U kunt kiezen uit een serie kwaliteitsinstellingen. De standaardinstelling is Normaal.
Volg onderstaande instructies om de kwaliteitsinstelling tijdelijk te wijzigen:
Druk op Kwaliteit | Normaal | Normaal is de aanbevolen stand voor normale afdrukken. Dit zorgt voor goede kopieerkwaliteit met goede kopieersnelheid. |
Snel | Hoge kopieersnelheid en laagste inktverbruik. Gebruiken om tijd te besparen bij het afdrukken van documenten die u wilt proeflezen, grote documenten of een groot aantal kopieën. |
Fijn | Gebruik de best-modus voor het kopiëren van precieze beelden, zoals foto’s. Dit levert de hoogste resolutie op met de laagste snelheid. |
1 | Uw document laden. |
2 | Druk herhaaldelijk op Kwaliteit om Normaal, Snel of Fijn te selecteren. |
3 | Druk op Mono Start of Kleur Start. |
Volg onderstaande instructies om de standaardinstelling te wijzigen:
1 | Druk op Menu. |
2 | Druk op  of  om 1.Kopie te selecteren. Druk op OK. |
3 | Druk op  of  om 3.Kwaliteit te selecteren. Druk op OK. |
4 | Druk op  of  om Snel, Norm of Fijn te selecteren. Druk op OK. |
5 | Druk op Stop/Eindigen. |