Wanneer u de functies Contour, Rechthoek/Cirkel/Boog of Vormen gebruikt, worden vormen met één steekrichting gemaakt. Wanneer u de functie Handmatige borduurinstellingen gebruikt, worden vormen met meerdere steekrichtingen gemaakt.
De steekrichting wordt aangegeven door de steekrichtingslijn (rode pijl). U kunt deze lijnen bewerken door de eindpunten te verplaatsen. Ook kunt u nieuwe steekrichtingslijn toevoegen.
U kunt deze instellingen aanpassen voor gebieden waarvoor de satijnsteek, geprog. vulsteek, pipingsteek of motiefsteek is opgegeven.
U kunt deze functie gebruiken wanneer [Richting] in het deelvenster [Borduureigenschappen] is ingesteld op [Handmatige rechte lijn] (standaardinstelling).
De steekrichtingslijn verschijnen.
Als overlapping van kleurgebieden is toegepast, kunnen geen steekrichtingslijnen worden toegevoegd.
U kunt de steekrichtingshoek ook instellen in een specifieke richting (één steekrichtingslijn) met de instellingen onder [Richting] in het deelvenster [Borduureigenschappen].
Als er meerdere steekrichtingslijnen zijn, worden alle lijnen omgekeerd.
Geselecteerde lijn verwijderen
Klik op deze opdracht als u de geselecteerde steekrichtingslijn wilt wissen. Of druk op de toets <Delete> om de steekrichting te verwijderen.
Niet-geselecteerde lijnen verwijderen
Klik op deze opdracht om alle steekrichtingslijnen te verwijderen, behalve de geselecteerde. De steekrichting wordt uniform.
Wanneer u de steekrichting hebt gewijzigd, veranderen de patroonsteken zoals hieronder aangegeven.
Steekrichting | Satijnsteek |
Vulsteek | Programmeerbare vulsteek (Geprog. vulsteek) |
Pipingsteek | Motief Steek |
De steekrichting wordt ook gewijzigd als u het formaat en de vorm van het patroon verandert.