Met Scannen naar FTP kunt u rechtstreeks een document scannen naar een FTP-server op uw lokale netwerk of op het internet. (Raadpleeg Hoofdstuk 4 in de Softwarehandleiding voor meer informatie over Scannen naar FTP.)
1 | Klik op de webpagina van de MFC-XXXX op Beheerderinstellingen en klik dan op FTP/netwerkscaninstellingen. |
2 | U kunt kiezen welke profielnummers (1 tot 10) moeten worden gebruikt voor de instellingen van Scannen naar FTP. U kunt ook twee gebruikers-gedefinieerde bestandsnamen opslaan die worden gebruikt voor het maken van een FTP-serverprofiel ter aanvulling van de zeven huidige bestandsnamen in Creeuml;er DoorGebr Gedef Bestnaam. In elk van de twee velden kunnen maximaal 15 tekens worden ingevoerd. Als u deze hebt ingesteld, klikt u op Indienen. |
3 | Klik op FTP/netwerkscanprofiel op de pagina Beheerderinstellingen. U kunt nu de volgende instellingen van Scannen naar FTP met een webbrowser configureren en wijzigen. |
• | Profielnaam (maximaal 15 tekens) |
• | Host-adres (FTP-serveradres) |
• | Gebruikersnaam |
• | Wachtwoord |
• | Directory opslaan |
• | Bestandsnaam |
• | Kwaliteit |
• | Type bestand |
• | Passieve modus |
• | Poortnummer |
U kunt de Passieve modus op AAN of UIT zetten, afhankelijk van uw FTP-server en de configuratie van de firewall van het netwerk. Standaard staat deze instelling op UIT. U kunt ook het poortnummer wijzigen dat wordt gebruikt om toegang te krijgen tot de FTP-server. Standaard staat deze instelling op poort 21. Over het algemeen hoeven deze twee instellingen niet te worden gewijzigd.

Opmerking
| Scannen naar FTP is beschikbaar als de FTP-serverprofielen met Beheer via een webbrowser zijn geconfigureerd. |