Gegevens overbrengen naar een machine met een USB-medium/draadloos netwerk/USB-kabel/originele kaart

  1. Bereid het medium dat u wilt gebruiken voor, of sluit de borduurmachine aan op de computer.

    Let op dat het borduurraam formaat van het ontwerp niet groter is dan het borduurraam formaat dat wordt gebruikt op de borduurmachine.

    • Als u het ontwerp naar een originele kaart wilt schrijven, steekt u de originele kaart in de USB-kaartschrijfmodule.
    • Als u het ontwerp naar een USB-medium wilt schrijven, steekt u het USB-medium in de computer.
    • Als u het ontwerp direct wilt overbrengen naar een borduurmachine, sluit u de borduurmachine op de computer aan. Meer bijzonderheden over het overbrengen van borduurontwerpen vindt u in de gebruiksaanwijzing bij uw borduurmachine.
    • Als u de functie Link (Verbinding) wilt gebruiken om borduurontwerpen over te brengen, moet een borduurmachine die compatibel is met de functie Link worden uitgevoerd in de modus Link.

      Borduren met de functie Draadloze Link (Verbinding) vanuit de computer

  2. Klik op .
    1. Inhouddeelvenster (beschikbare ontwerpen)
    2. Schrijflijst (geselecteerde ontwerpen)
  3. Klik op de selector [Verzend.] en klik vervolgens op het doel.
    1. Hiermee verzendt u ontwerpen naar het USB-medium.
    2. Hiermee verzendt u ontwerpen direct naar een borduurmachine.
    3. Hiermee verzendt u ontwerpen naar een of meer borduurmachines via een draadloze netwerkverbinding.

      Gegevens draadloos overbrengen

    4. Hiermee verzendt u ontwerpen naar de USB-kaartschrijfmodule.
    5. Hiermee verzendt u ontwerpen naar een of meer borduurmachines met behulp van de functie USB-Link (Verbinding).

      USB-Link

    6. Hiermee verzendt u ontwerpen naar een of meer borduurmachines met behulp van de functie Draadloze Link (Verbinding).

      Draadloze Link

      Als Link (Verbinding) niet beschikbaar is in de selector [Verzend.], moet u controleren of de borduurmachine in de modus Link (Verbinding) staat. Zorg er bij de functie USB-Link (Verbinding) voor dat de USB-kabel goed is aangesloten op de machine en de computer. Registreer bij de functie Draadloze Link (Verbinding) een machine die de functie Draadloze Link (Verbinding) ondersteunt en is verbonden met het netwerk.

      Een machine registreren met de toepassing

De overige stappen verschillen naar gelang het doel waarheen u de gegevens wilt verzenden.

Werken met een USB-medium

U kunt ontwerpen overbrengen naar een borduurmachine die compatibel is met de USB-hostfunctie.

De “Software dongle voor PE-DESIGN” kan niet als USB-medium worden gebruikt.

  1. Selecteer in de selector [Verzend.].

    Als er meerdere USB-media zijn aangesloten, verschijnt voor elk aangesloten apparaat. Selecteer het USB-medium waarnaar u het ontwerp wilt schrijven.

  2. Klik op .
  3. Selecteer een map in 1, selecteer een borduurbestand in het inhouddeelvenster 2 en klik vervolgens op 3om het bestand toe te voegen aan de schrijflijst. Nadat alle borduurbestanden zijn toegevoegd aan de schrijflijst, klikt u op 4.

    De ontwerpen in de schrijflijst worden naar het USB-medium geschreven.

    Nadat de ontwerpen zijn geschreven, wordt het bericht “Uitvoer van bestandsgegevens is voltooid.” weergegeven.

    • Verwijder het USB-medium niet terwijl ontwerpen worden geschreven.
    • Als op de doellocatie al een bestand met dezelfde naam bestaat, wordt het volgende dialoogvenster weergegeven. Selecteer of u het bestaande bestand wilt overschrijven, het kopiëren wilt stoppen of het bestand wilt kopiëren met een andere naam.

    Als een volumelabel is opgegeven voor het USB-medium, wordt “ [(stationsletter):] (volumelabel)” weergegeven in de selector [Verzend.].

    Als geen volumelabel is opgegeven, wordt “ [(stationsletter):] USB-media” weergegeven.

    Meer bijzonderheden over het wijzigen van de naam (volumelabel) van een USB-medium vindt u in de handleiding bij het USB-medium.

Gegevens draadloos overbrengen

  1. Verbind de computer door de toepassing uit te voeren, die verbinding maakt met uw netwerk thuis (toegangspunt draadloos LAN).
  2. Verbind de naaimachine met hetzelfde netwerk.

    Meer bijzonderheden over het maken van verbindingen vindt u in de handleiding bij uw machine.

    Borduurpatronen kunnen niet worden overgebracht als de computer en de naaimachine zijn verbonden met verschillende netwerken. Zorg ervoor dat u verbinding hebt met hetzelfde netwerk.

  3. Klik op [Netwerkinstellingen machine] in het menu [Optie].
  4. Klik op [Toevoegen].
  5. Selecteer de naaimachine en klik vervolgens op [Toevoegen].

    Als de gewenste naaimachine niet wordt weergegeven in de lijst, klikt u op [Vernieuwen].

  6. Klik op [OK] om de machine te registreren.
  7. Selecteer de machine in de selector [Verzend.].
  8. Klik op .
  9. Selecteer een map in 1, selecteer een borduurbestand in het inhouddeelvenster 2 en klik vervolgens op 3 om het bestand toe te voegen aan de schrijflijst. Nadat alle borduurbestanden zijn toegevoegd aan de schrijflijst, klikt u op 4.

    De ontwerpen in de schrijflijst worden overgebracht naar de machine.

    Wanneer het verzenden is voltooid, wordt het bericht “Uitvoer van bestandsgegevens is voltooid.” weergegeven.

Gegevens direct overbrengen naar het geheugen van de machine

U kunt ontwerpen direct overbrengen naar borduurmachines die u met een USB-kabel kunt aansluiten op een computer.

  1. Selecteer in de selector [Verzend.].

    Wanneer meerdere borduurmachines zijn aangesloten, verschijnt voor elke machine. Selecteer de machine die u gebruikt om te borduren.

  2. Klik op .
  3. Selecteer een map in 1, selecteer een borduurbestand in het inhouddeelvenster 2 en klik vervolgens op 3 om het bestand toe te voegen aan de schrijflijst. Nadat alle borduurbestanden zijn toegevoegd aan de schrijflijst, klikt u op 4.

    De ontwerpen in de schrijflijst worden naar het geheugen van de borduurmachine geschreven.

    Nadat de ontwerpen zijn geschreven, wordt het bericht “Uitvoer van bestandsgegevens is voltooid.” weergegeven.

    • Verwijder de USB-kabel niet terwijl ontwerpen worden geschreven.
    • Als op de doellocatie al een bestand met dezelfde naam bestaat, wordt een dialoogvenster weergegeven. Selecteer of u het bestaande bestand wilt overschrijven, het kopiëren wilt stoppen of het bestand wilt kopiëren met een andere naam.

Werken met een originele kaart

U kunt ontwerpen overbrengen naar een borduurmachine die is voorzien van een kaartgleuf.

  • Andere bestanden dan .phc- en .phx-bestanden kunnen worden geschreven.
  • Als er geen USB-kaartschrijfmodule is verbonden aan de computer kan er geen originele kaart worden geselecteerd als uitvoerdoel. Zorg dat een USB-kaartschrijfmodule op de computer is aangesloten voordat u gegevens overbrengt.
  1. Selecteer in de selector [Verzend.].
  2. Onder [Machinetype] selecteert u het type borduurmachine dat u gebruikt.
    1. Machine met één naald
    2. Machine met meerdere naalden
  3. Selecteer in de selector [Borduurraam formaat] de juiste maat borduurraam.
    • Selecteer een formaat borduurraam niet groter dan met uw borduurmachine kan worden gebruikt. Anders werkt de originele kaart die u maakt niet goed met de borduurmachine.
    • Wanneer u schrijft naar een originele kaart die al gegevens bevat, worden alle gegevens op de kaart verwijderd. Voordat u naar een kaart schrijft, moet u alle noodzakelijke gegevens opslaan op een vaste schijf of ander medium en moet u controleren of zich geen noodzakelijke gegevens meer op de kaart bevinden.

      Vanaf een originele kaart

  4. Klik op .
  5. Selecteer een map in 1, selecteer een borduurbestand in het inhouddeelvenster 2 en klik vervolgens op 3 om het bestand toe te voegen aan de schrijflijst. Nadat alle borduurbestanden zijn toegevoegd aan de schrijflijst, klikt u op 4.
    • Een borduurontwerp voor het jumboraam kunt u niet met een originele kaart overbrengen naar de machine.
    • Is het patroon in het geselecteerde borduurbestand groter dan het borduurraam formaat dat is geselecteerd in stap 3? Of wordt in het patroon het maximumaantal steken of kleuren overschreden voor het borduurraam dat is geselecteerd in stap 3? Dan kunt u het bestand niet toevoegen aan de schrijflijst. Alleen de borduurontwerpen in de schrijflijst worden naar de originele kaart geschreven.
    • U kunt ook borduurbestanden aan de schrijflijst toevoegen door met de rechtermuisknop te klikken op het bestand en vervolgens op [Toevoegen aan schrijflijst] of door in het inhouddeelvenster een bestand te selecteren en dit naar de schrijflijst te slepen.
    • U kunt een bestand verwijderen uit de schrijflijst door er met de rechtermuisknop op te klikken en vervolgens te klikken op [Verwijderen uit schrijflijst].
  6. Als de bestanden moeten worden geschreven naar een originele kaart, verschijnt het volgende bericht. Klik op [OK].

    Verwijder de kaart niet en maak de USB-kabel niet los terwijl ontwerpen naar de kaart worden geschreven (terwijl de LED-indicator knippert).

  7. Wanneer een bericht wordt weergegeven dat het schrijven is voltooid, klikt u op [OK].

    Patronen die op een Ontwerppagina met aangepast formaat zijn gemaakt, worden opgesplitst in de diverse deelgebieden naar de kaart geschreven.

    Toelichting bij Met een originele kaart gegevens overbrengen naar een machine

    • Als u borduurbestanden wilt herschrijven op de originele kaart, klikt u op om deze bestanden te selecteren en verplaatst u ze op dezelfde manier naar de schrijflijst.
    • Als u het borduurontwerpbestand dat naar de originele kaart wordt geschreven wilt controleren, klikt u op .

      wordt weergegeven in het mapdeelvenster en in het inhouddeelvenster worden alle borduurontwerpen weergegeven die naar de originele kaart zijn geschreven.

      • Borduurontwerpen die naar de originele kaart zijn geschreven, worden in het inhouddeelvenster weergegeven als [Kaartgegevens].
      • Als u de inhoud van de map wilt weergeven in het inhouddeelvenster, klikt u op . Verwissel van weergave door op en te klikken.

Borduurontwerpen naar machines verzenden met de functie Link (Verbinding)

Een borduurmachine die compatibel is met de functie Link (Verbinding), moet worden uitgevoerd in de modus Link. Bij de functie Link (Verbinding) zijn [USB-Link] en [Draadloze Link] beschikbaar.

Borduren met de functie Draadloze Link (Verbinding) vanuit de computer

  1. Selecteer of in de selector [Verzend.].
  2. Klik op .
  3. Selecteer een map in 1, selecteer een borduurbestand in het inhouddeelvenster 2 en klik vervolgens op 3.
  4. Vervolg de procedure volgens de beschrijving in Stap 5 van USB-Link of Stap 5 van Draadloze Link.

    U kunt .dst-, .exp-, .phc- en .phx-bestanden niet overbrengen met de functie Link (Verbinding). Wanneer [USB-Link] of [Draadloze Link] is geselecteerd in het vak [Verzend.], worden .dst-, .exp-, .phc-, en .phx-bestanden niet weergegeven in het inhouddeelvenster.
    Verder worden borduurbestanden waarvoor het formaat van de Ontwerppagina is ingesteld op [Aangepast formaat] of waarvoor [Borduurraam formaat] is ingesteld op 360 × 360 mm (Jumbo Frame) niet weergegeven in het inhouddeelvenster.

    Als u het dialoogvenster [USB-Link] of [Draadloze Link] opnieuw wilt weergeven nadat de computer opnieuw is gestart, klikt u op [USB-Link] of [Draadloze Link] in het menu [Optie].