Klik op [Vormen] in de groep [Functies] en vervolgens op een functiepictogram onder [Vormen] om de gewenste functie Vormen te selecteren.
Sleep de aanwijzer in de Ontwerppagina.
Als u een vorm wilt tekenen met behoud van de oorspronkelijke hoogte-breedteverhouding, houdt u de toets <Shift> ingedrukt terwijl u de aanwijzer sleept.
Diverse vormpatronen zijn beschikbaar in het deelvenster [Importeren] wanneer [Contourvormen] is geselecteerd in de selector [Van] en [Basisvormen] is geselecteerd in de selector [Categorie].