![]() ![]() | ![]() ![]() |
1 | Druk op Inkt. | ||||
2 | Druk op ![]() ![]() Druk op OK. | ||||
3 | Druk op ![]() ![]() Druk op OK. | ||||
4 | Druk op Kleur Start. De machine begint de Testpagina afdrukkwaliteit te printen. | ||||
5 | Controleer de kwaliteit van de vier kleurenblokken op het vel.
| ||||
6 | Ga op een van de volgende manieren te werk:
| ||||
7 | U wordt gevraagd of de afdrukkwaliteit voor zwart en drie kleuren in orde is.
Druk op ![]() ![]() | ||||
8 | U wordt gevraagd of u wilt beginnen met reinigen.
Druk op ![]() De machine begint de printkop te reinigen. | ||||
9 | Druk op Kleur Start wanneer het reinigen is voltooid. De machine zal nu de Testpagina afdrukkwaliteit nogmaals afdrukken en vervolgens terugkeren naar stap 5. | ||||
10 | Druk op Stop/Eindigen. Als u deze procedure minimaal vijf keer herhaalt, en de afdrukkwaliteit nog steeds slecht is, vervang dan de inktcartridge voor de geklonterde kleur. Na het vervangen van de inktcartridge, de afdrukkwaliteit controleren. Als het probleem niet is verholpen, moet u het reinigen van de printkop en de afdrukprocedures minimaal vijf keer herhalen voor de nieuwe inktcartridge. Als er nog inkt ontbreekt, neem dan contact op met uw Brother-dealer. |
![]() ![]() | ![]() ![]() |