Afhankelijk van de machine hebt u de tweelingnaald als een optionele accessoire.

Uw naaimachine is ontworpen om te naaien met de tweelingnaald, waarmee u met twee bovendraden kunt naaien.
U kunt dezelfde kleuren gebruiken of twee verschillende kleuren garen voor decoratieve steken.
Het naaien met de tweelingnaald werkt goed met de volgende steken: de rechte steek en de zigzagsteek. (zie Opmerking 1).
Zorg dat de twee bovendraden die u gebruikt voor het inrijgen van de tweelingnaald hetzelfde gewicht hebben.
Als de draden niet hetzelfde gewicht hebben, wordt het stiksel mogelijk niet gelijkmatig.
 

1. DE TWEELINGNAALD PLAATSEN

   U plaatst de tweelingnaald op dezelfde manier als een enkele naald. (zie Opmerking 2)

   De vlakke kant van de naald moet naar achteren zijn gericht en de afgeronde kant naar u toe.

    

2. DE EXTRA KLOSPEN PLAATSEN
   Plaats de extra verticale klospen in de opening rechtsboven op de machine.
   Plaats de tweede draadklos op deze klospen (zie onderstaande afbeelding).
   
       Extra klospen
   

3. TWEELINGNAALD INRIJGEN

   Beide naalden moeten afzonderlijk worden ingeregen.

   1. De rechternaald inrijgen
      Volg dezelfde aanwijzingen als voor het inrijgen van een enkele naald.
       
   2. De linkernaald inrijgen
      Rijg de linkernaald in op dezelfde manier als u de rechternaald hebt ingeregen, maar leid de draad niet door de draadgeleider boven de naald voordat u de draad door het oog van de linkernaald leidt (zie onderstaande afbeelding).

   Draad van rechternaald gaat door deze geleider.  Draad van linkernaald gaat voor deze geleider langs.

   Opmerking 1:
   Als uw machine een patroonselectieknop heeft, zet u deze op Rechte steek (6-10) of Zigzagsteek (2).

   Patroonselectieknop

   Opmerking 2:

   • Gebruik de zigzagvoet.
   • Als uw machine een steekbreedtetoets heeft, stelt u deze in op minder dan 3.

     Steekbreedtetoets

   • Als uw machine een naaldstandtoets heeft, selecteert u M.