Misschien kloppen de netwerkinstellingen voor de scannerdriver niet.
Volg de onderstaande aanwijzingen om dit probleem op te lossen.

Opmerking: De onderstaande figuren zijn een voorbeeld en kunnen afwijken van uw Brother-apparaat en besturingssysteem.

Stap 1: Controleer of het Brother-apparaat is ingeschakeld en of er geen fouten zijn

1. Als het display leeg is, staat het Brother-apparaat niet aan of staat het apparaat in de slaapstand. Druk op een knop om na te gaan of het apparaat uit de slaapstand komt. Zo niet, kijk dan of de stekker in een werkend stopcontact zit en of alle stroomschakelaars op AAN staan.
    
   Als u het apparaat niet kunt inschakelen, is deze oplossing niet van toepassing. Zoek een oplossing voor dit hardwareprobleem.
    
2. Kijk of er foutmeldingen staan op het display. Voorbeelden hiervan zijn 'Papierstoring' of 'De inkt is op'. Als er een foutmelding op het display staat, verhelp dit probleem dan aan de hand van de procedure daarvoor.

Stap 2: Controleer de verbinding

Als u wilt scannen via het netwerk, moet u uw Brother-apparaat configureren voor een peer-to-peer-netwerk.

In een gedeelde netwerkomgeving werkt de scanfunctie vanaf een servercomputer, niet vanaf clientcomputers.

Stap 3: Controleer of het Brother-apparaat kan afdrukken

1. Open de Eigenschappen van printer. (Klik hier om weer te geven hoe u Eigenschappen van printer opent.)
    
2. Klik op Testpagina afdrukken.
    
   

    

   Als u de testpagina niet kunt afdrukken, zie dan 'Ik kan niet afdrukken vanaf mijn computer via het netwerk. (Voor Windows)'.

Stap 4: Controleer de scannerdriver

Open de lijst met scanners en controleer of het pictogram van uw Brother-apparaat in de lijst staat. Klik hier voor het openen van 'Scanners en camera's'.

Als het scannerpictogram van uw Brother-apparaat niet in de lijst staat, moet u de scannerdriver installeren.

Ga naar het gedeelte Downloads van deze website en download het Volledig driver- en softwarepakket. De installatieprocedure vindt u op de downloadpagina.

Stap 5: Controleer het IP-adres van het Brother-apparaat

Druk een netwerkconfiguratielijst af om het IP-adres van het apparaat te achterhalen. Klik hier om weer te geven hoe u de netwerkconfiguratielijst afdrukt.

Stap 6: Stel het IP-adres in in de scannerdriver

Opmerking: De precieze aanwijzingen kunnen per besturingssysteem variëren.

1. Open de scannereigenschappen. (Klik hier om weer te geven hoe u de scannereigenschappen opent.)
    
2. Klik op het tabblad Netwerkinstellingen en selecteer Specificeer uw machine per adres.
    
3. Voer het IP-adres van stap 5 in en klik op OK.
    

   

    

Stap 7: Controleer de firewallinstellingen

Als op uw computer een firewall actief is, kan de voor de scansoftware vereiste netwerkverbinding mogelijk niet goed werken. Schakel de firewall op uw computer uit en probeer opnieuw te scannen via het netwerk.
 

Als het na het uitschakelen van de firewall wel lukt, wil dit zeggen dat de firewall de vereiste netwerkverbinding weigert. In dit geval raadt Brother u aan om de firewall op uw computer uit te schakelen tijdens het scannen. U kunt de firewall ook ingeschakeld laten en de instellingen aanpassen.

Stap 8: Verwijder de Brother-drivers en installeer ze opnieuw

1. Verwijder de Brother-drivers en installeer deze drivers vervolgens opnieuw.
   
   Voor gebruikers van Windows XP SP2 of hoger of Windows Vista: Als een firewall wordt gedetecteerd, kiest u Wijzig de poortinstellingen van de firewall om netwerkverbinding mogelijk te maken en ga door met de installatie (aanbevolen). Mogelijk moet u op Volgende klikken om door te gaan.
    

   Als u een andere firewall gebruikt dan Windows Firewall of als Windows Firewall is uitgeschakeld, kunt u de waarschuwing krijgen dat de netwerkcommunicatie kan worden geblokkeerd door de firewall. Zie de aanwijzingen van uw firewallsoftware voor meer informatie over het toevoegen van de volgende netwerkpoorten:

    

   • Voor netwerkscannen voegt u UDP-poort 54925 toe.
      
   • Als u nog steeds problemen ondervindt met uw netwerkverbinding, voegt u UDP-poort 137 en 161 toe.
    

    

2. Probeer opnieuw te scannen en kijk of het probleem is opgelost. Als u nog steeds niet kunt scannen:

    

   • Controleer of er op de computer geen beveiligingstoepassingen of firewalls actief zijn die de netwerkcommunicatie kunnen tegenhouden.
      
   • Probeer te scannen op een andere computer die met het netwerk is verbonden.

    

   Aan de hand van deze stappen kunt u bepalen of het probleem alleen voor deze computer geldt. Als u vanaf een andere computer wel kunt scannen, vraag dan hulp aan de computerfabrikant of netwerkbeheerder.