Innov-is 550SE/ 550
Veelgestelde vragen en probleemoplossing |
Hoe rijg ik de tweelingnaald in?
Met de tweelingnaald kunt u twee parallelle lijnen van dezelfde steek naaien met twee verschillende draden. Beide bovendraden moeten van dezelfde dikte en kwaliteit zijn. Gebruik de tweelingnaald en de extra klospen.
Tweelingnaald Extra klospen |
-
Plaats de tweelingnaald.
-
Rijg de bovendraad voor de linkernaald in.
-
Rijg de bovendraad handmatig door het oog van de linkernaald.
Leid de draad van voren naar achteren door het oog van de naald.
Met de tweelingnaald kunt u de naaldinrijger niet gebruiken.
Wanneer u de naaldinrijger gebruikt met de tweelingnaald, kan de naaimachine beschadigd raken.
-
Plaats de extra klospen op de spoelwinderas.
Plaats de extra klospen zo dat deze loodrecht op de spoelwinderas staat.
Spoelwinderas -
Draai de klospen zo dat deze horizontaal staat.
-
Plaats de bovendraadklos voor de rechternaald op de extra klospen. Zet deze vast met de kloskap.
De draad moet van bovenaf van de voorkant van de klos afwinden.
Kloskap
Klos -
Rijg de bovendraad voor de rechterkant op dezelfde manier in als de bovendraad voor de linkerkant.
Draadgeleiderdeksel -
Rijg de rechternaald handmatig in zonder de draad door de draadgeleider op de naaldstang te leiden.
Leid de draad van voren naar achteren door het oog van de naald.
Wanneer u de naaldinrijger gebruikt met de tweelingnaald, kan de naaimachine beschadigd raken. -
Breng zigzagvoet 'J' aan.
Zorg dat zigzagvoet 'J' is bevestigd als u de tweelingnaald gebruikt.
Als de steken te dicht op elkaar zitten, gebruikt u persvoet 'N' of brengt u steunstof aan.
-
Zet de machine aan en selecteer een steek.
Wanneer u de paspelvoet (afzonderlijk verkrijgbaar) gebruikt om rechte gepaspelde naden te naaien met de tweelingnaald, selecteert u de steek met de middelste naaldstand.
-
Zorg dat u een geschikte steek selecteert wanneer u de tweelingnaald gebruikt, anders kan de naald breken of de machine beschadigd raken.
-
Nadat u de steekbreedte hebt aangepast, draait u het handwiel langzaam naar u toe (tegen de klok in) om te controleren of de naald de persvoet niet raakt.
Als de naald de persvoet raakt, kan de naald verbuigen of breken.
-
Zorg dat u een geschikte steek selecteert wanneer u de tweelingnaald gebruikt, anders kan de naald breken of de machine beschadigd raken.
-
Begin met naaien.
Twee rijen steken worden parallel naast elkaar gemaakt.
-
Wanneer u de naairichting wijzigt, drukt u op ('naaldstandtoets') om de naald uit de stof omhoog te brengen. Zet vervolgens de persvoethendel omhoog en draai de stof.
Anders kan de naald breken of de machine beschadigd raken. - Draai de stof niet terwijl de tweelingnaald omlaag staat in de stof. Anders kan de naald breken of de machine beschadigd raken.
-
Gebruik alleen de tweelingnaald.
Wanneer u een andere naald gebruikt, kan de naald breken of kan de machine beschadigd raken. -
Gebruik nooit verbogen naalden.
Verbogen naalden kunnen gemakkelijk breken, wat letsel kan veroorzaken.
-
Wanneer u de naairichting wijzigt, drukt u op ('naaldstandtoets') om de naald uit de stof omhoog te brengen. Zet vervolgens de persvoethendel omhoog en draai de stof.