Beveiligde gegevens worden beschermd door een wachtwoord. Alleen mensen die op de hoogte zijn van het wachtwoord, kunnen de beveiligde gegevens afdrukken. Beveiligde gegevens worden pas afgedrukt nadat het wachtwoord is ingevoerd. Wanneer het document is afgedrukt, worden de gegevens uit het geheugen verwijderd. Om deze functie te gebruiken, dient u een wachtwoord in het dialoogvenster van de printerdriver in te voeren. Als u de machine uitschakelt met de stroomschakelaar, worden de beveiligde gegevens in het geheugen gewist.
| 1 | Druk op Veilig Afdrukken (Secure).  Opmerking | | Als op het LCD-scherm Geen dataopslag wordt weergegeven, bevat het geheugen geen beveiligde gegevens. |
|
| 2 | Druk op  of  om de gebruikersnaam te selecteren. Druk op OK. Op het LCD-scherm wordt de lijst met beveiligde taken voor die naam weergegeven. |
| 3 | Druk op of om de taak te selecteren. Druk op OK. Voer uw wachtwoord van vier cijfers in en druk op OK. |
| 4 | Als u de gegevens wilt afdrukken, drukt u op of om Print te selecteren, drukt u op OK en geeft u het gewenste aantal exemplaren op. Druk op OK. De gegevens worden afgedrukt. Als u de beveiligde gegevens wilt verwijderen, drukt u op of om Verwijder te selecteren. Druk op OK. |
