Bij het instellen van bepaalde menuopties moeten teksttekens worden ingevoerd. Op de kiestoetsen zijn letters afgedrukt. Op de toetsen 0, # en zijn geen letters gedrukt omdat deze worden gebruikt voor speciale tekens.

Druk het gewenste aantal keren (zoals u leest in deze referentietabel) op de betreffende toets van het cijferblok om het gewenste teken te krijgen.

Voor menuselecties waarbij u geen kleine letters kunt selecteren, gebruikt u deze referentietabel.

Om een spatie in een getal in te voegen, drukt u één keer op tussen cijfers. Om een spatie in een naam in te voegen, drukt u twee keer op tussen tekens.

Als u een letter fout hebt ingevoerd en deze wilt wijzigen, drukt u op om de cursor te verplaatsen naar het foute teken, en druk vervolgens op Wis/terug.

Om een teken in te voeren dat op dezelfde toets als het vorige teken staat, drukt u op om de cursor naar rechts te bewegen, en drukt u daarna opnieuw op de toets.

Druk op , # of 0 en druk vervolgens op of om de cursor op het gewenste symbool of teken te zetten. Druk op OK om het symbool of teken te selecteren. Afhankelijk van uw menuselectie verschijnen de volgende symbolen en tekens.