FAX-2845
 |
Veelgestelde vragen en probleemoplossing |
Mijn Brother-apparaat zo instellen dat faxberichten die ik ontvang worden doorgestuurd naar een andere locatie.
Met de functie Fax doorzenden kunt u uw apparaat zo instellen dat ontvangen faxberichten worden doorgestuurd naar een andere locatie. Wanneer Fax doorzenden is ingeschakeld, worden faxen ontvangen in het geheugen, waarna het door u geprogrammeerde faxnummer wordt gekozen om de fax naar dat nummer door te sturen.
Ga als volgt te werk om de modus Fax doorzenden in te schakelen:
-
Druk op Menu.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Fax te kiezen. Druk op OK.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Afstandsopties te kiezen. Druk op OK.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Doorz/Pag/Opsl of Drzenden/Opsln te kiezen. Druk op OK.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Fax Doorzenden te kiezen. Druk op OK.
Voer het faxnummer in waarnaar de faxberichten moeten worden doorgestuurd.
-
Voer het andere nummer (maximaal 20 cijfers) in met de cijfertoetsen, een eentoetsnummer of
(de pijl omhoog (Adresboek)) en de locatie van drie cijfers. Druk op OK.
- Als u een groep opslaat onder een toets voor een eentoetsnummer of onder een snelkieslocatie, worden de faxen doorgestuurd naar meerdere faxnummers.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Aan of Uit te kiezen. Druk op OK.
- Druk op Stop/Eindigen.
Als u Back up Print inschakelt, wordt de fax ook afgedrukt op uw eigen apparaat, zodat u een kopie hebt. Dit is een veiligheidsmaatregel voor het geval dat de stroom uitvalt voordat de fax wordt doorgestuurd of dat er een probleem is met het ontvangende apparaat.
De faxen in het geheugen van het apparaat worden verwijderd.
Ga als volgt te werk om de modus Fax doorzenden uit te schakelen:
-
Druk op Menu.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Fax te kiezen. Druk op OK.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Afstandsopties te kiezen. Druk op OK.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Doorz/Pag/Opsl of Drzenden/Opsln te kiezen. Druk op OK.
-
Druk op de pijl omhoog of omlaag om Uit te kiezen. Druk op OK.
Als het faxgeheugen faxberichten bevat, krijgt u twee opties:-
Als u op 1 drukt, worden alle niet-afgedrukte faxen alsnog afgedrukt en gewist voordat Fax doorzenden wordt uitgeschakeld. Als er van een faxbericht al een kopie is afgedrukt, dan wordt dit niet nog een keer gedaan.
- Als u op 2 drukt, worden er geen faxberichten gewist en blijft Fax doorzenden ingeschakeld.
-
Als u op 1 drukt, worden alle niet-afgedrukte faxen alsnog afgedrukt en gewist voordat Fax doorzenden wordt uitgeschakeld. Als er van een faxbericht al een kopie is afgedrukt, dan wordt dit niet nog een keer gedaan.
- Druk op Stop/Eindigen.
