Druk op de hoeken en zijkanten van de enveloppen om deze zo plat mogelijk te maken voor u deze plaatst.
Wanneer de achterste uitvoerlade naar beneden is getrokken, heeft de machine een recht papiertraject van de MP-lade tot aan de achterkant van de machine. Gebruik deze invoer- en uitvoermethode wanneer u wilt afdrukken op dik papier, bankpostpapier, enveloppen, etiketten of transparanten.


BELANGRIJK
| Verwijder ieder afgedrukt vel of enveloppe onmiddellijk, om een opstopping te vermijden. |
1 | Open het achterdeksel (achterste uitvoerlade). |
2 | Open de MP-lade en laat deze voorzichtig zakken. |
3 | Trek de steunklep (1) van de MP-lade uit en vouw de steunflap (2) open. |
4 | Houd de ontgrendeling van de papiergeleiders ingedrukt en verschuif de papiergeleiders tot deze gepast zijn voor het papierformaat dat u wilt gebruiken.   BELANGRIJK | Zorg ervoor dat de papiergeleiders de zijkanten van het papier raken. |
|
5 | Plaats de enveloppen (maximaal 3), het dikke papier, de etiketten of de transparanten in de MP-lade met de bovenkant eerst en de te bedrukken zijde naar boven gericht. Zorg ervoor dat het papier de maximum markering niet overschrijdt (  ). |