DCP-J140W
 |
Veelgestelde vragen en probleemoplossing |
Hoe laad ik enveloppen in mijn apparaat?
- Gebruik enveloppen van 80 tot 95 g/m2 (20 tot 25 lb).
- Voor sommige enveloppen moet u marges instellen in het programma dat u gebruikt. Maak eerst een proefafdruk.
Gebruik nooit de volgende soorten enveloppen; ze veroorzaken problemen met de papiertoevoer:
- Enveloppen met een balgconstructie.
- Vensterenveloppen.
- Enveloppen in reliëf (opdruk die duidelijk op de envelop ligt).
- Enveloppen met klemmen of nietjes.
- Enveloppen met een voorbedrukte binnenkant.
Soms kunnen er problemen met de papiertoevoer zijn door de dikte, het formaat of de vorm van de klep van de enveloppen.
Stap 1: Enveloppen en briefkaarten laden:
-
Druk eerst de hoeken en zijkanten van de enveloppen of briefkaarten goed plat.
Als er twee enveloppen of briefkaarten tegelijk in het apparaat gaan, leg er dan maar één tegelijk in de papierlade.
- Leg de enveloppen of briefkaarten met de adreszijde naar beneden en de voorrand van de enveloppen eerst in de papierlade (zie figuur). Schuif met beide handen de zijgeleiders (1) en de lengtegeleider (2) tegen de enveloppen of briefkaarten (geleiders eerst indrukken).
Stap 2: Controleer de instellingen van de printerdriver:
- Klik op Voorkeursinstellingen. (Klik hier om weer te geven hoe u Voorkeursinstellingen voor afdrukken opent).
- Selecteer het juiste formaat bij Papierformaat en klik op OK.
Probeer het volgende als u moeite hebt met het bedrukken van enveloppen:
- Open de klep van de envelop.
- Leg de envelop met de adreszijde naar beneden en de klep eerst in de papierlade (zie figuur).
- Klik op Voorkeursinstellingen. (Klik hier om weer te geven hoe u Voorkeursinstellingen voor afdrukken opent).
- Open het tabblad Geavanceerd en selecteer Ondersteboven afdrukken in het dialoogvenster van de printerdriver. Pas vervolgens het formaat en de marge aan in de toepassing die u gebruikt.
Feedback
Geef hieronder uw feedback. Aan de hand daarvan kunnen wij onze ondersteuning verder verbeteren.
