Alleen de patronen die zouden worden geborduurd in de huidige raampositie in de raaminstallatievolgorde, verschijnen in de Ontwerppagina. Het borduurgebied voor de huidige raampositie heeft een rode omtrek.
Als een patroon groter is dan het borduurgebied of als een patroon zo is geplaatst dat het niet precies in een borduurgebied valt, verschijnt het foutbericht. Nadat het patroon dat de fout veroorzaakt wordt weergegeven, selecteert u het patroon en wijzigt u het formaat of de plaats ervan.
Het hele ontwerp wordt opgeslagen als één bestand (.pes).
Als het bestandsformaat of het aantal kleurwijzigingen groter is dan de opgegeven waarde, of als een van de patronen niet volledig in een borduurgebied past, verschijnt het foutbericht.
Een ontwerp voor een universele borduurraam maakt u door het patroon in elke ringinstallatiepositie te beschouwen als afzonderlijke patronen die u vervolgens combineert.
Wanneer dit soort ontwerp vervolgens naar een originele kaart wordt geschreven slaat u één ontwerp voor universele ringen op als een combinatie van meerdere patronen.
: | dit patroon wordt geborduurd wanneer het borduurraam is geïnstalleerd in de bovenste installatiepositie (positie a). | ||
: | dit patroon wordt geborduurd wanneer het borduurraam is geïnstalleerd in de middelste installatiepositie (positie b). | ||
: | dit patroon wordt geborduurd wanneer het borduurraam is geïnstalleerd in de onderste positie (positie c). |
De borduurringinstallatievolgorde voor het bovenstaande patroon is dus b, a en dan c.
Voor meer manieren om grotere ontwerpen te verstevigen, zie Steunstof bevestigen aan de stof
Op de eerste pagina wordt een complete afbeelding van de Ontwerppagina afgedrukt op werkelijke grootte. (Maar voor een 130 × 300 mm Ontwerppagina wordt een verkleinde afbeelding van de Ontwerppagina afgedrukt.) Op de volgende pagina's wordt een afbeelding van elk ontwerpgedeelte met naai-informatie afgedrukt in de borduurvolgorde.
Wanneer [Werkelijke grootte] is geselecteerd:
Wanneer [Verkleind] is geselecteerd: