Gebied/lijn borduren instellen

Gebied borduren

  1. Klik op de tab [borduur-instelling].
  2. Klik op [Gebied] in de groep [Functies].
  3. Wijzig zo nodig de kleur en het naaitype.

    Borduureigenschappen

  4. Klik op het omsloten gebied om de naai-eigenschappen toe te passen.
    1. Lopende lijnen
    • Als u een bepaalde eigenschap niet op een gebied kunt toepassen, gaat u terug naar het Lijnen bewerken en controleert u of het gebied volledig omsloten is.
    • Bewerk eventuele veelhoeklijnen met de functie Punt bewerken.
    • Als u geen borduureigenschappen kunt opgeven voor een gebied, is dit gebied misschien niet omsloten, ook al lijkt het wel omsloten.
    • Als u de opening in het gebied wilt zoeken, gebruikt u de lijntekenfunctie in het Lijnen bewerken om het gebied in kleinere gebieden te splitsen. Vervolgens controleert u welke gebied-borduureigenschappen u niet kunt toepassen in het Borduurinstellingen-stadium.

Lijnen borduren

  1. Klik op [lijn] in de groep [Functies]. Selecteer vervolgens de gewenste functie ( of ) in [Functies voor lijn borduren].
  2. Wijzig zo nodig de kleur en het naaitype.

    Borduureigenschappen.

  3. Klik op de omtrek om de borduureigenschappen toe te passen.
    1. Lopende lijnen

    Wanneer is geselecteerd, worden de instellingen alleen toegepast op een gedeelte van de omtrek waarop u hebt geklikt.