1 | Druk op Menu. |
2 | Druk op of om Netwerk te selecteren. Druk op OK. |
3 | Druk op of om naar FTP of Scan nr FTP te selecteren. Druk op OK. |
4 | Druk op of om Inst.profiel te selecteren. Druk op OK. |
5 | Druk op of om Niet opgeslagen te selecteren. Druk op OK. |
6 | Druk op of om Profielnaam te selecteren. Druk op OK. |
7 | Voer een naam in voor het profiel van de FTP-server. Deze naam wordt weergegeven op het LCD-scherm van het apparaat en kan uit maximaal 30 tekens bestaan. Druk op OK. |
8 | Druk op of om Hostadres te selecteren. Druk op OK. |
9 | Voer het hostadres (bijvoorbeeld ftp.voorbeeld.com) (maximaal 60 tekens) of het IP-adres (bijvoorbeeld 192.23.56.189) in. Druk op OK. |
10 | Druk op of om Opslagmap te selecteren. Druk op OK. |
11 | Geef de map op waarin u het document op de FTP-server wilt opslaan (bijvoorbeeld /brother/abc/) (maximaal 60 tekens). Druk op OK. |
12 | Druk op of om Gebruikersnaam te selecteren. Druk op OK. |
13 | Voer de gebruikersnaam in die op de FTP-server is geregistreerd voor het apparaat (maximaal 32 tekens). Druk op OK. |
14 | Druk op of om Wachtwoord te selecteren. Druk op OK. |
15 | Voer het wachtwoord voor de FTP-server in (maximaal 32 tekens). Druk op OK. |
16 | Druk op of om Kwaliteit te selecteren. Druk op OK. |
17 | Druk op of om 150 dpi 16kl, 300 dpi 16kl, 600 dpi 16kl, 200 dpi Z&W of 200x100 dpi Z&W voor Nederland, of 150 dpi kleur, 300 dpi kleur, 600 dpi kleur, 200 dpi z/w of 200x100 dpi z/w voor België te selecteren. Druk op OK. |
18 | Selecteer het bestandstype voor het document. Druk op of om Bestandstype te selecteren. Druk op OK. |
19 | Druk op of om PDF of JPEG te selecteren voor documenten in kleur of grijstinten en PDF of documenten in TIFF zwart-wit. Druk op OK. Opmerking | Voor model MFC-6490CW Selecteer de documentgrootte als u de glasplaat gebruikt. • | Druk op of om Scanformaat glas te selecteren. | • | Druk op of om A4, A3, Letter, Legal of Ledger te selecteren. Druk op OK. |
|
|
20 | Druk op of om Passieve modus te selecteren. Schakel de passieve modus in of uit, afhankelijk van uw ftp-server en configuratie van de netwerkfirewall. Deze instelling is standaard ingeschakeld. |
21 | Druk op of om Aan of Uit te selecteren. Druk op OK. |
22 | Druk op of om Poortnummer te selecteren. U kunt het poortnummer wijzigen dat wordt gebruikt om de FTP server te benaderen. De standaardinstelling is poort 21. In de meeste gevallen kunt u deze twee instellingen als standaard aanhouden. |
23 | Voer het poortnummer in. Druk op OK. |
24 | Selecteer de bestandsnaam die u wilt gebruiken voor het gescande document. U kunt kiezen uit zeven vooraf gedefinieerde en twee door de gebruiker gedefinieerde bestandsnamen. De bestandsnaam die voor uw document wordt gebruikt, is de bestandsnaam die u hebt geselecteerd, plus de laatste 6 cijfers van de teller van de flatbed/ADF-scanner, plus de bestandsextensie (bijvoorbeeld: BRNxxxxxxxxxxxx098765.pdf). U kunt ook handmatig een bestandsnaam van maximaal 15 tekens invoeren. Druk op of om Bestandsnaam te selecteren. Druk op OK. |
25 | Druk op of om de gewenste bestandsnaam te selecteren. Druk op OK. |
26 | Nadat u alle instellingen hebt opgegeven, drukt u op of om Compleet of Voltooien te selecteren. Druk op OK. Druk op Stop/Eindigen (Stop/Exit). |