Beveiligde gegevens worden beschermd door een wachtwoord. Alleen mensen die over het wachtwoord beschikken, kunnen de gegevens afdrukken. De machine drukt de beveiligde gegevens pas af nadat het wachtwoord is ingevoerd. Als het document is afgedrukt, worden gegevens uit het geheugen verwijderd. Om deze functie te gebruiken, dient u een wachtwoord in het dialoogvenster van de printerdriver in te voeren.
1 | Druk op Veilig Afdrukken.  Opmerking | Als het LCD-scherm Geen data! weergeeft, zijn er geen beveiligde gegevens in het geheugen opgeslagen. |
|
2 | Druk op  of  om de gebruikersnaam te selecteren. Druk op OK. Op het LCD-scherm worden de taken weergegeven. |
3 | Druk op  of  om de taak te selecteren. Druk op OK. Via het LCD-scherm wordt u verzocht om uw wachtwoord van vier cijfers in te voeren. |
4 | Voer via het bedieningspaneel uw wachtwoord in. Druk op OK. |
5 | Om de gegevens af te drukken, drukt u op  of  om Print te selecteren. Druk op OK. De machine drukt de gegevens af. Om de beveiligde gegevens te wissen, drukt u op  of  om Verwijder te selecteren. Druk op OK. |
6 | Druk op Stop/Eindigen. |