Speciaal papier gebruiken

De machine functioneert goed met de meeste typen xerografisch en bankpostpapier. Sommige typen papier kunnen echter van invloed zijn op de afdrukkwaliteit of bewerkingsbetrouwbaarheid. Maak altijd eerst een proefafdruk voordat u papier aanschaft om zeker te zijn van het gewenste resultaat. Bewaar papier in de originele verpakking en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en uit de buurt van vocht, direct zonlicht en warmte.
Enkele belangrijke richtlijnen bij het kiezen van papier:
Gebruik GEEN inkjetpapier, omdat hierdoor het papier kan vastlopen of de machine kan worden beschadigd.
Voorgedrukt papier moet inkt gebruiken dat tegen de temperatuur van het fuseerproces van de machine kan (200 °C).
Als u bankpostpapier, papier met een ruw oppervlak of papier dat is gekreukeld of gevouwen gebruikt, kan het afdrukresultaat tegenvallen.

Te vermijden typen papier

VOORZICHTIG BELANGRIJK
Sommige typen papier bieden niet het gewenste resultaat of kunnen schade veroorzaken aan de machine.
Gebruik GEEN papier:
met een grove textuur
dat extreem glad of glanzend is
dat gekruld of scheef is
Figuur
1.
2 mm of meer gekruld papier kan vastlopen.
dat gecoat is of een chemische deklaag heeft
dat beschadigd, gekreukeld of gevouwen is
dat het in deze handleiding aanbevolen gewicht overschrijdt
met tabs en nietjes
met een briefhoofd dat thermografisch gedrukt is of met inkt die niet tegen hoge temperaturen bestand is
dat uit meerdere delen bestaat of zonder carbon
dat is bedoeld voor inkjetprinters
Als u een van deze typen papier gebruikt, kan de machine beschadigd raken. Deze schade wordt niet gedekt door enige garantie- of service-overeenkomst met Brother.

Enveloppen

De meeste enveloppen zijn geschikt voor deze machine. Sommige vormen enveloppen kunnen echter mogelijk problemen met de toevoer en de afdrukkwaliteit veroorzaken. Een geschikte envelop heeft randen met rechte, scherpe vouwen en de rand mag niet dikker zijn dan twee vellen papier. De envelop moet vlak liggen en mag niet zakachtig of flodderig zijn. Koop enveloppen van hoge kwaliteit bij een leverancier die weet dat u de enveloppen gaat gebruiken in een lasermachine.
Enveloppen kunt u alleen invoeren via de sleuf voor handmatige invoer. Advies: voordat u een groot aantal enveloppen afdrukt, maakt u een proefafdruk om zeker te zijn van het afdrukresultaat.
Controleer het volgende:
De flap van de envelop dient zich aan de lengtezijde te bevinden.
De flappen dienen scherp en correct te zijn gevouwen (onregelmatig gesneden of gevouwen enveloppen kunnen papierstoringen veroorzaken).
Enveloppen dienen uit twee lagen te bestaan in de hieronder omcirkelde gedeelten.
Figuur
1.
Invoerrichting
Door de fabrikant geplakte voegen dienen stevig te zijn.
Wij raden u aan om niet binnen 15 mm vanaf de randen van de enveloppen af te drukken.

Te vermijden typen enveloppen

VOORZICHTIG BELANGRIJK
Gebruik GEEN enveloppen:
die beschadigd, gekruld of verkreukeld zijn of een ongebruikelijke vorm hebben
die extreem glanzend zijn of een grove structuur hebben
met klemmetjes, nietjes of dichtbinders
met een zelfklevende plakrand
die zakachtig zijn
die niet scherp gevouwen zijn
die van reliëf zijn voorzien
die eerder zijn bedrukt door een laser-/LED-machine
die aan de binnenkant zijn voorbedrukt
die niet netjes op elkaar kunnen worden gestapeld
die gemaakt zijn van papier dat zwaarder is dan het gespecificeerde papiergewicht voor de machine
met randen die niet recht of regelmatig zijn
met vensters, gaten, uitsparingen of perforaties
met lijm op het oppervlak zoals hieronder getoond
Figuur
met dubbele flappen zoals hieronder getoond
Figuur
met flappen die niet zijn gevouwen bij aankoop
met flappen zoals hieronder afgebeeld
Figuur
met beide zijden gevouwen zoals hieronder afgebeeld
Figuur
Als u een van de bovenstaande typen enveloppen gebruikt, kan de machine beschadigd raken. Deze schade wordt mogelijk niet gedekt door enige garantie- of service-overeenkomst met Brother.
De dikte, het formaat en de flapvorm van de enveloppen die u gebruikt, kunnen tot invoerproblemen leiden.

Etiketten

De machine kan afdrukken op de meeste typen etiketten die bedoeld zijn voor een lasermachine. Etiketten dienen een plaklaag op basis van acryl te hebben omdat dit materiaal beter bestand is tegen de hoge temperaturen in de fuseereenheid. De plaklaag dient niet in contact te komen met enig deel van de machine, omdat de etiketten dan aan de drumeenheid of rollen blijven kleven waardoor papierstoringen en problemen met de afdrukkwaliteit kunnen optreden. Er mag geen plaklaag open liggen tussen de etiketten. Etiketten moeten zo gerangschikt worden dat de volledige lengte en breedte van het vel bedekt zijn. Het gebruik van ruimten tussen de etiketten kan leiden tot het loslaten van etiketten waardoor ernstige papierstoringen of afdrukproblemen kunnen ontstaan.
Etiketten die met deze machine worden afgedrukt, moeten bestand zijn tegen een temperatuur van 200 graden Celsius, gedurende 0,1 seconde.
Etikettenvellen mogen niet zwaarder zijn dan het gewicht dat in deze gebruikershandleiding is gespecificeerd. Etiketten die deze specificatie overschrijden worden mogelijk niet correct ingevoerd of afgedrukt en kunnen schade veroorzaken aan de machine.
Etiketten dient u uitsluitend in te voeren via de sleuf voor handmatige invoer.

Te vermijden typen etiketten

Gebruik geen etiketten die beschadigd, gekruld of verkreukeld zijn of een ongebruikelijke vorm hebben.
Figuur
VOORZICHTIG BELANGRIJK
Voer GEEN gedeeltelijk gebruikte etiketvellen toe. Het onbedekte draagvel kan schade toebrengen aan de machine.