Met ControlCenter configureert u de actieknoppen 'Scannen naar' op het Brother-apparaat. Wanneer u de knop Scannen naar bestand gebruikt, wordt het gescande bestand automatisch opgeslagen in de doelmap die is opgegeven als standaard. Zo geeft u de standaarddoelmap weer:
-
Open ControlCenter.
(Windows 2000/ Windows XP/ Windows Vista/ Windows 7)
Klik op Start => (Alle) Programma's => Brother => [modelnaam] => ControlCenter. Het ControlCenter-venster wordt geopend.
(Windows 8 of hoger)
-
(Windows 8)
Op het start scherm, klik op . Als niet op het startscherm staat, rechtsklik ergens op een lege plek, en klik op Alle Apps op de balk.
(Windows 10)
Klik op (Start) => (Alle apps =>) Brother .
-
Klik op Brother Utilities.
-
Selecteer uw modelnaam uit de lijst.
-
Klik op ControlCenter.
-
Als het programmavenster niet volledig wordt geopend, klik dan op het pictogram CC3 in het taakvak.
-
Klik op de knop Configuratie en kies vervolgens Scan => Bestand. Het configuratievenster 'Scannen naar Bestand' wordt weergegeven.
-
Klik op het tabblad Bedieningsknop Apparaat als u wilt scannen met de scanknop van het Brother-apparaat of op het tabblad Bedieningsknop Software als u wilt scannen binnen de toepassing ControlCenter.
-
Het veld Bestemmingsfolder bevat de standaardbestemming voor alle bestanden die met de knop Scannen naar bestand worden gescand. Als u de gescande documenten wilt zien, moet u deze map openen.
-
U kunt bij Bestemmingsfolder een andere locatie voor uw bestanden opgeven en op OK klikken. Alle scans die u daarna maakt met de knop Scannen naar bestand worden opgeslagen op de nieuwe locatie.