Stap 2 Een patroon toevoegen aan de achtergrondvulling

  1. Selecteer alle patronen.
  2. Klik op [Achtergrondvulling] op de tab [Wizards].
  3. Klik op een gebied om het te selecteren.
  4. Selecteer [Echovulling] onder [Type vulling] en klik vervolgens op [Volgende].
    1. Hiermee maakt u een echoquiltpatroon om het gebied te vullen.
    2. Hiermee maakt u een stippelpatroon om het gebied te vullen.

      Stippelvulling

    3. Hiermee maakt u een decoratief vulpatroon om het gebied te vullen.

      Decoratieve vulling

    4. Hiermee maakt u een dubbel gearceerd/streeppatroon om het gebied te vullen.

      Dubbel gearceerde/streepvulling

  5. Geef de instellingen op voor het achtergrondvulpatroon en klik vervolgens op [OK].
    1. Geef de afstand op vanaf het binnenpatroon en de afstand tussen de echopatronen.

      Voor dit voorbeeld stelt u de afstand in op 5,0 mm.

      7,0 mm

      12,0 mm

    2. Selecteer het type echoquiltpatroon.

      Voor dit voorbeeld selecteert u [Echo afgekapt].

      Echo afgekapt

      Het binnenpatroon wordt omsloten door concentrische kopieën van de omtrek ervan.

      Echo

      Het gebied tussen de binnen- en buitenpatronen wordt omsloten door concentrische vormen op basis van de omtrek van de twee patronen.

    3. Schakel dit selectievakje in om de uiteinden van de echopatronen te verbinden.

      Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer [Echo afgekapt] is geselecteerd voor [Type echo].

      Voor dit voorbeeld zet u de optie uit.

      Selectievakje ingeschakeld.

      Selectievakje uitgeschakeld.

    4. Geef het steektype en andere borduureigenschappen op voor het patroon.

      Voor dit voorbeeld selecteert u [Drievoudige steek].

      Stiksteek

      U kunt instellingen opgeven voor [Steeklengte] en [Aantal keren omstikken].

      Stiksteek

      Drievoudige steek

      U kunt instellingen opgeven voor [Steeklengte].

      Drievoudige steek

      Kettingsteek

      U kunt instellingen opgeven voor [Steektype] en [Grootte].

      Kettingsteek

    5. Klik om het voorbeeld bij te werken.
  6. Klik op [OK].
  7. Selecteer de vorm die u hebt toegevoegd in stap 3 van Een patroon maken en selecteer vervolgens [Niet borduren (lijn)] in de selector [Steektype lijn].