Met behulp van het programma Remote Setup kunt u verscheidene machine-instellingen configureren vanaf een Windows®-toepassing. Als u deze toepassing start, worden de instellingen van de machine automatisch overgebracht naar uw PC en weergegeven op uw PC-scherm. Als u de instellingen wijzigt, kunt u deze direct naar de machine overbrengen.
Klik op de knop Start, Alle Programma's, Brother, MFC-XXXX (of MFC-XXXX LAN) en Remote Setup.

Opmerking
• | Als uw machine is aangesloten via een netwerk, moet u een wachtwoord invoeren. |
• | Het standaard wachtwoord is "access". U kunt met BRAdmin Light of Web Based Management dit wachtwoord wijzigen (Raadpleeg de Netwerkhandleiding voor meer informatie). |
• | OK Hiermee kunt u beginnen gegevens naar de machine over te brengen en de toepassing Remote Setup verlaten. Als er een foutmelding wordt weergegeven, moet u de correcte gegevens opnieuw invoeren en vervolgens op OK klikken. |
• | Afbreken Hiermee kunt u de toepassing Remote Setup verlaten zonder gegevens naar de machine over te brengen. |
• | Toepassen Hiermee kunt u gegevens naar de machine overbrengen zonder de toepassing Remote Setup te verlaten. |
• | Afdrukken Hiermee kunt u de gekozen items op de machine afdrukken. U kunt echter pas afdrukken nadat de nieuwe instellingen naar de machine zijn overgebracht. Klik op Toepassen om de nieuwe gegevens naar de machine over te brengen, en klik vervolgens op Afdrukken. |
• | Exporteren Hiermee kunt u de huidige instellingen in een bestand opslaan. |
• | Importeren Hiermee kunt u de instellingen in een bestand lezen. |

Opmerking
• | U kunt de knoppen Exporteren en Importeren gebruiken om diverse sets instellingen voor uw machine op te slaan. |
• | Om al uw instellingen op te slaan, markeert u MFC-XXXX bovenaan de lijst met instellingen, en klikt u vervolgens op Exporteren. |
• | Om één enkele instelling of een groep instellingen op te slaan, markeert u iedere instelling of functienaam (bijvoorbeeld Fax markeren om alle faxinstellingen te selecteren) in de lijst met instellingen, en klikt u vervolgens op Exporteren. |
• | Wanneer u een andere machine gebruikt dan die oorspronkelijk was geregistreerd op uw PC tijdens de installatie van MFL-Pro Suite (zie de Installatiehandleiding), dient u de nieuwe machine te specificeren. Open de eigenschappen van het programma Remote Setup en kies de nieuwe machine. Om Eigenschappen van het programma Remote Setup te openen, klikt u op de knop Start, Alle Programma's, Brother, MFC-XXXX en Remote Setup. |
• | Als uw PC door een firewall beschermd is en het gebruik van Remote Setup onmogelijk is, moet u misschien de instellingen van de firewall configureren om communicatie via poortnummer 137 mogelijk te maken. Zie Firewall-instellingen (voor netwerkgebruikers). |