Vergelijking van typen bestandsgegevens die zijn gemaakt met PE-DESIGN 11

In PE-DESIGN 11 worden drie soorten bestandsgegevens gebruikt.

Borduurpatroon: ingebouwde borduurpatronen (gecreëerd in PE-DESIGN 11)
Tekstpatroon:
Bestanden die zijn gecreëerd met [Tekst]-functies
Vorm- en
omrandingspatroon: bestandsgegevens die zijn gemaakt met de [Vormen]-functies. Een uniforme steekrichting of meerdere steekrichting wordt/worden toegepast op het hele gebied.

Alle bestanden kunnen worden omgezet in een ander patroontype, zoals hieronder aangegeven. De pijlen geven de volgorde aan waarin de gegevens kunnen worden omgezet. De methoden om de bestandsgegevens te bewerken verschillen per gegevenstype.

  1. Tekstpatroon
  2. Borduurpatroon
  3. Vormpatroon
  4. Verander de vorm door de naaldposities te bewerken.
  5. Verander de vorm door paden te bewerken.
  6. Bewerkt de tekst of wijzig het lettertype.

Borduurpatroon

U kunt punten (naaldposities) bewerken (een andere vorm geven door punten te verplaatsen/verwijderen of lijnen op punten te splitsen/verbinden) en steken splitsen; maar geen wijzigingen aan het steektype, lijntype of borduureigenschappen aanbrengen.

Tekstpatroon

U kunt tekst bewerken door letters invoeren/te verwijderen, teksteigenschappen invoeren (zoals het lettertype of de stijl) en naai-eigenschappen invoeren.

Vormpatroon

U kunt het steektype van het gebied, het steektype van de omranding en de borduureigenschappen bepalen, paden bewerken (door punten te verplaatsen/te verwijderen, een andere vorm te geven door de handvatten te verplaatsen of door lijnen te splitsen/verbinden bij punten), de steekrichting wijzigen, stempels plaatsen/bewerken, reliëf-/graveereffecten toepassen, overlappende gebieden verwijderen/samenvoegen, overlapping van twee kleurgebieden instellen, omtrekken splitsen en verschuivingslijnen en bloempatronen maken.

Bijvoorbeeld: wanneer een steekpatroon wordt geconverteerd in een vormpatroon, kunt u de steektypen en borduureigenschappen wijzigen en de vormen gemakkelijk bewerken en vergroten/verkleinen. Wanneer een tekstpatroon wordt geconverteerd naar een vormpatroon, kunt u de steekrichting en lettervormen bewerken en verschuivingslijnen creëren.

Voor het maken van bovengenoemde aanpassingen aan een borduurpatroon of een tekstpatroon, is het noodzakelijk om te converteren naar een vormpatroon. Converteer uw ontwerp naar het type patroon waarin u de bewerkingen kunt uitvoeren die nodig zijn om het gewenste borduurresultaat te creëren.