Het IP-adres van de afdrukserver van Brother kan worden geconfigureerd met de functie Reverse ARP (RARP) op uw hostcomputer. Hiertoe wordt in het bestand /etc/ethers (als dit bestand niet bestaat, dan maakt u het) een regel ingevoegd die er ongeveer als volgt uitziet:
00:80:77:31:01:07 BRN00877310107 (of BRW008077310107 voor een draadloos netwerk)
waarbij de eerste ingang het Ethernet-adres van de afdrukserver is, en de tweede ingang de naam van de afdrukserver (deze naam moet hetzelfde zijn als gebruikt is in het bestand /etc/hosts).
Als de rarp-daemon nog niet draait, start u deze nu op (afhankelijk van uw systeem is de opdracht rarpd, rarpd -a, in.rarpd -a of iets anders; typ man rarpd of raadpleeg de met uw systeem meegeleverde documentatie voor meer informatie). Als u bij een systeem op basis van Berkeley UNIX® wilt controleren of de rarp-daemon draait, typt u de onderstaande opdracht:
ps -ax │ grep -v grep │ grep rarpd
Bij systemen op basis van AT&T UNIX® typt u:
ps -ef │ grep -v grep │ grep rarpd
De afdrukserver van Brother ontvangt het IP-adres van de rarp-daemon nadat de machine is opgestart.