Afdrukken  |  Sluiten

TD-2135NWB

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Veelgestelde vragen en probleemoplossing

Werken met Printer Setting Tool (voor Windows)

Met 'Printer Setting Tool' kunt u de communicatie-instellingen en apparaatinstellingen opgeven vanaf een computer.

De Printer SettingTool is beschikbaar via de sectie [Downloads] van deze website.

Voordat u Printer Setting Tool gebruikt:

  • Zorg ervoor dat de netadapter is aangesloten op de printer en dat het netsnoer is aangesloten op een stopcontact.
  • Controleer of de printerdriver correct is geïnstalleerd en of u kunt afdrukken.
  • Sluit de printer met een USB-kabel aan op uw computer.

 

  1. Sluit de te configureren printer aan op de computer.

  2. Start Printer Setting Tool.

    Voor Windows 11 / Windows 10 / Windows Server 2016 / Windows Server 2019:
    Klik op [Start] - [Alle apps] - [Brother] - [Printer Setting Tool].
     
    Voor Windows 8  / 8.1 / Windows Server 2012 / Windows Server 2012 R2:
    Klik in het scherm [Apps] op [Printer Setting Tool].
     
    Voor Windows 7 / Windows Server 2008 / Windows Server 2008 R2:
    Klik op [Start] - [Alle programma's] - [Brother] - [Label & Mobile Printer] - [Printer Setting Tool].

    Het hoofdvenster wordt weergegeven.
    Printer Setting Tool

     

    1. Printer
      Selecteer de printer die geconfigureerd moet worden.
      Als er slechts één printer aangesloten is, hoeft u geen printer te selecteren omdat alleen die printer wordt weergegeven.

    2. Communicatie-instellingen (alleen TD-2120N/2130N )
      Instellingen opgeven voor communicatie met een bedraad LAN, draadloos LAN en Bluetooth® .
      De draadloze LAN- en Bluetooth-verbindingen kunnen alleen worden gebruikt als de bijbehorende optionele eenheid op de printer is aangesloten en de verbindingsinstellingen zijn voltooid.

      U moet aangemeld zijn met Beheerdersrechten, om Communicatie-instellingen te openen.

    3. Instellingen apparaat
      Hiermee geeft u de apparaatinstellingen voor de printer op, zoals instellingen voor het in- en uitschakelen en de printerinstellingen.
      Instellingen kunnen ook worden opgegeven via het aanraakscherm(alleen TD-2120N/2130N).

      U moet aangemeld zijn met Beheerdersrechten, om Instellingen apparaat te openen.

    4. Instellingen P-touch Template
      Hiermee geeft u instellingen voor P-touch Template op.
      Voor meer informatie over P-touch Template downloadt u de P-touch Template Manual/Command Reference (alleen in het Engels) via de sectie [Handleidingen].

    5. Instellingen papierformaat
      Voeg media-informatie en instellingen toe aan het printerstuurprogramma om formaten te gebruiken die niet worden vermeld in de lijst [Papierformaat] van het printerstuurprogramma.

      U moet aangemeld zijn met Beheerdersrechten, om Instellingen papierformaat  te openen.

    6. Exit (Sluiten)
      Hiermee sluit u het venster.
  3. Controleer of de te configureren printer naast [Printer] verschijnt.
    Als een andere printer wordt weergegeven, selecteert u de gewenste printer in de keuzelijst.

  4. Selecteer de instelling die u wilt wijzigen en geef vervolgens de instellingen op in het dialoogvenster (of wijzig de bestaande instellingen).
    Meer informatie over het gebruik van de dialoogvensters met instellingen vindt u in 'Communicatie-instellingen gebruiken (voor Windows) alleenTD-2120N/2130N 'Apparaatinstellingen gebruiken (voor Windows)'of Instellingen P-touch Template".

  5. Na het aanpassen van de instellingen, klik op [Toepassen] - [Sluiten] in het dialoogvenster met instellingen om de instellingen toe te passen op de printer.

  6. Klik op [Sluiten] in het hoofdvenster om te voltooien.

    Gebruik 'Printer Setting Tool' alleen om de printer te configureren wanneer deze in stand-by staat. Als u de printer probeert te configureren op het moment dat de printer met een taak bezig is, kan een storing optreden.

Afdrukken  |  Sluiten