4 Draadloze configuratie voor Windows® met gebruik van het automatische installatieprogramma van Brother

Configureren met een toegangspoort die SecureEasySetup™ ondersteunt

Opmerking Opmerking
• 
Als u de printer op een netwerk wilt aansluiten, raden wij u aan om eerst contact met uw systeembeheerder op te nemen.
• 
Als u persoonlijke firewallsoftware gebruikt (bv. Windows Firewall), dient u deze vóór de installatie uit te schakelen. Wanneer u zeker weet dat u kunt afdrukken, moet u de persoonlijke firewall weer activeren.
1
Controleer dat het netsnoer is aangesloten.
2
Zet de printer aan en wacht totdat de printer in de status Gereed staat.
3
Zet de computer aan. (U moet met beheerdersbevoegdheden zijn aangemeld.)
Sluit alle actieve applicaties alvorens de configuratie uit te voeren.
4
Plaats de meegeleverde cd-rom in uw cd-rom-station. Het eerste scherm wordt automatisch geopend. Selecteer uw printer en de taal.
5
Klik op De printerdriver installeren.
Scherm
6
Klik op Bij gebruik van een draadloos netwerk.
Scherm
Opmerking Opmerking
 
Bij gebruik van Windows Vista™ klikt u op Toestaan wanneer het scherm Gebruikersaccountbeheer wordt geopend.
Scherm
7
Kies Draadloze installatie en driver installeren of Alleen draadloze installatie en klik op Volgende.
Scherm
8
Lees de Belangrijke boodschap, selecteer het vakje nadat u de instelling hebt gecontroleerd en klik daarna op Volgende.
Scherm
9
Kies Het draadloze apparaat configureren met de functie SecureEasySetup™ van de toegangspoort en klik op Volgende.
Scherm
10
Lees de melding op uw scherm en klik op Volgende.
Scherm
11
Raadpleeg de handleiding van uw toegangspoort voor informatie over het gebruik van de modus SecureEasySetup™ op uw toegangspoort.
12
Gebruik het bedieningspaneel om de printer in de modus SecureEasySetup™ te zetten.
(1)
Druk op het bedieningspaneel op een van de menutoetsen (+, -, OK of Back) om de printer offline te zetten.
Gereed
 
next
Kies Bsymbol.utriBsymbol.dtri of OK
Machine-info
(2)
Druk op de toets + of - om LAN te selecteren.
Kies Bsymbol.utriBsymbol.dtri of OK
LAN
(3)
Druk op OK om naar het volgende menuniveau te gaan.
LAN
Bedraad
(4)
Druk op de toets + of - om WLAN te selecteren.
LAN
WLAN
(5)
Druk op OK om naar het volgende menuniveau te gaan.
WLAN
TCP/IP
(6)
Druk op de toets + of - om Instell. WLAN te selecteren.
WLAN
Instell. WLAN
(7)
Druk op OK om naar het volgende niveau te gaan.
Instell. WLAN
Inst. Wizard
(8)
Druk op de toets + of - om SecureEasySetup te selecteren.
Instell. WLAN
SecureEasySetup
(9)
Druk op OK.
Als de onderstaande melding wordt weergegeven, drukt u nogmaals op OK.
WLAN Activeren?
Aan
Opmerking Opmerking
 
De bovenstaande melding wordt alleen weergegeven wanneer de draadloze instelling is uitgeschakeld.
(10)
De draadloze netwerkverbindingsstatus met gebruik van SecureEasySetup™ wordt op het bedieningspaneel weergegeven: Bezig Verb. WLAN, Verbonden of Verbindingsfout.
 
Bezig Verb. WLAN wordt weergegeven terwijl de afdrukserver probeert verbinding te maken met de router of toegangspoort. Wacht totdat Verbonden of Verbinding NG wordt weergegeven.
Verbonden wordt weergegeven nadat de afdrukserver verbinding heeft gemaakt met de router of toegangspoort. U kunt de printer nu op een draadloos netwerk gebruiken.
Verbinding NG wordt weergegeven wanneer de afdrukserver geen verbinding kan maken met de router of toegangspoort. Probeer het vanaf 1 opnieuw. Als hetzelfde bericht opnieuw wordt weergegeven, moet u de fabrieksinstellingen van de afdrukserver herstellen en het opnieuw proberen.
Opmerking Opmerking
 
Als op het LCD-scherm Verbinding NG wordt weergegeven, moet u het opnieuw proberen.
13
Klik op Volgende of Voltooien.
Scherm
OK!
 
De draadloze installatie is nu voltooid. Als u in stap 7 besloot de printerdriver te installeren, gaat u naar de volgende stap.
14
Selecteer het vakje om te bevestigen dat u de draadloze instellingen hebt voltooid en klik daarna op Volgende.
Scherm