Houd de aan-uitknop ingedrukt om de printer uit te schakelen.
Houd de knop voor het openen van de klep in gedraaide stand vast en open de klep van het compartiment voor de RD-rol.
Druk de aanpassingsvergrendeling in de richting van de pijl en schuif de vergrendeling naar links of rechts. Omdat de rolgeleider daarbij ook wordt verplaatst, moet u de stand daarvan aanpassen aan de breedte van het papier met behulp van de schaalverdeling die in reliëf is aangebracht in de printer.
1 Aanpassingsvergrendeling
2 Rolgeleider
3 Schaalverdeling
Plaats een RD-rol omgekeerd in het compartiment voor de RD-rol zodat de labels van onder af worden aangevoerd (zie afbeelding).
- Stel de rolgeleider zo in dat de RD-rol niet heen en weer kan bewegen.
- Als de RD-rol verkeerd geplaatst is, wordt er aan de verkeerde zijde van het label afgedrukt.
- Stel bij het afdrukken op gestanste labels de rolgeleider in met een speling van 2 mm (0,08 inch) aan beide zijden (in totaal 4 mm (0,16 inch)) op de schaalverdeling.
Voorbeeld: Als u een label van 101,6 mm (4 inch) breed gebruikt, zet u de rolgeleider op een breedte van 105,6 mm (4,16 inch).
Lijn de RD-rol uit met de geleidestreepjes.
4 Geleidestreepjes
5 Afscheurbalk
Druk op het midden van de klep om de klep van het compartiment voor de RD-rol te sluiten.
Houd de aan-uitknop ingedrukt om de printer in te schakelen.
Houd de aan-uitknop ingedrukt om de printer in te schakelen.
Druk bij het afdrukken op gestanste labels op de doorvoerknop na het plaatsen van de RD-rol. De printer voert het label in tot aan de juiste startpositie.
Als u geen antwoord op uw vraag hebt gevonden, hebt u dan de andere vragen bekeken?
ingedrukt om de printer uit te schakelen.
ingedrukt om de printer in te schakelen.
ingedrukt om de printer in te schakelen.
na het plaatsen van de RD-rol. De printer voert het label in tot aan de juiste startpositie.
