Als een of meer inktkleuren ontbreken in de afdrukken (ontvangen faxberichten, kopieën en/of vanaf de computer afgedrukte documenten), kunnen er spuitkanaaltjes in de printkop verstopt zijn. Het is ook mogelijk dat de inktcartridge in kwestie niet goed geïnstalleerd is. Controleer of de inktcartridges goed geïnstalleerd zijn en/of reinig de printkop.

 

• Controleer of de inktcartridges goed geïnstalleerd zijn.
   
• Volg de onderstaande stappen om de afdrukkwaliteit te controleren en de printkop te reinigen.

1. Druk op (Instell.).
    

   Als (Inkt) wordt weergegeven op het aanraakscherm, kunt u erop drukken en vervolgens gaat u naar stap 7.

    

    

2. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Standaardinst. weer te geven.
    
3. Druk op Standaardinst.
    
4. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Inkt weer te geven. (Bij bepaalde modellen is deze stap niet nodig.)
    
5. Druk op Inkt.
    
6. Druk op de pijl omhoog of omlaag om Testafdruk weer te geven. (Bij bepaalde modellen is deze stap niet nodig.)
    
7. Druk op Testafdruk.
    
8. Druk op Afdrukkwaliteit.
    
9. Druk op Start. Er wordt nu een controlevel voor de afdrukkwaliteit afgedrukt.
    
10. Controleer de kwaliteit van de vier kleurenblokken op het blad.
     
11. Op het aanraakscherm wordt gevraagd of de afdrukkwaliteit in orde is.
    Ga op een van de volgende manieren te werk:

     

    • Als alle lijnen scherp en zichtbaar zijn, kiest u Ja om de controle te beëindigen. Ga naar stap 17.
       
    • Als er korte lijnen ontbreken, zoals hieronder, kiest u Nee en gaat u naar stap 12.

     

    

     

12. Op het aanraakscherm wordt gevraagd of de afdrukkwaliteit in orde is voor zwart en de drie kleuren. Druk op Ja of Nee.
     
13. Op het aanraakscherm wordt gevraagd of u met schoonmaken wilt beginnen. Druk op Ja. De printkop wordt gereinigd.
     
14. Na het schoonmaken drukt u op Start. Er wordt opnieuw een blad afgedrukt waarop u de afdrukkwaliteit kunt controleren.
     
15. Controleer de kwaliteit van de vier kleurenblokken op het afgedrukte blad.
     
16. Op het aanraakscherm wordt gevraagd of de afdrukkwaliteit in orde is.
    Ga op een van de volgende manieren te werk, uitgaande van de afdrukkwaliteit van het controleblad:

     

    • Als alle lijnen scherp en zichtbaar zijn, kiest u Ja om de controle te beëindigen. Ga naar stap 17.
       
    • Als de afdrukkwaliteit slecht blijft en u hebt minder dan vijf keer geprobeerd de printkop te reinigen, kies dan Nee en keer terug naar stap 12 om de printkopreiniging opnieuw uit te voeren. U moet het proces van het afdrukken van het controleblad en reinigen van de printkop maximaal vijf keer uitvoeren.
       
    • Als de afdrukkwaliteit slecht blijft en u hebt maximaal vijf keer geprobeerd om de printkop te reinigen, druk dan op (Beginscherm) en neem contact op met de klantenservice van Brother via 'Contact'.

17. Druk op (Beginscherm).