Met het programma Remote Setup kunt u een groot aantal apparaatinstellingen vanuit een Macintosh-toepassing configureren. Als u deze toepassing opent, worden de instellingen van het apparaat automatisch naar uw Macintosh overgebracht en weergegeven op het scherm van uw Macintosh. Als u de instellingen wijzigt, kunt u deze direct naar het apparaat overbrengen.

Opmerking
| Het pictogram van het programma RemoteSetup bevindt zich in Macintosh HD/Bibliotheek/Printers/Brother/Utilities. |
• | OK Hiermee start u het overbrengen van gegevens naar het apparaat en sluit u de toepassing Remote Setup. Als er een foutmelding verschijnt, voert u de juiste gegevens nogmaals in en klikt u op OK. |
• | Afbreken Hiermee sluit u het programma Remote Setup zonder dat de gegevens naar het apparaat worden overgebracht. |
• | Toepassen Hiermee laadt u de gegevens naar het apparaat zonder de toepassing Remote Setup te sluiten. |
• | Afdrukken Hiermee drukt u de geselecteerde items op het apparaat af. U kunt de gegevens pas afdrukken als deze naar het apparaat zijn overgebracht. Klik op Toepassen om de nieuwe gegevens te uploaden naar het apparaat en klik op Afdrukken. |
• | Exporteren Hiermee slaat u de huidige configuratie-instellingen in een bestand op. |
• | Importeren Hiermee kunt u de instellingen in het bestand lezen. |

Opmerking
• | Met de knop Exporteren kunt u Quick-Dial of alle instellingen voor het apparaat opslaan. |
• | Wanneer u het apparaat wilt wijzigen die bij het installeren van MFL-Pro Suite op uw Macintosh is geregistreerd (zie de Installatiehandleiding), of als de netwerkomgeving is gewijzigd, moet u een ander apparaat opgeven. Open de Device Selector en selecteer het nieuwe apparaat. (Alleen voor netwerkgebruikers) |