenden) ^*1
• Fax RX (faxen ontvangen) ^*1
• Kopiëren
• Scannen (op afstand)^{*2 3}
• Scannen (direct)^{*3 4}
• USB Direct Print
• Afdrukken ^*5
• Web Connect (uploaden)
• Web Connect (downloaden)
• Afdrukken in kleur ^{*5 *6}
• Paginalimiet ^*6

*1: Alleen beschikbaar voor modellen met faxfunctie.

*2: Scannen behalve Scannen naar USB.
*3: Scannen inclusief scantaken via Brother iPrint&Scan.

*4: Scannen naar USB.
*5: Afdrukken en afdrukken in kleur omvat afdruktaken via Brother iPrint&Scan.
*6: Beschikbaar voor afdrukken, USB Direct Print, kopiëren en Web Connect (download).

Met deze functie kunt u ook de toegang tot de menu's beperken, zodat de standaardinstellingen van het apparaat niet zomaar kunnen worden gewijzigd.

Voordat u de beveiligingsfuncties gebruikt, moet u een beheerderswachtwoord invoeren.

De beheerder kan beperkingen instellen voor de afzonderlijke gebruikers, samen met een gebruikerswachtwoord.

Zorg ervoor dat u het wachtwoord niet vergeet. Als u het vergeet, moet u het wachtwoord dat in het apparaat is opgeslagen, resetten. Voor informatie over het resetten van het wachtwoord neemt u contact op met de klantenservice van Brother via 'Contact'.

Voordat u Secure Function Lock 3.0 gebruikt

U kunt de instellingen van Secure Function Lock configureren met een webbrowser. Tref de volgende voorbereidingen voordat u met het configureren begint.

1. Start uw webbrowser.
2. Typ http://IP-adres van apparaat' in uw browser ('IP-adres van apparaat' is het concrete IP-adres van uw Brother-apparaat).
   Bijvoorbeeld: http://192.168.1.2/
    

   U kunt het IP-adres van het apparaat vinden in de netwerkconfiguratielijst.

    
3. Typ een beheerderswachtwoord in het vak Inloggen. (Met dit wachtwoord komt u in de webpagina van het apparaat.) Klik op .
   
   
    

   Stel een wachtwoord in wanneer u voor het eerst de instellingen van het apparaat configureert met een webbrowser. Standaard is geen wachtwoord nodig.

    

   1. Klik op Configureer het wachtwoord.
   2. Voer het wachtwoord in dat u wilt gebruiken (maximaal 32 tekens).
   3. Typ het wachtwoord nog een keer bij Bevestigen: nieuw wachtwoord.
   4. Klik op Indienen.

    

    

U kunt toegang tot beperkte functies mogelijk maken door een beperkt gebruikersprofiel te maken. Beperkte gebruikers moeten eerst hun gebruikersnaam kiezen in een lijst en een wachtwoord invoeren voordat ze het Brother-apparaat kunnen gebruiken.

U moet Beveiligd functieslot in deze volgorde instellen:

1. Zet Beveiligd functieslot aan (zie stap A).
2. Configureer de openbare modus (zie stap B).
3. Configureer beperkte groepen en gebruikers (indien aanwezig) (zie stap C).
4. Stel de kaartverificatie in (indien aanwezig) (zie stap D).

Stap A: Beveiligd functieslot inschakelen

Het wachtwoord dat u in deze stap instelt, is dat van de beheerder. Dit wachtwoord dient voor het instellen van gebruikers en het in- en uitschakelen van Beveiligd functieslot.

1. Klik op Beheerder.
2. Klik op Functie gebruikersbeperking.
3. Kies Beveiligd functieslot.
4. Klik op Indienen.
   
   
    
   Het pictogram van de functie Beveiligd functieslot wordt weergegeven onder de tijd en datum.
   

Stap B: Openbare modus configureren

Met de openbare modus kunt u regelen tot welke functies openbare gebruikers toegang hebben. Openbare gebruikers hoeven geen wachtwoord in te voeren om de functies te kunnen gebruiken die via deze instelling ter beschikking worden gesteld.

1. Klik op Beheerder.
2. Klik op Beperkte functies xx-xx.
3. Schakel bij Openbare modus het selectievakje uit van de functie die u wilt beperken.
4. Klik op Indienen.
   
   

Stap C: Beperkte groepen en gebruikers configureren

U kunt beperkingen en een wachtwoord opgeven voor groepen en gebruikers. U kunt maximaal honderd beperkte groepen en honderd individuele gebruikers instellen.

U kunt deze instellingen configureren met een webbrowser.

1. Klik op Beheerder.
2. Klik op Beperkte functies xx-xx.
3. Typ een alfanumerieke groepsnaam of gebruikersnaam (maximaal 15 tekens) bij Gebruikerslijst/Beperkte functies.
   
   
    
4. Schakel in de kolom Afdrukken en de andere kolommen een selectievakje in of uit om de weergegeven functie te beperken. Als u het maximale aantal pagina's wilt configureren, schakel dan het selectievakje Aan in de kolom Afdruklimieten in en voer vervolgens het aantal in bij Max. pagina's.
5. Klik op Indienen.
6. Klik op Gebruikerslijst xx-xx.
7. Typ een gebruikersnaam van maximaal 20 tekens in het veld Gebruikerslijst.
8. Typ een viercijferig wachtwoord bij PINcode.
9. Typ een kaartnummer van maximaal 16 tekens in het veld Kaartnummer (NFC ID). ^*1
   *1: U kunt de cijfers 0-9 en letters A-F (niet hoofdlettergevoelig) gebruiken.
10. Kies Gebruikerslijst/Beperkte functies in de keuzelijst voor elke gebruiker.
    
    
     
11. Klik op Indienen.

Stap D: Gebruikers met kaartverificatie configureren

Voordat u de gebruikers met kaartverificatie configureert, moet u de beperkte functies en een gebruikerslijst instellen met uw webbrowser.

1. Via het aanraakscherm omschakelen naar beperkte gebruikers

   Ga als volgt te werk om met de NFC-lezer om te schakelen naar beperkte gebruikers:

   1. Druk op om terug te keren naar de stand Gereed.
   2. Houd de kaart tegen de NFC-lezer.
   3. Wanneer u bent ingelogd, wordt op het aanraakscherm Autorisatie geslaagd weergegeven.
2. Druk op .
3. Druk op Kaart registreren.
4. Houd de kaart tegen de NFC-lezer. Het kaartnummer wordt weergegeven op het aanraakscherm.
5. Druk op OK.