Er zijn vier scanopties: Scannen naar Afbeelding, Scannen naar OCR, Scannen naar E-mail en Scannen naar Bestand.
• | Afbeelding (Standaard: Microsoft® Paint) Hiermee kunt u een pagina rechtstreeks naar een grafisch viewer/editortoepassing scannen. U kunt selecteren naar welke toepassing de scan wordt overgebracht, zoals Microsoft® Paint, Corel® Paint Shop Pro®, Adobe® PhotoShop®, of een andere beeldbewerkingstoepassing op uw PC. |
• | OCR (Standaard: Microsoft® NotePad) Hiermee kunt u een pagina of document scannen, de OCR-toepassing automatisch starten en de tekst (niet het grafische beeld) naar een tekstverwerker overbrengen. U kunt zelf de tekstverwerker van bestemming selecteren, zoals Microsoft® NotePad, Microsoft® Word, Corel® WordPerfect® of een andere tekstverwerker op uw PC. |
• | E-mail (Standaard: uw standaard e-mailsoftware) Hiermee kunt u een pagina of document als een normale bijlage rechtstreeks naar een e-mailtoepassing scannen. U kunt het bestandstype en de resolutie voor de bijlage selecteren. |
• | Bestand Hiermee kunt u rechtstreeks naar een bestand op schijf scannen. U kunt het bestandstype en de map van bestemming wijzigen, indien nodig. |
Met ControlCenter3 kunt u de hardwaretoets Scan en de softwareknop ControlCenter3 voor elke scanfunctie op uw machine configureren. Om de hardwaretoets Scan op uw machine te configureren, selecteert u het tabblad Bedieningsknop Apparaat in het configuratiemenu voor elke SCAN-knop. Om de softwareknop in ControlCenter3 te configureren, selecteert u het tabblad Bedieningsknop Software in het configuratiemenu voor elke SCAN-knop.