Stap 2 De wizard voor open borduurwerk gebruiken

  1. Selecteer de vier bladeren en klik op de tab [Beginscherm].
  2. Klik op [Wizard voor open borduurwerk] in de groep [Wizards] om de [Wizard voor open borduurwerk] te starten.
    • U kunt de [Wizard voor open borduurwerk] ook gebruiken als gesloten vormpatronen of tekstpatronen zijn geselecteerd.
    • Als een lijn van het patroon zichzelf kruist, is de [Wizard voor open borduurwerk] niet beschikbaar.
    • Tekst met ingebouwde lettertypen 025 en 029 en door de gebruiker gedefinieerde lettertypen kunt u niet gebruiken.
    • U kunt vorm- en tekstpatronen niet combineren.
  3. Geef instellingen in de [Wizard voor open borduurwerk] op in deze volgorde: 1 - 5.
    1. Gesneden rand stabiliseren
    2. Snijlijn
    3. Wateroplosbare steunstof bevestigen
    4. Netstructuur
    5. Satijnen deksteek

      Als u alle standaardinstellingen wilt herstellen, klikt u op [Standaard].

  4. Geef stiksteken op langs de rand voordat u snijdt in [Gesneden rand stabiliseren].

    Wanneer u opgeeft dat stiksteken worden geborduurd voordat de stof wordt gesneden, worden de snijranden afgehecht zodat ze niet rafelen.

    Voor dit voorbeeld selecteert u [Ja].

  5. Geef het type snijlijn op in [Snijlijn].

    Selecteer of de stof wordt gesneden langs de snijlijn of dat de snijlijn gehandhaafd blijft als stiksteken.

    Voor dit voorbeeld selecteert u [Open borduurwerk].

    Open borduurwerk

    Deze instelling is alleen beschikbaar onder voorwaarde dat

    Basisvereisten voor open-borduurwerkfuncties

    Selecteer deze instelling om de stof te snijden met snijnaaldjes op de machine.

    Stiksteek

    Selecteer deze instelling om de snijlijn te borduren en knip vervolgens met een schaar langs de snijlijn.

  6. Geef het bevestigen van de wateroplosbare steunstof op in [Wateroplosbare steunstof bevestigen].

    De wateroplosbare steunstof wordt bevestigd met stiksteken nadat de stof is gesneden. Om te voorkomen dat het borduurwerk zijn vorm verliest na het snijden, plaatst u wateroplosbare steunstof in de uitgesneden gedeelten en naait u deze vast.

    Voor dit voorbeeld selecteert u [Ja].

  7. Geef in [Netstructuur] netstructuursteken op in de uitgesneden gedeelten.

    Wanneer u netstructuursteken naait in de uitgesneden gedeelten, kunt de uitgesneden gedeelten van binnen verstevigen. Zo hebt u ook meer ontwerpvariatie.

    Voor dit voorbeeld selecteert u [Ja].

    Selecteer de parameters volgens de procedure van stap 8 t/m 10, wanneer [Netstructuur] is ingesteld op [Ja].

  8. Geef het netstructuursteekpatroon op in [Patroon].

    Er zijn vijf netstructuursteekpatronen beschikbaar.

    Voor dit voorbeeld selecteert u [Patroon 2].

    Patroon 1

    Patroon 2

    Patroon 3

    Patroon 4

    Patroon 5

  9. Geef in [Afstand] de patroonafstand op voor de netstructuursteek.

    Voor dit voorbeeld stelt u de afstand in op [3,0 mm].

    2,0 mm

    10,0 mm

  10. Geef in [Richting] de patroonrichting op voor de netstructuursteek.

    Voor dit voorbeeld stelt u de richting in op [0°].

    90°

  11. Geef in [Satijnen deksteek] satijnsteken op na het snijden.

    Langs de randen van inwendige uitgesneden gedeelten worden satijnsteken geborduurd.
    De zigzagsteek of stamsteek wordt gebruikt als versteviging voor de satijnsteken.

    Voor dit voorbeeld selecteert u [Ja].

    Selecteer de parameters volgens de procedure van stap 12 t/m 13, wanneer [Satijnen deksteek] is ingesteld op [Ja].

  12. Geef in [Breedte] de breedte voor de satijnsteken op.

    Voor dit voorbeeld stelt u de afstand in op [4,0 mm].

    3,0 mm

    6,0 mm

  13. Geef in [Dichtheid] de dichtheid voor de satijnsteken op.

    Voor dit voorbeeld stelt u de dichtheid in op [6,5 lijn/mm].

    5,0 lijn/mm

    7,0 lijn/mm

  14. Klik op [OK] om de [Wizard voor open borduurwerk] af te sluiten.