Klik op Scannen naar FTP/netwerkprofiel op de pagina Scannen. U kunt nu de volgende instellingen van Scannen naar FTP configureren en wijzigen met een webbrowser. • | Profielnaam (maximaal 15 tekens) | • | Host-adres (FTP-serveradres) | • | Gebruikersnaam | • | Wachtwoord | • | Directory opslaan | • | Bestandsnaam | • | Kwaliteit | • | Type bestand | • | Documentgrootte | • | Bestandsgr. | • | Aut. rechtleggen | • | Lege pag. overslaan | • | Passieve modus | • | Poortnummer |
U kunt Passieve modus instellen op Uit of Aan, afhankelijk van de configuratie van uw FTP-server en netwerkfirewall. Deze instelling staat standaard op Aan. U kunt ook het poortnummer voor toegang tot de FTP-server wijzigen. De standaardinstelling hiervoor is poort 21. In de meeste gevallen kunnen deze twee instellingen als standaard ingesteld blijven.  Opmerking | Scannen naar FTP is beschikbaar wanneer er FTP-serverprofielen geconfigureerd zijn met Beheer via een webbrowser. |
|