Wanneer de achterste uitvoerlade naar beneden is getrokken, heeft de machine een recht papiertrajct van de handmatige invoergleuf tot aan de achterkant van de machine. Gebruik deze invoer- en uitvoermethode wanneer u wilt afdrukken op dik papier, etiketten of enveloppen.

Opmerking
• | Verwijder ieder afgedrukt vel of enveloppe onmiddellijk, om een opstopping te vermijden. |
• | De machine stelt vervolgens automatisch de handmatige invoermodus in wanneer u papier in de handmatige invoergleuf plaatst. |
1 | Open het achterdeksel (achterste uitvoerlade). |
2 | Open het deksel van de handmatige invoergleuf. |
3 | Schuif de papiergleiders van de handmatige invoergleuf met beide handen op de breedte van het papier dat u wilt gebruiken. |
4 | Plaats met beide handen één vel papier of één enveloppe in de handmatige invoergleuf tot de voorrand van het papier of enveloppe de papieraanvoerrol raakt. Wanneer u voelt dat machine het papier naar binnen trekt, laat het dan gaan. |

Opmerking
• | Plaats het papier in de handmatige invoergleuf met de te bedrukken zijde naar boven. |
• | Zorg ervoor dat de printmedia (Zie Acceptabel papier en andere printmedia op pagina 11.) recht zijn en zich in de juiste positie op de handmatige invoergleuf bevinden. Anders is de aanvoer van het transparant niet goed, resulterend in een scheve afdruk of een papieropstopping. |
• | Plaats nooit meer dan één vel papier tegelijk in de handmatige invoergleuf. Dat kan namelijk een papierstoring veroorzaken. |
• | Wanneer u printmedia in de handmatige invoergleuf doet voordat de machine in de toestand Gereed staat, werpt de machine de media onbedrukt uit. |
• | Wanneer u een kleine afdruk gemakkelijk uit de uitvoerlade wilt verwijderen, tilt u het scannerdeksel met twee handen op, zoals de illustratie weergeeft. |
• | U kunt de machine blijven gebruiken terwijl het scannerdeksel omhoog staat. U sluit het scannerdeksel door het met beide handen omlaag te duwen. |